Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 29 juni 2025
Nadat hij gedurende een paar uren in gedurige gemoedsbeweging de kamer had op en neder geloopen, zag hij zijn deur opengaan, en de oude Geertrui, zich met moeite op haar krukje voortwerkende, trad de kamer in.
Smakelijk nuttigde het knaapje een boterham, en liet zich vervolgens door Geertrui naar zijn bedje brengen, hetwelk voor het overleden zoontje des Barons gediend had en nu voor zijn voedsterling in gereedheid gemaakt werd. "Ik hoop u dezen zomer buiten te brengen," zei inmiddels de Baron tegen zijn vrouw: "die benauwde stad deugt u niets. Dat geleuter van de Dokters beduidt geen zier.
En juist zal de olifantenjager zijn jongste jachtavonturen mededeelen, als hij in zijn voornemen wordt gestuit door de komst van Geertrui en van Reinard Jansen, een zoon van grootmoeder Kloppers' broeder Lodewijk . Zie »Helden van Zuid-Afrika". Reinard Jansen is zoo pas bij Geertrui aangekomen, wil van nacht op Vredenoord logeeren, en morgen zijn reis voortzetten naar huis.
De Baron reed nu onverlet zijn kasteel in, vertrouwde Ulrica aan de zorgen van Geertrui, en begaf zich met den Schout naar de groote benedenzaal, terwijl Bouke met eenige dienaars de gevangenen ging verlossen en vervolgens den nu ontwapenden wachtmeester binnenbracht. "Wat is uw last, wachtmeester?" vroeg Reede: "en hoe durft gij zoo onbeschaamd in mijn kasteel den baas komen spelen?
Hij wilde haar troosten, maar de troost bestierf op zijn lippen. Hoe zou hij ook troosten was zijn hart niet verscheurd? Doch de kleine werd iets rustiger; het sloot de oogen en sluimerde in. Jan Kloppers stond op. »Moet het?" zeide Geertrui met moede stem. »Ja," zeide hij, »het moet laat een Kaffer komen!" Een der Kaffers kwam. »Neem den Zwarte van den stal," zeide Kloppers, »en zadel hem vlug!"
Vruchteloos waren al zijn nasporingen geweest: onbeantwoord waren al zijn nadere brieven aan Velasco gebleven. Hij besloot eindelijk het kind als het zijne op te voeden en bij voorbaat zelfs voor het zijne te laten doorgaan; terwijl hij, voor zijn vertrek uit Amsterdam, aan Bouke en Geertrui plechtig liet zweren, dat zij aan niemand de ware toedracht der zaak zouden bekend maken.
"Een schoone vrouw!" zeide Geertrui tegen Bouke, die bezig was de valken te voederen: "en zoo minzaam jegens een iegelijk.
"Hoe!" zeide Joan met sombere blikken tegen Bouke, die zich, zoodra Geertrui vertrokken was, haastte zijn mand uit te pakken en het middagmaal op tafel te zetten: "zijn de bevelen zoo streng? zit ik hier buiten toegang?"
Geertrui zat met gevouwen handen over haar meesteres, met het hoofd een weinig op zijde gedraaid, om beter te kunnen hooren: nu en dan toonde zij, bij dezen of genen tekst, dien zij op het huisgezin toepasselijk oordeelde, haar welgevallen door een hoofdknik, en somtijds zelfs maakte zij binnensmonds een noot of aanmerking op het gelezene.
In den hoek stond een geweer met den langen, blinkenden loop: daarnaast lag de bandelier. Kloppers maakte zich nu snel gereed voor den krijgstocht. Geertrui hing hem den bandelier om de schouders. De leeftocht voor eenige dagen een stuk gerookt vleesch, eenige harde beschuiten, een zakje gemalen koffie en een builtje tabak was spoedig gereed.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek