Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 21 juni 2025


"Zwijg, spreek zoo niet, Peternelle. Uwe ongeloovigheid zou u een ongeluk over het hoofd kunnen halen. Peternelle, ik ben gaan zien naar de kamer.... naar de kamer van Willem, en God beware ons! het bed is ledig!" "Het bed is ledig?" morde de vrouw. "Dit is zonderling en verwonderlijk, inderdaad." "Niet waar? Die arme jongen!

"Ik wilde het wel in brand zien," morde De Chatillon, "het kost mij een paard en een trouwe dienaar." Nu wendde de ridder die de leliën op de borst droeg zich om, en sprak: "Mijne heren, dit slot is het verblijf van de ongelukkige Landheer Gwyde van Vlaanderen een vader wien men zijn kind ontrukt heeft, en wiens land wij door het geluk der wapenen gewonnen hebben.

Eene enkele stoute daad brengt deze in schijn zoo trotsche Isegrims tot zwijgen." "Het is onnatuurlijk; daar moet eene list onder verborgen liggen", bemerkte de kastelein. "Die Tancmars zijn voor ons ongeluk geboren", morde de proost. "Zij zoeken met eene helsche spitsvondigheid alle gelegenheden op om ons tot ongeduld en geweld te drijven. Die gelegenheid hebben zij nu gevonden.

Wat ik u kom vragen, Robrecht, is of gij bereid zijt, op mijn verzoek en ten dienste van Kerlingaland, alles te wagen, zelfs uw leven." "De vraag is kwetsend!" morde de jongeling. "Hij heeft gelijk", zeide Disdir Vos. "Gaf mher Sneloghe ooit iemand recht om aan zijne onversaagdheid te twijfelen? In deze zaak is eer en roem te behalen. Hoe zou hij kunnen weigeren?"

Zoo waren zij misschien een groot kwart uurs buiten Gheel geraakt, toen zij eensklaps achter zich het snelle geklep eener klok door de lucht hoorden galmen. "Wat is dit?" riep de fourier. "De noodklok? Er is brand te Gheel; wij moeten terug!" "Terug? Neen, neen," morde de sergeant-majoor, die weigerde zich om te keeren.

"Ja, ik heb sedert eenigen tijd opgemerkt, dat gij hem zeer vriendelijk zijt," morde hij, het hoofd schuddende. "Ach, wie kan op het veranderlijk gemoed eener vrouw betrouwen!" "Maar wat wilt gij toch zeggen, vader?

"O, God, mijne arme schaapkens van kinderen, wat hebben zij toch misdaan!" morde Jan Verhelst. Maar hij beheerschte zijne smart en zeide met besluit: "Mie-Wanna, versmachten wij ons verdriet, bedwingen wij onze tranen met geweld. De tijd vervliegt. Gauw, zeg mij, hoe gij zijt gevaren sedert mijn vertrek; dan zal ik u van ernstige dingen spreken."

"En gij hebt hem uw zwaard niet in de borst gestooten?" kreet Disdir Vos. "De heer graaf kwam in de zaal, waar de twist gebeurde. Hij bande den vrede tusschen ons. Ik moest gehoorzamen; maar, wat zeker is, ik zal vroeg of laat het verdriet van Dakerlia Wulf op Ghyselbrecht wreken!" "Ware mij den kamp geweigerd, ik sloege den valschaard dood, ondanks den vrede!" morde Disdir Vos.

Vroeger waren zij onze naaste buren, en hun zoon en onze dochter hebben te zamen gespeeld, van voordat ze nog alleen konden loopen." "Maar waarom zegt gij dit alweder?" morde de vrouw. "Weet ik het niet zoo goed als gij zelf?" "Ja, ja, des te beter; maar ik bid u, laat mij voortgaan.

"Komaan, De Chatillon," morde De St.-Pol tegen zijn broeder, "stijg op het ros van uw schildknaap en laat ons gaan, want Mijnheer De Valois is een ongelovige volksgezinde." Intussen hadden de schildknapen hun wapens in de schede gestoken, en waren zij nu bezig met de paarden hunner meesters vooruit te brengen. "Zijt gij klaar, Mijne heren?" vroeg De Valois.

Woord Van De Dag

verheerlijking

Anderen Op Zoek