Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 14 oktober 2025
Ook droeg hij een mooi gouden potloodje in zijn rechter vestzak, dat open en dicht werd gehaald op een wijze, zoo als Mathilde het nog nooit had gezien. Zij had haar vader Jozef zóo dikwijls hooren prijzen, en telkens deed haar dat zoo'n goed!
Dit herinnerde Marius wat de ongelukkige bij hem kwam zoeken. Hij tastte in zijn vestzak, maar vond niets. Het meisje sprak op een wijze voort, alsof zij er niet meer aan dacht, dat Marius tegenwoordig was. "Soms ga ik 's avonds uit. Soms kom ik niet weer t'huis. Verleden winter, vóór dat wij hier kwamen, woonden wij onder de bogen der bruggen. Wij drongen ons dicht op elkaar om niet te bevriezen.
't Was, zooals men zich herinnert, zijn gewoonte altijd geld bij zich te hebben. Zijn treurig leven, dat immer tot hulpmiddelen gedoemd was, verplichtte hem hiertoe. Ditmaal echter was hij zonder geld. Toen hij den vorigen avond zijn uniform van nationale garde aantrok, had hij, in treurige gedachten verdiept, zijn portefeuille vergeten. Hij had slechts eenig klein geld in zijn vestzak.
"Cenzen!... 'k 'n hé ik hier gien cenzen!" riep moeder verwonderd. "En rijstpap! woarom moên ze zulder rijspap hên?" "Neem, doar zijn vijf cens," zei boer Dons in zijn vestzak tastend. "Och toe, moeder, en 'n beetse rijspap?" smeekte Rozeke. Pruttelend ging moeder in het achterhuis maar kwam toch met een rood-steenen schoteltje vol pap terug.
Capi naderde zijn meester, lichtte de schapevacht op, stak zijn poot in diens vestzak en haalde een groot zilveren horloge te voorschijn, keek op de wijzerplaat en kefte toen zeer duidelijk tot tweemaal toe; daarna herhaalde hij nog drie keer dit keffen, maar veel zachter en onduidelijker. Het was werkelijk kwart vóór drieën.
Op de eerste vraag antwoordde de Regent: "niets, dat kan ik bezweren!" Op de tweede antwoordde hy toestemmend, waarop de resident hem een paar bankbriefjes gaf, die hy voor de gelegenheid meegebracht! uit zyn vestzak haalde. Men begrypt dat dit geheel buiten Havelaar omging, en straks zullen wy te weten komen hoe die schandelyke handelwyze hem bekend werd.
Een oogenblik zwegen wij beiden; de tijd was bijna verstreken en wij moesten scheiden. Plotseling stak hij de hand in zijn vestzak en haalde een groot zilveren horloge daaruit te voorschijn, dat met een koord aan een knoop van zijn buis bevestigd was. Wij mogen niet van elkander scheiden, zonder dat gij een aandenken van mij hebt. Hier hebt ge mijn horloge.
Met een diepen zucht trok hij daarop zijn jas uit, zoodat hij mij in zijn eng zwart vest met mouwen, al het magere en gebogene van zijne gestalte zien liet. De roode blikken tabaksdoos, die half uit den eenen vestzak stak, bleef onaangeroerd, en met wederom een diepen zucht hing hij den rok van mijn oom over den knaap.
De vrouw van den hofraad was zij en bewoonde een prachtig hotel in de Schlossgasse, of op de Neumarkt of in de Moritzstrasse voortreffelijk stonden haar de moderne hoed en de nieuwe turksche shawl in een elegante peignoir ontbeet zij in den erker, terwijl zij aan de keukenmeid de noodige bevelen voor dien dag gaf. „Maar wees voorzichtig dien schotel niet te verknoeien, want dat is het lievelingsgerecht van Mijnheer den hofraad.” Voorbijgaande salonjonkers loenschen naar boven en zij kan duidelijk verstaan: „Het is toch een engel van een vrouw, die vrouw van den hofraad en wat staat haar dat kanten mutsje weer allerliefst.” De vrouw van den geheimraad Ypsilon zendt haar bediende en laat vragen of de vrouw van den hofraad er behagen in zou hebben, vandaag mede naar het Linkesche Bad te rijden. „Mijn complimenten, en dat het mij ten zeerste spijt, maar ik ben al op de thee genoodigd door de vrouw van den president Tz.” Daar komt de hofraad Anselmus, die al vroeg voor zaken uitgegaan was, terug; naar de laatste mode is hij gekleed; „waarachtig al tien uur,” roept hij uit, terwijl hij zijn gouden horloge de uren laat repeteeren en de jonge vrouw kust. „Hoe maakt mijn lief vrouwtje het en weet zij al wat ik hier voor haar heb?” gaat hij licht schertsend voort en haalt een paar prachtige, naar de laatste mode gezette oorbellen uit zijn vestzak, die hij haar inplaats van de andere in de ooren hangt. „O, wat mooie, keurige oorbellen,” roept Veronica hardop, en springt, terwijl zij haar handwerkje neergooit, van haar stoel, om werkelijk in den spiegel de oorbellen te gaan bekijken. „Wat moet dat voorstellen,” zeide conrector Paulmann, die in Cicero de officiïs verdiept, het boek bijna liet vallen, „ook al van die aanvallen als Anselmus.” Maar toen trad de student Anselmus, die zich tegen zijn gewoonte in verscheidene dagen niet had laten zien, de kamer binnen, zeer tot schrik en verbazing van Veronica, want inderdaad had zich zijn gedrag geheel veranderd.
Bezit ik niet meer dan genoeg om mij te troosten, al was het maar alleen met dat juweel, dat ik in mijn vestzak kan meenemen en mij tegen alle ongeval kan behoeden?" "Dat's ook een dwaling, John Watkins," hernam Jacobus Vandergaart op kort afgemeten toon.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek