Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 8 oktober 2025


"Is uw zoon niet hier?" vroeg Tante, ziende, dat Martha zelve met een tafel en stoelen kwam aandragen. De oude vrouw zuchtte en haalde de schouders op: "och Mevrouw!" zeide zij, "men zoon is men kruis: sedert acht dagen heb ik hem niet 'ezien: waar hij zit, God weet het."

Wij kwamen daarop overeen, dat wij den anderen morgen vertrekken zouden, en een gedeelte van den dag gebruikte ik om aan Martha te schrijven en haar mede te deelen, waarom ik haar niet, zooals mijn voornemen was, kwam bezoeken.

Een vrij eenvoudig toeval wekte echter nieuwe vermoedens bij mij op. Martha liet namelijk, onder het in orde brengen van den disch, een mes van de tafel vallen. Ik was er spoediger bij dan zij, om het op te rapen, en overhandigde het haar. Toen zij het van mij aannam, zag zij mij in 't gezicht en opeens begon zij over al haar leden te beven. "Heilige Maagd!" zeide zij: "is het mogelijk!..."

En heb je den Prins gezien? Heb je hem gesproken? Geloofde hij aan mijn onschuld, of hield hij mij voor schuldig?" "Ik zou je reeds vroeger bezocht hebben," antwoordde Martha, "maar toen ik van morgen aan je gevangenis kwam, weigerden zij mij den toegang. Nu echter ben ik door een dienaar van den Schout geroepen, om bij je te komen. Wat wil je van mij?" "Ik?" hernam Pieter. "Ik weet er niets van.

Men liet ons in een spreekvertrek en weldra verscheen vader Acquin. Reeds op den drempel opende hij zijn armen voor me. O, wat een goede jongen ben je toch, Rémi, je bent een beste jongen! riep hij uit. Ik vertelde hem dadelijk alles wat ik wist van Lize en Alexis en toen ik hem wilde uitleggen, waarom ik niet bij Martha was geweest, viel hij mij in de rede met de vraag: En je ouders?

«O, ge waart een lieve, goede huismoederzei Martha, «nimmer zal ik vergeten, hoe goed gij en uw man voor mij geweest zijt!» «Ja, dat waren destijds de goede jaren, toen je bij ons waart! Kinderen hadden we nog niet! Den student zag ik niet meer! Maar ja, ik zag hem toch nog eens, maar hij zag mij niet. Hij was hier bij gelegenheid van de begrafenis zijner moeder.

Eenige maanden later echter hoorde ze wedernacht schreien, en daarom vroeg zij, waarom Martha leed. Hoe verwonderd was ze, toen deze haar rustig zeide, dat er niets was, en dat ze slechts even wakker had gelegen. Spoedig zou Beatrix dit alles vergeten. Want ook voor haar kwam het leed. Een dag zeide haar de ridder: "Ik moet u verlaten, zoete Beatrix." Na dien weende zij in den nacht.

Michaëlskerk heeft pas half twee geslagen." "Waarom komt mijnheer Lidenbrock dan t'huis?" "Dat zal hij ons wellicht zeggen." "Daar is hij! Ik maak mij uit de voeten. Mijnheer Axel! gij moet het hem maar onder het oog brengen." En de goede Martha vluchtte naar de keuken. Ik bleef alleen.

Beatrix bleef alleen achter, en nu ook was het licht genadeloos voor haar, en de dag was een wreede gedaante, een reus met vreeselijke stem, die zijn groote handen zwaar op haar schouder legde. Ze zocht rust in den schemer van haar huis, bij Martha, hare zuster, doch de dag volgde haar met onbarmhartigen tred en gebaar.

Nu adieu, dag Tilly, dag lievelingen, ja Otto, ik kom al.... Dag Tilly, dank je voor je hulp. Dag Martha. Veel plezier, freule. Hier kinderen, kom hier! riep Mathilde. Zij wierp hun alle drie iets om, een doek of een deken: Ernestine Freddy's regenmantel, die haar een el voor de voeten sleepte. En waar is juffrouw Frantzen, dat jullui hier zoo maar gekomen zijn? vroeg zij ontevreden.

Woord Van De Dag

cnapelinck

Anderen Op Zoek