Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 7 juli 2025
Op het plein de trammen, de vigilantes, de sleeperskarren en zware wagens van de Hollandsche Spoor en Van Gend & Loos; en telkens, dof-donderend, een trein, die stil bleef staan, daar boven op het perron, met hijgend gesis. Dan een menschen-stroom uit de duisternis tusschen de grauwe steengevaarten waar de rails op rusten.
Gelukkig nog, wanneer de chef der vigilantes, die mij kent, zijnen voerman toeriep: "Over Van Dillen!" Van Dillen is een stalhouder en woont schuins tegenover mij. En dan reed ik weg, peinzende over de kleine wonde, mijner ijdelheid toegebracht, en over het betrekkelijke van iemands vermaardheid. Wat is er nu te doen, om het opzeggen van zulk eene litanie onnoodig te maken.
Misschien misschien ook niet; want de koetsiers der vigilantes weten wel een huis te vinden, wanneer men de straten noemt, waarnevens het gelegen is, maar zijn in de letters der buurten evenmin ervaren als hunne overige stadgenooten. "Vooruit! vooruit!" en zie bons! daar stuit hij op den Amstel. Hij kan niet verder; tenzij hij in 't water loope.
De draagkoets bestaat sedert lang niet meer; doch ook de toeslede, zoo veilig en zeker, wordt meer en meer vervangen door hossende vigilantes, bij welker afrijden van eene sluis het onzeker is, wie in den grootsten angst verkeeren moet, hij, die er in zit, of de voorbijganger.
En snel wipte hij over 't trottoir en in de vigilante, waarbij hij zijn hoed stootte, terwijl hij den koetsier toeriep waar hij heen rijden moest, 'n bekend huis-voor-feesten op de Keizersgracht. Hij zat te vloeken tegen vigilantes, zijn hoed weer opstrijkend, en begon toen langzaam zijn handschoenen over zijn halfverkleumde vingers te duwen.
Menschen, wagens, vigilantes, omnibussen, koetsiers met gevelde zweepen, die riepen: "Hier Mijnheer, Hotel dit, Hotel dat!" alles woelde en krioelde dooreen; en onze reizigers herkregen eerst hunne bezinning, toen ze, als haringen in een omnibus gepakt, knie aan knie, tegenover elkander zaten te droomen althans dat meenden zij.
Een eind voor het station, bij het begin van den oprit, staan een paar vigilantes, die telkens, als een passagier instapt, beven en sidderen voor zich zelve en voor den roekelooze, die zich waagt aan vehikels met paarden er voor, die betere dagen hebben gekend en rijp zijn om binnen korten tijd te veranderen in zoolleer, goedkoope biefstuk of best rookvleesch.
En op de vlakke hand houdt hij ze het hondje voor, dat ze gulzig ophapt. "Dat is lekker, hé? Ja, smul jij maar, ga je gang maar. Had de baas nu ook maar wat. O! wat doet mijn rug zeer." Hij gaat op een stoep zitten en staart nadenkend de voorbijgangers en de heen en weer rijdende vigilantes en wagens aan.
De koetsiers van „de aapjes” en vigilantes trappelen op en neer naast de geduldig onder hun dekens stilstaande paarden, waarvan een enkel nu en dan met den kop schudt of een der voorpooten oplicht, om met zijn hoef de straatsteenen te krabben, als wilde het dier de beweging van zijn meester nadoen.
Derhalve bidden wij u hartelijk op uwe hoede te zijn en wakende gevonden te worden, zooals de heilige tekst zegt: Invenientur vigilantes!
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek