United States or Chile ? Vote for the TOP Country of the Week !


In de stilte kwam de avonddamp over de velden gesluierd en verdikte zienderoogen. Zij stootten ineens tegen kant, en het schip bleef steken. Toen stond Pallieter recht, Marieke zuchtte, en zwijgend lei Pallieter het schip aan een knotwilg vast. Er was nu hier en daar een lichtje. "Kom nu gaan we naar beneden," zei hij.

Marieke keerde zich om tot Pallieter en was buiten asem, hare boezemkes gingen rap op en neer, zij kost er bijna niet van spreken, en dopte het zweet met haar halsdoeksken weg. Zij bezag Pallieter voldaan, en hare oogen werden grooter dan anders. Hij tikte op haar handen en wees haar de vier torens die men van hier zien kon liggen: Duffel, Mijlstraat, Huut en Mechelen.

Vlug lijk 'n weerlicht had Charlot een anderen rok aangeschud, en liep lachend menheer Pastoor roepen.... De goede vent wenschte Pallieter proficiat, en tikte Marieke vaderlijk op hare wangen. En verblijd zei hij: "Pallieter, jonge, nij kunde de wereld ni ingaan, nij er een kinneke komt, en moete op ons zalig Nethe-land blijve wonen!" Maar Pallieter zei: "Dat is mor uitgesteld.

Pallieter, die nevens Marieke zijn plaatsken had gezocht, zat zich soms krom te lachen, als hij die vretende menschen zag. Charel Verlinden, een dikke boteropkooper, liet de karbonaden met peekens en erwten passeeren. "Ik zal straks man scha wel inhale," zei hij. Maar iedereen begost hem uit te lachen, en zij verkneukelden er zich reeds in, zijn groot achterste te zien.

't Was een gestuif en getier lijk van uitgelaten schooljongens; maar de pop vocht zich er uit en wierp zich, gevolgd door de anderen, in de vestboomen, waar de strijd opnieuw begon. Marieke riep helder en verrast: "De tulpe komen uit! Komt zien!"

Op een wip zag hij de boomen reeds onder hem, het volk liep van verwondering mee, en ginder, in 't rood op 'n wit paard, reed Marieke op den dijk, zij wapperde met haar zakneusdoeksken, en riep "tot straks, tot straks!" maar daar hoorde hij natuurlijk niets van. Met een geweldige snelheid ging het vliegtuig hooger en verder.

Zij vertelden dit en dat, maar meestal hing er een goede stilte rondom hen. Charlot kwam na den afwasch er zich bijzetten, in de hoop van veel te kunnen lachen. Marieke zat met den ronkenden Tybaert op den schoot. Een smoorwolk omhulde hen, en de schemer kwam fluweelig binnen gevallen.

"Ik trijf Pallieter!" juichte Marieke. "Gij, gij?" riep bibberend Charlot, "gij, m'n petekind, me Bruur?... Gij?... Och, Jezus, Maria, Jozef!..." En ze viel Pallieter aan zijnen hals, en weende hardop van geluk. En dat kwam aan Pallieter zijn hart, en hij pinkte, beet op de tanden om de tranen binnen zijn oogen te houden, maar hij kon niet, met den besten wil van de wereld.

Ginder kwam Charlot van de mis. "Stekt oe weg," zei Pallieter tot Marieke. Ze verscholen zich achter eenen boom en maakten op voorhand sneeuwballen gereed. Charlot was nu nog ééns zoo dik door de vele winterkleeren, onderrokken, jakken en slaaplijven.

Pallieter werd herhaalde malen koud van ontroering en de tranen lekten op zijn handen. Hij zou nu ook de wereld zien! Charlot was al lang slapen, en Marieke stond nog in den hof. De kalme Nethe weerspiegelde de sterren. Marieke leunde over de haag, en zag en luisterde den donkeren nacht in, naar waar er een vuur brandde en doedelgepijp ronkte.