United States or Burkina Faso ? Vote for the TOP Country of the Week !


"Zie-de wel, juffer, dat 't der een van 'n spul is? Dâ's allemoal schunnig volk, doar mot-de veurzichtig mee wêzen. G'leuf me, loat 'k em noar den veldwachter brengen, dan bint wie der af, en dan kriegt ie wat 'em toekumt." Pieter grijpt den arm van den jongen weer vast.

"Och Peter," zei vrouw Janssen, terwijl zij de oogen op het knaapje hield geslagen: "die jong is pas zeuven moanden oud, 't is nou over drie doagen Alder Heiligen, en tegen Maria Lichtmis is 't alweer zoo wied." "Kom, da's zoo'n spul niet," sprak Peter op geruststellenden toon: "we motten toch 't half dozijntje vol hebben, Net?"

Juist toen Philip en Virginie de gezelschapskamer hebben verlaten, vraagt de kastelein, nadat hij zijn bevelen voor het rijtuig had gegeven, of er dan te Romphuizen in De Gouden Arend geen "goed spul" meer te krijgen was. Daarop heeft de vreemde verhaald dat men in De Arend geen rijtuig had kunnen geven, want de beide vigilantes waren uit. Er was in het stadje een heele opschudding geweest.

"'t Ligt voor de hand dat de zaak moèt uitkomen. De menschen zullen van dit kind hooren, het in verband brengen met onze kippen en 't andere spul, en m'n vrouw zal de heele zaak te weten komen... Ik heb geen vaag idee hoe ze 't zal opvatten." "'t Is stellig moeilijk," zei Bensington, "om eenig plan te maken " Hij zette zijn bril af, en veegde hem zorgvuldig schoon.

Hij nam een sigaar, bekeek, berook en besnuffelde haar van alle kanten en zei: hum! dat is fijn spul en lei ze toen voorzichtig op tafel, U permitteert? Hij nam een stoel ik ben 'n oud man, den heelen dag geloopen u is een knaapje bij mij vergeleken, ik ben twee en zeventig, , ! Even steunend ging hij heel familiaar, als waren we reeds oude kennissen, bij ons zitten.

zegt juffrouw Jaling zachtkens: „Wat ’n mooie stem heit ze’.” „Jawel, maar luister nou liever, m’n goeie mensch.” Walten antwoordt: ....... Laat mij alleen ontvluchten! „Gaat ie ’r van door?” vraagt vrouw Daters fluisterend aan de andere, die voortdurend door de ruiten naar binnen ziet. „Wel, mensch, ’t is ommers allemaal spul!

De schooljeugd blijft het "groote spul" aankijken, en, nadat die "heer met de mavrouw" binnen den winkel zijn, volgen zij nog een eindweegs de barouchette, waarvan de koetsier door Janssen met de woorden is ingelicht: "Voar ie moar 't hekke in, kameroad; achter oan de schuur; 'k Hèt beste kleever op dêl."

Moeder gaf sloai veur 't noenmoal, en Santje had de azienflesch met azien in de klepben. Ze had zich tóch al verloat en 't was met 't lilleke spul van zoo straks ver over den tied geloopen. Thuus zou ze roazes kriegen; moar toch wat schrauwde Dorus! Kiek, doar liet ie zich zakken op den grond, en, met 't heufd viel ie in 't korn.

De neef praat waarlijk allerliest, en nadat Janssen heeft gezegd, dat ie 't spul van z'n lêven nog wel is wou zien, moar, dat ie zien mond wel af kan vêgen umdat 'r toch nooit van kommen kan; nadat mijnheer nog vele redenen vernomen heeft waarom 't niet mogelijk was, betuigt ZE. dat het anders zeer aardig zou wezen, wezenlijk.... en nicht....? heusch! wanneer zij 't eenvoudige voor lief wilde nemen, dat ze dan stellig eens komen moet.

Dus is het vleesch verbrand of aangebrand, met andere woorden oneetbaar geworden." "Praat niet, maar kauw!" viel Frank uit. "Het is zeer ongezond, onder het eten te zingen of te praten, want daardoor gaat de klep van het verkeerde keelgat open, en komt het eten, in plaats van in de maag in de milt terecht." "Ja, kauwen! Wie kan zulk een spul kauwen! Kijk zelf, is dat nog vleesch?"