Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 8 mei 2025
Of dat ze onder de hoeve van 't paard raakten, en dat ik ze van pijn zag kruipen." Hij had een zoon, die als vaandrig bij het regiment diende: Alfons was zijn naam. Het was een vroolijke kornuit, die geen enkele vreugde versmaadde, en die de meisjes van Bergen-op-Zoom liever had dan de krijgstucht.
Zij hoopte maar dat Alfons zich vergiste; het zou afschuwelijk zijn! Opnieuw was er een week verloopen. Moeder en La waren weg en op het boerderijtje ging alles geregeld zijn gewonen gang.
Zij juichten luid toen zij zoo onverwacht de Van Dalens en Alfons om den hoek der straat ontmoetten, en in één drukke lawaaiïge groep gingen zij nu samen verder de stille Groote Dorpsstraat in, reeds opgewonden door 't vooruitzicht van den langen dag van gemeenschappelijke pret en zwoegen, die nu reeds begonnen was.
"Zurgt da g'aan de kost komt," had Rozeke's vader gezegd; en Alfons' oude moeder had slechts één voorwaarde gesteld, maar een streng-besliste: dat ze de goedkeuring van nicht Begijntje moesten hebben. Dat was een angst geweest!... Bevend waren Alfons en Rozeke naar het Begijnhof in de stad gegaan, en als twee schuldigen waren zij vóór nicht Begijntje verschenen. Doch het was meegevallen.
"Allons, nu gaan wij ook weg," zei jonkvrouw Anna. "Veel geluk in uw leven, Rozeke; en gij," sprak ze tot Alfons, "gij moet altijd goed en zacht en lief voor haar zijn." Rozeke liet Alfons staan om even met haar lieflijke beschermster mee te loopen. "Wilt-e nie 'n beetse binnenkomen, mejonkvreiwe en meniere?
Alfons had tegen Maart een knecht gehuurd: Vaprijsken, die boer Kneuvels' boerderij verlaten had en gelukkig was, bij een vroegeren werkkameraad en vriend, een goeden meester en een vaste betrekking te zullen vinden; en Rozeke, die in haar zwangerschap het zware werk van koeienmelken en beestenvoeder- koken niet goed meer verrichten kon, had reeds een dienstmeisje, ook een vroegere kennis en een flinke werkster: het Geluw Meuleken.
Alfons en Rozeke werd elk een vol glas in de hand gestopt en om de beurt kwamen nu allen hun glas tegen die van de trouwers aantikken. Allen kwamen: ouders, vrienden, buren, in een opgewekten, vroolijken stoet en wenschten de echtgenooten nog eens voorspoed en geluk. En toen zag Rozeke, in haar ontroering, plotseling ook Smul naar hen toe komen.
Haar nauwelijks begonnen roman bevatte reeds meer dan één episode, en de minnaar, die in het eerste hoofdstuk Adolf heette, was in het tweede Alfons, in het derde Gustaaf. Armoede en behaagzucht zijn twee noodlottige raadslieden voor meisjes; de eene knort, de andere vleit; en de schoone meisjes uit de volksklasse worden door beide lastig gevallen. De slecht bewaakte harten luisteren.
De kateilen waren ruim en stevig gebouwd; de pachtsom was niet overdreven. Kortom, zonder onvoorzienen tegenspoed zou Alfons er goed aan zijn brood komen en zelfs een aardig stuivertje op zij kunnen leggen. De anderen luisterden, stilzwijgend, vol eerbied voor den ouden boer die op zijn hoeve rijk geworden was.
Vaprijsken's leuke oogen glinsterden van ondeugende pret en zijn spotmond lachte in zijn gelen baard. Hij keek naar Rozeke en Alfons, die zelven met moeite zich bedwingen konden, al beduidden zij hem ook telkens dat hij zwijgen moest. En plotseling flapte hij 't er proestend uit: "Op conditie dat hij leeft gelijk den heiligen Tobias!"
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek