United States or Nauru ? Vote for the TOP Country of the Week !


Ze schuddebolde en pruttelde al zuchtend: Onregelmatig en zoo lastert gijlie God. Romaan en hoorde 't meerendeels niet en Madeleen, die geen kwaad bedreef, en geloofde niet dat ze gestraft moest worden. Tante Olympe's klagen werd dan ook weinig in acht genomen en Madeleen beperkte zich met een klein antwoordeken, berustende in de toekomst, die beter zijn zou. Ge moet trouwen, zei tante Olympe.

Gade gijlie fieste?" vroeg hij er nieuwsgierig bij. "Ja!" riep Fransoo, en Pallieter nam een tonneken van de kar en betaalde. De vent reed voort, en terwijl Fransoo den honing droeg, rolde Pallieter het tonneken met voetstampen voort. "Mor hoe na gedroenke!" vroeg Fransoo, "wij hemme gin kraan en ginne pot!" Pallieter krabte in zijn haar "'n kraan is niks, mor waar ne pot gon hale?"

Ernest voelde dan de hand van pastoor Doening, die rustig op zijn schouder woog en zacht hem aantrok. Hij zag de oogen van pastoor Doening die knikte: Blijf nu hier. Maar hij weerde zich los, fluisterde heesch en geheimzinnig: Gijlie weet niets, gijlie voelt dat niet tót ge 't weet .... Ik wel daar is iets vervaarlijks in huis gekomen ....

Hebt gijlie geen polslag? hebt gijlie geen warme handen? hebt gijlie geen voelenden geest? Goedele! Hij vatte haar bij den arm. Hij was gekrenkt. Hij zei kort, met bevende lippen: Dat is slecht, wat ge doet. Slecht?... Maar mijn hoofd berst en breekt. Wat hebbe'k miszeid? Mijn hoofd is een zware kasse, en 't weegt me, 't weegt me zoo pijnlijk.

Den volgenden avond, kwamen zij nog met een brood voor zes man. Vier hoogpoorters, zeiden zij, werden onthalsd. Tweehonderd acht en veertig soldaten werden twee aan twee gebonden en in de zee gesmeten. De krabben zullen vet zijn dees jaar. Gij hebt geen goede tronie, gijlie, sedert den 7n van Hooimaand, dat gij hier zijt.

Vervolgens zeide hij tot den baljuw en tot de schepenen: Aanziet mij, ik ben geen duivel; ik heb vleesch en been, bloed en water. Ik drink en eet, verteer en werp uit lijk gijlie; mijn vel is gelijk het uwe en mijn voet insgelijks; beul, trek mijne schoenen uit, want met mijn gebonden voeten kan ik mij niet verroeren. De hangman deed het, niet zonder schrik.

Als gij Pezza waarlijk liefhadt, en als Pezza u waarlijk zoo aanbad, dan zou geen heks of geen zuster ter wereld u uit mekaar kunnen houden. Maar gijlie hebt, godorie! geen wil, gijlie zijt melkpap, gijlie geeft alles over aan de dienstvaardigheid van de kans, of van het toeval, of van de voorzienigheid.... Kom, zeg niet dat ge "ongelukkig" zijt! Hij sprak zoo effen-lui.

Gij kent het volk niet en het volk weet niet wat gij tot zijn voordeel bedoelt en zoo slaat gijlie samen een verbond! Het volk, kerel, is een willekeurige som van grove instinkten. Men kan er wel over redeneeren en hare samenstelling met wetenschappelijke nauwkeurigheid bepalen maar men kan het volk niet genadig zijn.

Moeder ... och, moeder ... Sebastiaan ... is me vaak lijk een noodlottige figure, gaande in steenen stilzwijgendheid.... En gij nu nog vingert in een vunzig verleden.... Is zóo de wereld, zóo de menschelijkheid?... Ik weet niet meer, ik twijfel en ik lijd: ben ik abnormaal? Ze dwong stille haren arm los. Ben ik buiten nature, en gijlie te zaam, leeft gij waarachtig naar 't gebod van uw wezen?

Waarom spreekt gijlie nu niet meer? Ze smeekte. Ze ging Vere kussen en weende op Vere's schouder. Simon vertrok schielijk; hij zou eens gaan kijken, en ze moesten alle drie wachten tot hij terugkwam. Francine bad: Wat hebben ze met moederken gedaan? Oomkelief, waarom moet ik wachten? Waar is Ernest? Oomken stotterde, mompelde tusschen zijne tanden, kon niets dan schuddebollen. En Vere zweeg.