Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 3 juli 2025
Die boezem voelt der wroeging felsten prang, En 't traantjen droogt niet op langs de uitgebleekte wang. Daar zat zy, troosteloos, in diepen rouw verzonken, En scheen een zielloos beeld, uit marmersteen geklonken.
Men moet daarom aan beide kanten groote vengsters maken, die tot op den grond van den zolder nederhangen. Het is verwonderlyk, hoe de koffy spoediger droogt, wanneer de wind 'er regelrecht op werkt; het is alleenlyk noodig de twee gevels en de beide zyden van het gebouw aan het bovenste gedeelte, tot aan de zolder toe, met planken te beleggen.
Wil in den kelder melk gauw drinken, Doch moet schier in de teil verdrinken. Droogt aan een vuur zijn natten kop, Een koe, die slokt hem levend op. Dees vette koe wordt door den pachter Terstond verkocht aan eenen slachter. Zoo haast de man het beest legt open, Komt Duimken uit haar lijf gekropen. Hij vaart in eene nootschelp hier Voor zijn vermaak op een rivier.
De pruimen moeten in steenen potten worden bewaard. Gedroogde appelen. Men neemt rijpe appelen, die door het liggen reeds eenigzins zacht zijn geworden, schilt ze, boort ze uit, en droogt ze in een matig gestookten oven. Gedroogde blaauwbessen. De bessen worden goed verlezen, dan dun uitgespreid, en eenvoudig in de zon gedroogd. Gedroogde kweeën.
Mijn oom Herse had een goed hart; mijn oom Herse had een teergevoelig gemoed; en toen de asch hem niet meer in de oogen zat, en mamsel Westphalen de schrammen in zijn aangezicht met zoeten room had ingesmeerd, zoodat zijn lief rood gelaat er uitzag als een paddestoel, waarmeê de vliegen doodgemaakt worden, zeide hij vriendelijk: "Houd nu met dat schreien maar op; ik help u terecht; gij moet vluchten." "Vluchten!" riep zij en keek heel verbaasd hare figuur van boven tot onderen aan. "Mijnheer Herse; ik vluchten!" En zij dacht daarbij aan de duiven, die zij boven op de duiventil had, en indien hare omstandigheden niet zoo droevig geweest waren, zou zij bijna gelachen hebben. "Ja," zegt mijn oom, "kunt gij bij dezen weg en in dit weder, wel zoo'n mijl of drie vier, in ééns door marcheeren? Want een rijtuig is niet te krijgen, en 't is ook niet heimelijk genoeg." "Mijnheer Herse," zegt Mamsel Westphalen, en het lachen verging haar geheel en al; "zie mijne persoonlijkheid aan; ik ben wat zwaar gebouwd, en het trappenklimmen wordt mij soms al heel moeilijk." "Kunt gij dan rijden?" "Wat zegt gij?" "Ik meen, of gij kunt paardrijden?" Mamsel Westphalen stond nu op en zette de handen in de zijden, zeggende: "Met schande wil ik niet leven. Welk vrouwspersoon rijdt te paard? Ik heb er maar één gekend in mijn leven, en dat was eene freule, maar die was er ook naar." Nu stond de raadsheer Herse op, en liep een paar maal in gedachten, in de keuken, op en neder; eindelijk vroeg hij: "Acht gij u zelve in staat, om u bij dit weder, vier en twintig uren in onzen stads-veengrond in het riet te verstoppen?" "Mijnheer Herse," zegt mamsel Westphalen en zij grijpt weêr naar haar boezelaar en droogt hare oogen af, "zie, 'k ben nu al in de vijftig en 'k heb verleden najaar die zware ziekte gehad..." "Dan gaat dat ook niet," valt de raadsheer Herse haar in de rede, "dan zijn er nog maar twee wegen; een naar boven en een naar beneden. Vluchten moet gij, 't zij op den zolder, of in den kelder." "Mijnheer de raadsheer!" roept Frits Sahlmann uit, en kruipt van achter den keukenhaard te voorschijn, "ik weet het." "Jongen," zegt mijn oom, "zijt gij hier?" "Ja;" zegt Frits, heel benauwd. "Dan is 't met de heele heimelijkheid niets waard: want wat drie weten, weet de heele wereld." "Mijnheer Herse," zegt Frits, "ik zeg waarachtig niks er van! En, mamselletje, ik weet een plekje voor u. Op den rookzolder is de ééne plank los; die kan er afgedaan worden, en als gij u dan een beetje dun maakt, dan kunt gij u daar tusschen dringen, en daarachter is, bij de vliering, een klein hoekje, daar vindt u geen duivel." "Entfaamte lummel!" zegt mamsel Westphalen, en zij vergeet al haren angst en nood; "dan ben jij 't geweest, die altijd de metworst van den rookzolder gestolen hebt en, mijnheer Herse, ik heb altijd de onschuldige ratten verdacht." Mijn oom houdt nu Frits Sahlmann vrij van een duchtig pak slaag en zegt, dat het nu hoog tijd was, en dat zij vluchten moest, en dat d
Als het speenvarken goed is schoongemaakt, zet men het een paar dagen in een vaatje geheel onder karnemelk; dan snijdt men aan iederen poot de peezen door, zoodat men ze onder het lijf kan buigen en ze kan vaststeken of binden; men maakt in den hals een paar sneden door het zwoord heen, ten einde het uitdampen te bevorderen; men steekt er voorzigtig de oogen uit, wascht het af, droogt het goed aan den buitenkant, en wrijft het van binnen in met zout en ragoutpoeder, volgens A, No. 23.
Mysties-platonies heet het bij deze gelegenheid hoe de hele natuur van liefde doordrongen was: de aantrekkingskracht van de magneet is een soort liefde, de rivieren worden er ook door liefde toe gebracht zich in elkaar uit te storten, en wanneer de mannelike palm alleen staat, ver weg van een vrouwelike, droogt die door liefde-verlangen uit!
Al de kinderen zijn gekleed in korte, witte kleeren, en als somtijds de booze geesten hen verschrikken, dan is Jizo er steeds, die hun tranen droogt, en is er altijd iemand, die hen weer naar hun spookachtige spelen terugzendt.
Ik heb gelukkig een regenmantel omgeslagen, wat toch niet verhelpen kan, dat mijne beenen en knieën drijfnat worden, doch.... dit droogt straks wel weder in de zon op. Onze weg voert thans door de drooggeloopen bedding eener rivier, overal met wild suikerriet begroeid. Dit gedeelte noemt men Borboullon.
Daar is dat onbeschrijfelijke, waaruit het bevallige zich ontwikkelt; een groene weide, waarboven gespannen touwen, waarop het linnen in den wind droogt; een oude warmoezierswoning uit den tijd van Lodewijk XIII met zijn groot dak en grillige dakvensters, vervallen heiningen, een weinig water tusschen populieren, vrouwen, gelach, stemmen; aan den horizont het Pantheon, de boom der doofstommen, het Val-de-grace, en op den achtergrond de statige vierkante torens van Notre-Dame.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek