Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 11 juni 2025
Doch de raadsheer was half blind en half kindsch, dus was 't niet met rede van hem te verwachten dat hij zou onderscheiden wat anderen terstond in het oog viel. »Dat hoop ik, meneer,« zei baas Gamfield met een loenschen blik. »Ik twijfel er niet aan, goede vriend,« hernam de oude heer, terwijl hij zijn bril steviger op zijn neus drukte en rondkeek naar den inktkoker.
Hij gaat niet meer liggen, maar sluipt met loenschen blik en afhangenden staart onrustig rond. Thans eerst ontwikkelt zich de ziekte hetzij in den stillen of in den razenden vorm. Bij de stille dolheid zijn de oogen ontstoken, maar dof en onbewegelijk, de tong wordt blauwachtig en hangt dikwijls ver uit den bek.
Waarschijnlijk wou hij niet klein schijnen, maar vooral los en jong en levendig in-zijn-doen. Maar wanneer hij, toen de anderen weer binnengekomen waren, even iets zei tegen zijn vrouw of tegen Annie, dan klonk zijn stem heel anders, en was er ook een ander glanzen in zijn oogen. Het schetterige was dan niet vriendelijk maar gebiedend en dat felle in zijn loenschen blik scheen louter nijdigheid.
Op een boerenwagen vervoerden ze een grooten, met touwen gebonden, levend gevangen wolf. Hij lag stil en wierp nu en dan een loenschen blik maar wie er bij hem kwam. Op eene open plaats achter onzen tuin trokken zij hem er af, hielden hem met hooivorken op den grond en maakten zijne touwen los. Hij scheurde en trok en beet woedend op de ijzers.
De vrouw van den hofraad was zij en bewoonde een prachtig hotel in de Schlossgasse, of op de Neumarkt of in de Moritzstrasse voortreffelijk stonden haar de moderne hoed en de nieuwe turksche shawl in een elegante peignoir ontbeet zij in den erker, terwijl zij aan de keukenmeid de noodige bevelen voor dien dag gaf. „Maar wees voorzichtig dien schotel niet te verknoeien, want dat is het lievelingsgerecht van Mijnheer den hofraad.” Voorbijgaande salonjonkers loenschen naar boven en zij kan duidelijk verstaan: „Het is toch een engel van een vrouw, die vrouw van den hofraad en wat staat haar dat kanten mutsje weer allerliefst.” De vrouw van den geheimraad Ypsilon zendt haar bediende en laat vragen of de vrouw van den hofraad er behagen in zou hebben, vandaag mede naar het Linkesche Bad te rijden. „Mijn complimenten, en dat het mij ten zeerste spijt, maar ik ben al op de thee genoodigd door de vrouw van den president Tz.” Daar komt de hofraad Anselmus, die al vroeg voor zaken uitgegaan was, terug; naar de laatste mode is hij gekleed; „waarachtig al tien uur,” roept hij uit, terwijl hij zijn gouden horloge de uren laat repeteeren en de jonge vrouw kust. „Hoe maakt mijn lief vrouwtje het en weet zij al wat ik hier voor haar heb?” gaat hij licht schertsend voort en haalt een paar prachtige, naar de laatste mode gezette oorbellen uit zijn vestzak, die hij haar inplaats van de andere in de ooren hangt. „O, wat mooie, keurige oorbellen,” roept Veronica hardop, en springt, terwijl zij haar handwerkje neergooit, van haar stoel, om werkelijk in den spiegel de oorbellen te gaan bekijken. „Wat moet dat voorstellen,” zeide conrector Paulmann, die in Cicero de officiïs verdiept, het boek bijna liet vallen, „ook al van die aanvallen als Anselmus.” Maar toen trad de student Anselmus, die zich tegen zijn gewoonte in verscheidene dagen niet had laten zien, de kamer binnen, zeer tot schrik en verbazing van Veronica, want inderdaad had zich zijn gedrag geheel veranderd.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek