Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 12 juni 2025


«Moordenaar, dronkaard van brandewijn, slachter!" schreeuwde de jonge man. «Weg met dat paard, 't beest is op, er meê naar buiten, 't is schande!" riep de boer, purper van kwaadaardigheid, toen het paard onder voorbij ging, voortgeslagen door de chulos.

De Friesen volgden weêr hunne eigene wyze om zich, in scherts, zulke geslachtsnamen te formen. De bleeker in Friesland noemde zich Osinga, de slachter Bylsma, de schoenmaker Elsinga, de glazemaker Glasstra, de timmerman Latsma, de schipper Scheepstra, enz. Al die namen bestaan thans nog als geijkte maagschapsnamen, en houden de herinnering aan het voorvaderlike bedrijf levendig.

Wil in den kelder melk gauw drinken, Doch moet schier in de teil verdrinken. Droogt aan een vuur zijn natten kop, Een koe, die slokt hem levend op. Dees vette koe wordt door den pachter Terstond verkocht aan eenen slachter. Zoo haast de man het beest legt open, Komt Duimken uit haar lijf gekropen. Hij vaart in eene nootschelp hier Voor zijn vermaak op een rivier.

Van den eenen mensch jegens den ander, weetje, want dat is eigenlyk de hoofdzaak van ons geloof. Ik preek er ook wel eens over, maar... zóó niet, daar scheelt veel aan! Want, wat gebeurt er? Er zat 'n man in de kerk 't was 'n slachter, moet je begrypen die kreeg 'n toeval, en hy moest er uit gedragen worden, en ieder dacht dat het van de warmte was. Maar 't was niet van de warmte.

En Eulalie, die er maanden lang een echte marteling mee uitstond, heeft het niet meer willen horen: zij is ervoor gevlucht, zij heeft het dorp verlaten; zij huwde anderhalf jaar na Fortunés dood, een slachter van Lovergem, een dorp dat op meer dan drie uren afstand van Akspoele ligt.

Het was toch eigenlijk iets vreemds dat de vrouw, die pas nog dacht: ik zal die mannen doodmaken omdat ze mijn lieven man doodmaakten, nu zelve al dood was. De Mijnheer zei dat het dien dag juist erg regende, en dat het water dat door de goot liep net zoo rood zag als bij den slachter als er geslacht is. Hoe vies! en het is toch al zoo naar van een beest! Maar nu moet U hooren.

Zij wil geen brandhout meer geven. Wat zullen wij van den winter stoken? Wij zullen geen hout hebben." "Wij hebben de zon." "De slachter wil niet meer borgen; hij wil geen vleesch meer leveren." "Dat komt heel goed. Mijn spijsvertering is slecht en het vleesch voor mij te zwaar." "Wat zullen wij dan eten?" "Brood." "De bakker wil iets op rekening betaald hebben, en zegt: geen geld, geen brood."

"'t Is waar," zeide Adeelen: "gij bracht zelf den os ter slachtbank en nu de slachter zijn bijl opheft, wilt gij het beest sparen." De Abt van Lidlum, die ondertusschen met zijn buren gefluisterd had, vatte nu het woord.

Dan ben ik zeker, dat ik het niet doe. Zeer goed; dus kunt gij zweren, dat gij den hond, waarvan hier sprake is, niet in de kerk hebt gesloten? Als de hond in de kerk was geweest, zou ik hem gezien hebben. Hebt gij goede oogen? Ik heb oogen als iedereen. Zijt gij, zes maanden geleden, niet tegen een kalf geloopen, dat opengesneden voor den winkel van een slachter hing?

Plutarchus maakte er een gewetensbezwaar van, een trek-os, die hem jaren lang had dienst gedaan, om een klein voordeel aan den slachter te verkoopen. Een Syriër bezat een olifant, wiens oppasser aan 't arme dier dagelijks de helft onthield van de gerst, die er voor bestemd werd.

Woord Van De Dag

verduldige

Anderen Op Zoek