United States or Seychelles ? Vote for the TOP Country of the Week !


Deze geleken, met hunne zwarte maskers of zwart gemaakte gezichten, kolenbranders, negers of duivels, overigens hielden zij zich onverschillig en stil; men gevoelde dat zij een misdaad pleegden, evenals zij iedere andere bezigheid zouden verrichten, bedaard, zonder toorn en zonder medelijden, zelfs met een zweem van verveling. Zij waren in een hoek als dieren samengedrongen en zwegen.

Sprakeloos stonden zij bij het gezicht dier ontzagwekkende steenmassa, maar zoo allen zwegen, ontzag Top zich toch niet, om zijn luid geblaf te doen hooren, dat de duizenden echo's van den basaltmuur weerkaatsten. De ingenieur merkte zelfs op dat zijn geblaf anders klonk dan gewoonlijk en veel geleek op het geluid dat hij bij de opening van den put hooren liet.

Dat kon hij niet raden. Hij herkende zelfs den toon hunner stem niet. Ongetwijfeld zwegen zij voorzichtig, die hem persoonlijk bekend waren, wanneer die zich onder de aanvallers bevonden. "Hebt gij eene keus gedaan omtrent de wijze van sterven?...." vroeg een der gemaskerden. "Ik heb geen keus te doen.

Van Ibsen bestaan er uit die jaren enkele gelegenheidsgedichten; ook Lie gaf nu en dan een gedicht zonder vlucht in het licht. De jaren 1879 en 1880 brachten een korte onderbreking door het eerste optreden van Kr. Randers' gedichten hebben hoofdzakelijk politieken inhoud, Caspari viel de dichters van zijn tijd aan. Daarop zwegen beiden.

En Ida juichte, toen ze aan de thee vernam van het ongedachte uitstapje; al kostte het Mevrouw en den twee grooten eenige moeite, toch zwegen ze van de wieg, om zelven later temeer van Ida's opgetogenheid te genieten.

En terwijl zij ratelde, ratelde over Vincent, tot zij voor dien dag uitgerateld was en zich geheel en al lucht had gegeven, zwegen Henk en Eline versuft door dien hagel van woorden, hoewel de laatste zeer geprikkeld werd tot tegenspraak.

Dezen keer nog, hoorden zijne ongelukkige lotgenooten hem aan en zwegen. De volgende veertien dagen mocht men zich in heldere zonneschijn verheugen, die hun de gelegenheid aanbood om hunne kleederen op te drogen. Den 27n kwamen zij over de branding die de oostkust van Nieuw-Holland omgeeft.

De predikant zag op, eerst naar den klokkeluider neen, hij zweeg; toen naar de kerkvoogden, toen naar de notabelen en naar de eigenaars der ijzermijnen; maar allen zwegen. Zij hielden de lippen vast gesloten en keken half verlegen neer op tafel. "Zij wachten maar tot één begint," dacht de predikant. Een der kerkvoogden kuchte. "Ik vind, dat we een besten leeraar hebben," zeide hij.

Indien de socialisten slechts de menschen tot oproer konden overhalen, zou ook Diamante wel meedoen. Geheel Diamante wist reeds, dat iets ontzettends dreigde. Men had den grooten zwarten monnik zien spoken op het terras van het palazzo Geraci. Men hoorde de uilen den ganschen nacht schreeuwen, en sommigen beweerden, dat de hanen kraaiden bij zonsondergang en zwegen bij het ochtendgekriek.

Als de oogen van één der mannen de zijne toevallig ontmoetten, werden zij terstond weer afgewend. Toen hij eindelijk met holle stem de stilte verbrak, sprongen zij alle drie op. Het was of zij den klank ervan nooit te voren gehoord hadden. »Hoe komt die hond hier?« »Alleen, drie uur geleden.« »In de avondbladen staat, dat Fagin gevat is. Is 't waar of een leugen?« »WaarOpnieuw zwegen zij.