United States or Spain ? Vote for the TOP Country of the Week !


Wilt gij wel gelooven, conrector, dat ik nog duizel, als ik aan den grijzen papegaai denk?” „Kom, kom,” viel de conrector hem in de rede, „kunsten! dat was immers het oude, kleine factotum van den archivaris, dat een grijzen mantel had omgeslagen en naar den student Anselmus zocht.” „Dat kan wel,” hernam de griffier Heerbrand, „maar ik moet bekennen, dat het mij allerellendigst te moede is; heel den langen nacht heb ik zulk vreemd georgel en gepijp gehoord.” „Dat ben ik geweest,” antwoordde de conrector, „want ik snork erg.” „Nu, dat kan dan wel,” ging de griffier verder, „maar conrector, conrector, niet zonder reden was ik er gisteren op uit om ons eenig vermaak te verschaffen doch Anselmus heeft alles bedorven gij wéét niet o conrector, conrector!” Griffier Heerbrand sprong van de sofa af, rukte den doek van het hoofd, omarmde den conrector, drukte hem vurig de hand, riep nog een keer op hartroerenden toon: „o conrector, conrector!” en stormde, terwijl hij hoed en stok greep, heen. „Anselmus komt niet meer over mijn drempel,” sprak conrector Paulmann in zichzelf, „want ik begrijp nu, dat hij met zijn hardnekkigen inwendigen waanzin de beste menschen van hun weinigje verstand berooft; de griffier is er nu ook aan koud zelf heb ik mij tot dusver nog staande gehouden, maar de duivel, die gisteren in den roes al zoo krachtig aanklopte, zou ten slotte wel kunnen inbreken en dan vrij spel hebben.

Weet je wat ... dan kom ik eens even kijken hoe je er uit ziet. Maar ik heb nog heelemaal vergeten je te bedanken voor den gezelligen avond van gisteren. Och, ik vond het hier gisteren niet zoo gezellig als anders. Je hadt een beetje vroeger in stad moeten komen, Kristine. Ja Torwald heeft er goed slag van zijn huis mooi en prettig te maken.

Het is voor hem, mijnheer, dat ik de hulp uwer ouders kom afsmeeken. Hij had werk bekomen in het magazijn eener fabriek. Gisteren deed men hem een pak naar den ijzeren weg dragen. De ongelukkige trad onderweg in eene herberg, vergat zich daar met eenige kameraden en verloor het hem toevertrouwde pak. De meester der fabriek beweert, dat mijn zoon het pak heeft gestolen en verkocht.

Hij is evenals wij trouw geweest, en hij weet van heel veel dingen meer dan wij. Laat hij ons thans leiden en het werk verdeelen. De schoolmeester! viel een der anderen in, waarom ik niet? Ik ben even goed opperman als hij. Hij is geen opperman; hij is een man en nog wel de dapperste van ons allen. Gisteren zeidet gij dat ook niet.

Ecère!! giechelde, hen herkennend, Cecilianus en kietelde van pret broêrtje in het middel: Zie je wel? Of ik zie.... Die patricische.... Van gisteren.... Ja, die ònze rollen wil spelen.... Laat ze liever.... ik weet niet w

Ik weet eene geschiedenis van eenen smid, die zijne ziel aan den zwarten man had verkocht en toen Lucifer kwam om hem te halen, gaf hij hem den tijd om zich eerst te wasschen en op te kleeden." "Kindervertelsel! Het was zeer vroeg, toen mijnheer Willem gisteren te bed ging. Hij zal zijne kamer verlaten hebben, om eene morgenwandeling te doen. Misschien is hij buiten het kasteel en in het bosch.

Gisteren nog zou Justus er eer aan gedacht hebben zich in eene kroeg te gaan bedrinken aan jenever, dan hier binnen te treden. Maar wat was gisteren voor hem! Aan gisteren bond hem immers niets meer! Met gisteren had hij voor altoos immers afgedaan! En heden wilde hij óók eens zien wat zoovele anderen zagen, die er toch niets minder om geacht werden in de wereld!

"Ik had hem gisteren avond kunnen pakken!" zeide hij zuchtend, terwijl hij den pleister wegnam, en zich oprichtte, om het gelaat en de gestalte van Elias weer aan te nemen. "Vae Victis!"

Wel ja, ik herinner me de heele geschiedenis, alsof het gisteren gebeurd was. De arme kerel werd een paar maanden na zijn huwelijk te Spa in een duel doodgeschoten. Dat was een leelijke historie.

Ga er naar toe en wacht er eenige oogenblikken op mij. Ik moet met een rapport naar den adjudant. Gisteren had ik de wacht; er is daar een erge zaak voorgevallen: de korporaal en twee man zullen waarschijnlijk voor den krijgsraad verschijnen. Nu, vraag een glas bier in den Toren. De adjudant zal mij niet lang wederhouden. Tot straks." De fourier stapte over de Markt naar de aangewezen herberg.