Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 5 juli 2025
De meneghe sprect, hi en meines niet: Al dier ghelike es mi ghesciet, Want al spreict mijn mont, Ic en saels niet meinen in minen gront, Want ik an hare alder doocht. Ic bidde gode den oversten vooght Dat sijt mi qualijc nemen en moet: Si es so eersam ende so goet, Ende eest dat sijt qualike nemt, So wert haer herte van mi ontvremt, Dan so blijft mijn herte in pinen staen.
"Och Peter," zei vrouw Janssen, terwijl zij de oogen op het knaapje hield geslagen: "die jong is pas zeuven moanden oud, 't is nou over drie doagen Alder Heiligen, en tegen Maria Lichtmis is 't alweer zoo wied." "Kom, da's zoo'n spul niet," sprak Peter op geruststellenden toon: "we motten toch 't half dozijntje vol hebben, hé Net?"
"Dat heb je al heel dom behandeld voor een verstandig mensch," bromde Bouke: "'t is met jou ook: hoe alder hoe malder. Ik zou het maar niet aan Mijnheer vertellen; want dan zag het er slecht met je uit." "Ik heb mij toch niet versproken, zooveel ik weet," zeide Geertrui verlegen.
Echter blijft hij zich wel bewust van de grenzen die hij hier moet in acht nemen: "van den alder quaetsten willic swighen". Hij heeft niet de onafhankelijkheid van geest, waarmede de onbekende leek zich tegenover kerk en priesters durft plaatsen; hij wil of durft zich niet zoo uitlaten als deze over Mariadienst, mirakelen, heiligenbeelden, vervolging om den geloove.
Gouverneur Caesar en Raad van Formosa aan de Bat. 4. ....tot onser alder harte leetwesen de fluijt de Smient nochte het schoone Jacht de Sperwer daer [Japan] niet is comen te verschijnen 't welck bij ons op den 29en Julij laestleden naer Jappan affgevaerdicht was met een cargasoentie van f
O Vader, Sone, Heilich Geest, Ic bidde U, dat ghi bewaert mijn lijf, Dat ic nemmermeer mans wijf Werden en moet te minen scanden, Waer ic come in enighen landen, Dat ic moet bliven dat ic si. Dies biddic u, moeder ende maghet vri, Fonteine alder suverheit, Dat mi nemmermeer dorperheit Gheen man te voren legghen en moet; Dies biddic u, fonteine, der doghden vloet, Werde moeder ende maghet reine.
Bi gode, ic sal daer omme gaen spien Vroech ende spade, in alder stont; Mochtic also sconen roden mont Ghevangen, ic souts te blider sijn, Ende met alder herten mijn Gode daer af dancken alle mine daghe; Nu willic mi berghen achter dese haghe Ende verbeiden der avonturen. O Maria, moeder ende maghet pure, Ic bidde u om een goet beleyt, Ende om een soet claer bescheit Te vernemene van Sanderijn.
Doch daartoe bepaalt zich onze wetenschap in dezen. Waarschijnlijk zullen sommige geestelijke liederen, die ons slechts in latere redactie's bekend zijn, nog uit dezen tijd dagteekenen. Zoo b.v. het lied: Nu zijt wellecome, Heere Christ, Want ghy onser alder Heere bist enz.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek