Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 17 juni 2025
De vrouw van den hofraad was zij en bewoonde een prachtig hotel in de Schlossgasse, of op de Neumarkt of in de Moritzstrasse voortreffelijk stonden haar de moderne hoed en de nieuwe turksche shawl in een elegante peignoir ontbeet zij in den erker, terwijl zij aan de keukenmeid de noodige bevelen voor dien dag gaf. „Maar wees voorzichtig dien schotel niet te verknoeien, want dat is het lievelingsgerecht van Mijnheer den hofraad.” Voorbijgaande salonjonkers loenschen naar boven en zij kan duidelijk verstaan: „Het is toch een engel van een vrouw, die vrouw van den hofraad en wat staat haar dat kanten mutsje weer allerliefst.” De vrouw van den geheimraad Ypsilon zendt haar bediende en laat vragen of de vrouw van den hofraad er behagen in zou hebben, vandaag mede naar het Linkesche Bad te rijden. „Mijn complimenten, en dat het mij ten zeerste spijt, maar ik ben al op de thee genoodigd door de vrouw van den president Tz.” Daar komt de hofraad Anselmus, die al vroeg voor zaken uitgegaan was, terug; naar de laatste mode is hij gekleed; „waarachtig al tien uur,” roept hij uit, terwijl hij zijn gouden horloge de uren laat repeteeren en de jonge vrouw kust. „Hoe maakt mijn lief vrouwtje het en weet zij al wat ik hier voor haar heb?” gaat hij licht schertsend voort en haalt een paar prachtige, naar de laatste mode gezette oorbellen uit zijn vestzak, die hij haar inplaats van de andere in de ooren hangt. „O, wat mooie, keurige oorbellen,” roept Veronica hardop, en springt, terwijl zij haar handwerkje neergooit, van haar stoel, om werkelijk in den spiegel de oorbellen te gaan bekijken. „Wat moet dat voorstellen,” zeide conrector Paulmann, die in Cicero de officiïs verdiept, het boek bijna liet vallen, „ook al van die aanvallen als Anselmus.” Maar toen trad de student Anselmus, die zich tegen zijn gewoonte in verscheidene dagen niet had laten zien, de kamer binnen, zeer tot schrik en verbazing van Veronica, want inderdaad had zich zijn gedrag geheel veranderd.
Kortom op slag van halftwaalf stond de student Anselmus in zijn grijs-groenen overrok en zijn onderkleed van zwart atlas met een rol calligraphieën en penteekeningen in den zak, reeds in de Schlossgasse in den winkel van Conradi en dronk één twee glaasjes van de beste maagbitter, want hier, dacht hij, terwijl hij op zijn dan nog leegen zak klopte, zullen weldra gemunte thalers rammelen.
Een vluchtig, vliegend rood tintte haar wangen, warmer blonken haar oogen en zij riep uit: „Ach, God, dat zijn dezelfde oorbellen, die ik voor verscheidene weken al droeg en waaraan ik mij zoo verlustigde.” „Hoe kan dat dan,” viel hofraad Heerbrand haar wat ontsteld en gekwetst in de rede, „want ik heb dit sieraad eerst sedert een uur in de Schlossgasse schandeduur gekocht?” Doch Veronica luisterde daar niet naar, maar stond al voor den spiegel, om te zien, hoe het kleinood, dat zij reeds in de kleine oortjes had gehangen, haar sierde.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek