United States or Macao ? Vote for the TOP Country of the Week !


En daar onze goede Afrit ongewapend is, moeten wij hem beschermen. Osko en Omar moeten hem tusschen zich in nemen, en gij rijdt vlak achter hem. Kijk goed uit, en ziet ge iets verdachts dan weet ge wat gij te doen hebt. Laat dat gerust aan mij over, Effendi! Als ik dien Suef maar ruik, is hij er geweest ook. De Hadschi had mij goed begrepen.

Mijn horloge wees even over tweeën toen wij ons gereed maakten ons van onze kleederen te ontdoen. Daar werd aan de gegrendelde voordeur geklopt. Ik deed het blind open en keek naar buiten. Er stond iemand voor de deur, maar ik kon niet onderscheiden wie het was. Kim dir? wie is daar? vroeg ik. O, dat is uw stem! klonk een vrouwenstem. Niet waar, gij zijt de vreemde Effendi?

Mijn bijl in uw bezit, bewijst dat de bloedwraak tusschen ons opgeschort is. Zoodra gij mij de bijl teruggeeft, begint de wraakneming op nieuw. Dus, zoolang ik uw bijl niet teruggeef, slaapt de wraak, en is het vrede? Ja. Neemt gij de Czakan van mij aan? Dat doe ik. Waar is mijn paard gebleven? Daar ginds bij het boschje graast het. Ik ga dus, Effendi!

Ik wendde mij nu tot de omstanders en deelde hun mede wat ik van Nebatja had vernomen; echter zonder haar naam te noemen. Ik voegde er bij, dat wij toen den Kodscha Bascha hadden ontmoet, die de misdadigers had gewaarschuwd. Toen trad een hunner naar voren, in wien ik onmiddellijk een der bijzittende rechters herkende. Effendi, wat gij ons hier mededeelt, doet me verbaasd staan.

Toen dit een poos geduurd had, schoof de heer des huizes wat dichter naar mij toe en vroeg: Hebt gij een goede reis gehad, Effendi? Allah heeft mij veilig geleid, antwoordde ik. Afrit, de kleermaker, zeide mij, dat gij van Sbiganzy waart gekomen. Ik was sedert gisteren daar. En voor dien? In Radowitsch en Ostromdscha. Zoo zijt gij altijd door op reis geweest?

Uitstekend, Effendi! Uitstekend! Ik zal dadelijk beginnen! Langzaam, langzaam! En doe nu precies wat ik u zal zeggen. De man was geheel in vuur en deed mij onder het aanleggen van het verband, allerlei verhalen van kunststukken, die hij reeds had verricht. Toen wij gereed waren, zeide hij: Ja, dat is heel wat anders.

Zijn Mohammedanen, maar ietwat meer Europeesch. De vrouwen verhullen zich niet. En ze verbergen zich ook niet voor de gasten van den man. Saïd Effendi is getrouwd met eene Circassische vrouw. Zij hebben drie kinderen gehad, drie jongens. Twee gestorven. "Min Allah," berust Saïd Effendi. Het oudste jongetje leeft nog. Hij is zes jaar. En hij heet Daoud. Daarom heet Saïd Effendi ook Aboe Daoud.

Al ben ik op honderden mijlen van hem verwijderd, dan is een enkele gedachte aan hem genoeg, om al het kwade, dat ik hem toewensen, over hem te doen komen. Daarmede had ik hem overvloedige stof voor een uitvlucht gegeven. Hij maakte daar terstond gebruik van, zeggende: Ja, Effendi, alleen daar kan het door gekomen zijn. Sedert jaren lijd ik aan die Nikris.

Bij de deur bleef hij staan, kruiste de armen over de borst, maakte een diepe buiging en zeide: Effendim, japarim ziaret schúkúrüm ittibarún, mijn geëerde Effendi, ik kom u mijn dank betuigen en de verzekering geven van mijn hoogachting! Girisch bana ruchsat wer! Veroorloof mij binnen te komen. Ik boog plechtig het hoofd en antwoordde: Jaklaschdyr, chosch sen. Treed nader, gij zijt welkom!

Moeten niet juist die menschen rechtvaardig zijn? O Heer, o Agha, o Effendi, o Emir, zij zijn het gewoonlijk niet! Maar uw oogen stralen vol genade en uw woorden vloeien over van barmhartigheid en vriendelijken zin. Daarom zegene Allah u in uw eigen persoon, in uw ouders en voorouders, ook in uw kinderen en kindskinderen!