Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 18 september 2025


Jawol, denk jij dat ich jou op ’s nieuw drei monate zal laten wonen oend....?” „’k Zal je nog een maand vooruit betalen ook; maar ga nu heen, wat ik je bidden mag. Jij en dat dier, jelui schreeuwen om ’t hardst, en mijn arme Netje moet rust hebben.” „Jou Netchen kan mir jestohlen worden.”

Gewichtig raadpleegden zij even elkaar. "Reuën," zei eindelijk Alfons. "Van den ordinairen of van den besten?" Weer staken zij de hoofden samen. "Hoevele scheelt het in de prijs?" vroeg Alfons. "Twie fran en drei fran." "Van den besten dan," besloot Alfons. Zij aten en dronken. Vaprijskens leuke oogen glinsterden.

"Allo, tot binnen 'n half uur of drei koartiers," zei Alfons, de zware klink optillend. La liep reeds vooruit alsof ze bang was om gezien te worden, maar Vaprijsken kwam met een schalkschen glimlach eventjes terug en fluisterde schertsend: "Zeg, as nichte Begijntjen ou 'n gouwstik van twintig fran geeft, lijk dien baron, van de zomer, op de slijtijnge, trekteert-e mee'n flassche wijn?"

Vanaf den vijfden regel luidt een zeer eigenaardige variant te Groningen: Schippien van drei weken Loat heur zailtien streken. Boven in de hangeltop Doar hangt 'n dikke metworst. Snie wat braid, snie wat snel, Snie joe den moar nijt in 't vel. Snie wat braid, snie wat roem, Snie joe den moar nijt in doem.

Den dezen is gelukkig nog mee drei peuten noar huis gekomen. Moar ge'n keen nie geleuven, meniere, wat dat er hier al deur die treins kapot gereên wordt! Kiekens, honden, katten, en onlangs nog da schrikkelijk ongeluk mee die twie wirkmeinschen! G' hèt doar toch van g'heurd, meniere?

Geen trek verroerde zich op haar getaand gelaat, geen ander leven was aan haar nog te bespeuren dan het kort-hijgend ademhalen van haar mond met slap-hangende lippen. "Hoe es 't gekomen?" fluisterde Alfons. "Al mee ne kier, in drei, vier doagen tijd," antwoordde zij op denzelfden toon. Fluks helderde een gedachte in hem op. Zou zij een testament gemaakt hebben?

Als gewohnheitsmässig gilt dies Vergehen, wenn der Angeklagte es drei oder mehrere Male ausgeübt hat, auch wenn es sich jedesmal um ein und denselben Minderjährigen gehandelt hat.

"De derde: "....Es pflegten sie drei Könige"...." Voor de klas stond-ie, steunend op de liniaal, bleek, met zware blauwe wallen onder de oogen, waarvoor de gouden bril schitterde. Beneden werd twaalf geluid. De jongens stormden de trappen af. "Zeg, heb je opgelet, dat de Mof d'r niks van wist!" "Nou!" "Wat 'n stommerik!" "Stom? Wel nee.... Die was dronken." "Ik zeg je: de Mof weet 't niet!"

"Zijn vreiw in 't kinderbedde gestorven en hij oarm en allien achtergebleven met drei kleine kinders..." Ach! was Feelken reeds weduwnaar en was het overleden vrouwtje datzelfde jong meisje, om welks bezit hij vroeger, als kleine koewachter, met messen wilde vechten? O nien, nien 't," zei Zieneken; de dieë was al lank vergeten. 't Was 'n heul andere."

Nien hij, sedert drei oavonden 'n was hij op stamenee nie mier gekomen: en dat 'n was in gien vijftien joar gebeurd! Dinsdag in den vooravond was hij er voor 't laatst geweest; en toen had hij een stuk papier in zijn hand, een soort van brief, dien hij eerst met aandacht gelezen en dan kwaadaardig aan stukken gescheurd en in de kachel gegooid had.

Woord Van De Dag

ploats

Anderen Op Zoek