United States or Iraq ? Vote for the TOP Country of the Week !


La ging plotseling, zonder merkbare oorzaak, weer aan 't schaterlachen en beweerde dat de wijn haar naar het hoofd steeg; Alfons en Rozeke zaten een beetje lusteloos, de maag wee-overladen en vagelijk van streek door te veel zoete chocola en broodjes.

Zij waren weldra zoo totaal van het doel huns bezoeks afgedwaald, dat Alfons haar eraan had moeten herinneren en met trillende stem aan nicht Begijntje gevraagd had of ze 't wel goed vond, dat ze met elkander trouwden. "Joa ik," had nicht Begijntje geantwoord, "op conditie da g'ulder veur ulder huwelijk deftig gedroagt en in de zonde van onkuischheid nie 'n vervalt."

Rozeke's ouders, vooral haar moeder, die eerst erg het plan afkeurde, hadden er zich eindelijk bij neergelegd en waren reeds sinds den vorigen avond op het boerderijtje, waar zij de laatste maanden, na het geschil ter wille van Smul, haast niet meer kwamen; en vroeg in den ochtend verschenen ook Rozeke's broeders en haar zuster La. Om negen uur kwam een rijtuig van 't kasteel Alfons afhalen.

Geen trek verroerde zich op haar getaand gelaat, geen ander leven was aan haar nog te bespeuren dan het kort-hijgend ademhalen van haar mond met slap-hangende lippen. "Hoe es 't gekomen?" fluisterde Alfons. "Al mee ne kier, in drei, vier doagen tijd," antwoordde zij op denzelfden toon. Fluks helderde een gedachte in hem op. Zou zij een testament gemaakt hebben?

De meesten wilden trouwens mee, om de verandering en de pret. De meisjes wipten giegelend midden in de groene bundels op den wagen, de mannen zouden loopen. Met een woedenden blik keek Smul Alfons en Rozeke even na. Zij hoorden hem wat pruttelen van "verdomsche leeggangers" maar trokken 't zich niet aan.

Er hing een ongewone lucht, een lucht van iets dat zeer fijn rook, gemengd met den lichten damp van 't pijpje, dat hij er, na haar vertrek, had aangestoken. Zij zette een der ramen open. Alfons mocht dat niet ruiken: hij zou vragen waar 't vandaan kwam. Toen keek ze rondom in de kamer of er niets verdachts te bespeuren was. Niets. Alleen twee naast elkaar geschoven stoelen bij de ronde tafel.

Zij wisten het allen, dat de man zijn straf had verdiend, doch er was wroeging in hun ziel, omdat de Duivel hem had gedood. Een huivering voer langs hen heen. Hun gezichten werden strak, en menigeen bemerkte, dat hij onwillekeurig de hand aan den degen had geslagen. Alfons vooral bestreed zijn jeugd.

Het oogenblik daarna was ook de sjees van Kneuvels klaar en Alfons en Rozeke, die hen tot aan den weg een uitgeleide deden, kwamen rillend van de kou terug bij La en moeder, om het langzaam uitdoovend haardvuur. Dien nacht had Rozeke vreemde, benauwende droomen.

Zij waren klaar met eten en slurpten nu koffie, uit groote, witte koppen, de mannen rookend, de vrouwen af en toe een snuifje nemend, allen in gemakkelijke houding om de tafel geschaard, de aangezichten rood-begloeid door 't haardvuur, waarop Alfons weer versche blokken had geworpen.

Vreemd, zij voelde zich eensklaps als in eenzaamheid vergeten en verlaten, terwijl toch haast allen die zij kende en liefhad nu bij haar waren, om haar levensgeluk met hem, Alfons, den man van haar hart en haar keus, te helpen zegenen. En slechts aan hem alleen geloofde en hechtte zij met veilige zekerheid, als aan den eenigen steun van bescherming, die haar tegen alle levensgevaren zou behoeden.