Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 14 juni 2025


Voor Pallieter was het een zielsgenot, zoo aan de regenkoorden te hangen en hij veerde maar dóór in zijn geestdrift. God weet waarheen! Maar op den overneetschen steenweg, die hier omtrent tot tegen de Nethe kronkelde, hoorde hij zijn naam. En, van onder de bruine huif van een mulderswagen, zag hij Fransoo armenzwaaiend, hem toeroepen.

In den nacht had het geregend en nu was alles eens zoo frisch en versch. Een breede, malsche wind rolde heerschend over de wereld; de nevelen waren weggevaagd en de zon zoelde verjongd en verrijkt van tusschen melkwitte rappe wolken op de groene aarde! Het schip veerde nu met spierwitte open zeilen, die de wind deed zwellen lijk buiken.

"Meiden," zei Bekker, "dat is niks gedaan... Ze veerde als ze liep." Hij draaide de lamp wat op en sloeg een blad om van 't boek waar-i in las. "Waar zou ze nu zijn?" "Zou ze zoenen?" Een stukje vuur uit zijn pijp viel op 't boek. Hij doofde 't met een lucifersdoosje. "Verdomme, een gat, dat heb ik stom gedaan."

Even schokte 'r lichaamsmassa als een zuigerstang in de dekenholte, even floepte 'r hartmokering de lakens als 'n tooneelzee in golving dan bezeten-van-vrees an 'r naaidoos in de meidenkamer denkend, de doos met de gespaarde Amsterdamsche lootjes, veerde ze 't bed uit, om de kaars an te steken. De wekker stond op kwart òver twaalf.

't Was toch schoon: gracielijk als een reiger, zonder schok of stoot, veerde het kalm door de lucht, met zijn vleugelen en zijn staart schrilwit op 't warme blauw. De lucht was vol stralen geronk, en al de menschen in het dal liepen van hun werk en uit hun huis, en zagen naar omhoog. "Nen engel heet er ni aan," zei Pallieter stil. "Neeë," zei Marieke, "ik kan man oege ni geloeve!"

Onder den breeden stroohoed wuifde het haar, dansend op den lentewind. Ze draaide een bloem in de handen. Den stengel had ze stuk geknepen. Donker liep hij naast haar. Zijn rotting veerde aan tegen de grintsteentjes, die voortstoven als raketten. "Lize"... "Nee... Nee... Zeg niks meer." "'k Wou"... "Nee, nee, Frans." "Begrijp je dan niet"... "Ik bid je... hou op!" Hij zweeg.

Nu begint voor hem de reeks der zoete dagen waarvan hij vele jaren later getuigde, dat zij de eenigen in zijn leven geweest waren, waarin hij gansch zichzelf kon zijn. Zijn wezen dat elke dwang, elke verplichting verafschuwde en ondragelijk gevoelde, gedijde, want de band die hem bond was liefde, dat is vrijheid; zachte volle vrijheid die rondom hem veerde, altijd meegaf, een donzige wolk.

Op een doodensprong maakte vier meter geen verschil. Toch passend en wikkend pruimend op 't pitje der kaars bleef-ie in berekening tot-ie bijna van verrassing gilde. Z'n knutselende vingers hadden den knop van Amélie's parachute aangeraakt. Nagenoeg gaaf veerde de parachute uit de stang. 't Leek niet te gelooven. Eergisteravond was-ie 'n kuiken geweest, 'n logisch-redeneerend kuiken.

"Da-weet ik... Gaat niemand an..." "Luister nou eve..." "Ajuus... 'k d'r genog van..." Naast elkander lagen ze in 't gras. Trien snurkte als een verkouden Puckhond. Moeder's ronde opgebolde rug veerde zachtjes op en neer. De zon blakerde de lichamen, blakerde het gras, blakerde de boomen, blakerde den heeten, grijzen, mullen landweg. Trien lag met het hoofd op het pak manufacturen.

Woord Van De Dag

verduldige

Anderen Op Zoek