Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 23 mei 2025


Teunis en Inka waren zeestrijders, en juist nu bij hunne vaderen aan de Aldergamude. Toen nu de jonge krijgers bij elkander kwamen, kozen zij Wodin tot hun heerman of koning, en de zeekampers kozen Teunis tot hun zeekoning en Inka tot hun schout bij nacht. De zeelieden gingen toen naar de Dennemarken varen, daar namen zij Wodin met zijne krijgshaftige landweer aan boord.

"Oe voader?" zei Deine-Meu vragende; en op een knikken van het knaapje schudde zij het hoofd en zuchtte: "Teunis! Teunis!"

Dikwerf luister ik met onomwonden belangstelling naar de feestrelazen mijner vrienden; ik hang aan Teunis' lippen, wanneer hij mij in een reeks krachttermen, met enkele feiten gelardeerd, verhaalt van den nacht in het politie-bureau, vanwaar men hem zooeven naar de kazerne heeft doen vertrekken; met sympathie in mijne oogen bezie ik de tallooze snij- en slaagwonden op zijne handen en aangezicht.

Al was Deine-Meu in d'r twee en zeventigste jaar, haar gezicht had ze nog best, en toen ze den kerl dus aanzag, kon ze een! "Is 't meugelik!" niet weerhouden, want, in den haveloozen man met de verglaasde oogen en den ruigen baard, had ze terstond Pauls vader, Teunis Dissel herkend. "Teunis! Teunis! is 't meugelik!" herhaalde de oude vrouw: "Gij hier.... is 't meugelik! is 't meugelik!!"

Teunis grinnikte: "Zeg, Deine, a'j mien nou is gleuven wou, da'k oe nóg lief heb.... zeg, Deine.... ! ! !.... Ge bint toch veur Paul as 'en moeder... ! ! ....! En Deine, bin'k zien voader dan niet?

Het kostte Paul heel wat moeite om de namen: "Teunis Dissel," uit te brengen, maar toen hij ze genoemd had, en de woorden van den cipier hem in de ooren klonken: "De oude van te pronk en vijftien jaar zitten, die de schavotkoorts heeft, is dát je vader?" toen was het den jongen wel nogmaals alsof hem een mes door 't hart stak, maar toch, ja, hij smeekte er om, den vader al ware het slechts weinige minuten te mogen zien en spreken, misschien.... misschien dat hij hem dan óók nog eenmaal in den hemel zou wedervinden.

"Als de Heere je dan maar bewaart voor opeters, die je liever van achteren dan van voren ziet, dan......." ging Teunis voort, plotseling een reuzenschrede nader tot het doel komend. "De Heere belooft bij Maleachi den profeet: Ende ick sal om uwentwille den opeter schelden!" hernam Klaas, die hardnekkig weigerde zijn vriend te begrijpen, zoolang die niet in ronde woorden sprak.

"Kijk, daar doe je nou wel aan! Komt er maar in!" Met die woorden begroette Klaas Beukman zijn buren Teunis en Gijsje Huiskamp, die op den avond van den laatsten September de klink van de buitendeur oplichtten en de ruime keuken inkeken om hun oude vrienden weer eens een bezoek te brengen. "Ja," antwoordde Huiskamp; "ik dacht ik moet toch weer eens bij buurman Klaas een pijpje gaan stoppen.

"De burgemeester vertelde me nog van je zoon," zei Teunis, die eindelijk ter zake kwam; "en ik en Gijs dachten zoo, dat moesten we je toch even komen zeggen." "Wat is met onzen Gerrit?" vroeg moeder Grietje verschrikt. "Neen, niets; maar hij had van den burgemeester van Bunschoten een boodschap gekregen dat de nieuwe meester nu ook al bij de Scholtianen hoorde."

Terwijl Deine-Meu den volgenden morgen wel toegestopt op haar karretje gezeten, naar het naburig D. reed, ten einde Teunis te spreken, liet zij den kleinen Paul op het Uiversnest achter, en Anneke, de vierjarige meu zegster van Deine, stond met het vingertje in den mond toen de vrouw wegreed en het jongske, haar nawijzende vraagde, of zij Deine ook sloan kos?

Woord Van De Dag

rozen-hove

Anderen Op Zoek