United States or Belize ? Vote for the TOP Country of the Week !


Wat ik gezien heb, Halef, dat was vooral uw smakelijk eten. Dat was een gevolg van mijn goed vertrouwen in uw voorgaan. Wat mijn Effendi eet, dat kan mij niet buiten den zevenden hemel houden, en ik vertrouw op uw stilzwijgendheid, dat gij aan Omar en Osko niet zult vertellen, dat uw oordeel bij mij even hoog staat als de wetten der heilige Khalifen.

Ik ben zijn innigste vertrouweling. Dan geven wij het op, zei ik vast besloten. Halef, wij keeren terug. Reeds grepen Omar en Osko toe, toen de slager ze ophield, zeggende: Heer, gij zijt voor geen rede vatbaar, ik wil nog eens voor u vragen, of de Shoet toegeven kan. Hij ging andermaal binnen en kwam ditmaal terug met de boodschap, dat wij, zooals wij waren, mochten komen.

Nauwelijks bevonden wij ons op de praam, of hij draafde weg, naar het aangeduide witte huis toe, steeg af, bond zijn paard vast en strompelde met veel moeite door de deur. Halef en Osko, vlug ook naar binnen! Wij moeten weten, wat hij doet en spreekt. Laat hem geen oogenblik alleen! De beiden drongen hun paarden terstond op den oever terug en reden naar het huis toe.

Die merken dan dat wij hier zijn en van plan om hen in de uitoefening van hun bedrijf te storen. Domkop, grijnsde Sandar mij aan. Nu naderde Osko. Ook hij nam het air aan van een zorgloos onbevangen mensch. Hij zag er niet uit als een rijkaard, en hij kwam ook zonder ongelukken voorbij. Nu moest Halef komen. Voor hem had ik alle reden tot bezorgdheid.

Natuurlijk betuigden Osko en Omar mij hun groote vreugde over het welgelukken van mijn waterexpeditie, die in 't geheel niet op ons programma had gestaan. Dat had ik stellig het meeste noodig. Daarom steeg ik te paard en reed terug, juist toen ook de kleermaker den oever bereikt had. Wat hij nu verder ging doen, kon mij voorloopig onverschillig zijn.

Ach Effendi, misschien zijn al heel wat menschen hier in die rotsholte van dorst omgekomen! Van deze schurken kan men zoo iets verwachten; zij waren het tenminste wel degelijk van plan. Als wij nu dit touw naar binnen laten zakken, dat kunnen Osko en Omar gemakkelijk bij ons komen. Zoo gezegd, zoo gedaan. Al gauw zaten die twee bij ons.

Daarmee was de zaak afgedaan, en hij ging weer op zijn plaats zitten. Een poos later wenschte hij ons wel-te-rusten, en verwijderde zich om te gaan slapen. Osko, Omar en Halef, zij ook waren van oordeel, dat wij met een eerlijken man te doen hadden, wat de waard ons ook nogmaals verzekerde. Langzamerhand liep de binnenplaats leeg en werd ook het voorvertrek ontruimd.

Ik mag het ook niet zien eten, want zelfs het zien van varkensvleesch moet ons een gruwel zijn; maar nu Omar en Osko niet hier zijn, heb ik ook geen verwijt te vreezen, als ik uit verkleefdheid aan u, Sihdi, hier stil blijf zitten. Als gij van den ham in uw mond steekt, zal ik mijn oogen dicht doen, of minstens ter zijde kijken. Onze gastheer bracht ham, worst, brood, peper en zout.

Dat wilde bij wel, maar kwam er niet toe; want de duivel beschermt den Duitscher. Ja, hem of aan een der zijnen gelukte het zelfs, om later mijn vriend te vermoorden. En nu zitten zij met Osko mij achterna. De oude Montenegrijn zou natuurlijk niets liever willen, dan zich op mij wreken. Dat moet hem betaald gezet worden! Zoo denk ik er ook over, en daarom neem ik hem voor mij.

Het is dus zoo duidelijk als tweemaal twee vier, dat de weg naar hier voor onze vijanden, die natuurlijk een ladder hebben, open ligt. Of zijn de lagere zolderingen soms te sluiten? Neen. Ook dat niet! Wij kunnen dus op een mogelijk bezoek rekenen, dat wel eens slecht voor ons kon afloopen. Ik moet zelf den toestand opnemen. Osko, kunt gij mij op uw schouders naar boven dragen?