Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 23 juni 2025


Klap driewerf in de hand, opdat ik u herken; Aan ’t venster wacht ik u......” Pietersen, die niet meer weet w

Maar Teunissen zei: "'t Spijt me erg, jongeheer, maar mijne vrouw zegt, we hebben het touw niet. Baas Jansen heeft zich stellig vergist: het touw is op 't oogenblik bij Pietersen, die wou graag regen hebben op zijne erwtjes." Arme Hans, wat eene teleurstelling! Maar kom, tijd om er lang over te treuren had hij niet.

Pietersen, die weenend aan de andere zijde van het bed staat, neemt langzaam zijn roodkatoenen zakdoek van voor zijn gelaat, ziet ernstig naar den doode en fluistert: „Den krans van gisterenavond zullen we nu toch nog voor je gebruiken, mon pauvre Prince, Adieu! En luider vraagt hij: Mevrouw Groote! wat moet er nu van haar

’k Geloof toch, dat u er geen kwaad mee kunt. Pietersen heeft gisteren al vrij wat kaarten geplaatst en....” „Pietersen, dien ouwen nathals, laat je dien voor je werken?” „Och ja! hij is jarenlang mijn souffleur geweest; hij is gaar en kent de lui, die vatbaar zijn, en hij heeft er slag van om hen te laten teekenen.

Medelijdend schenkt de natuur slaap en verademing aan de arme vrouw, die allengs rustig wordt en eindelijk met een kalmen lachenden trek om den mond stil blijft liggen. „Dat’s me een baantje geweest,” zegt Pietersen, die met zijn mouw langs zijn voorhoofd strijkt. „Heb je niet een druppeltje van een of ander in huis, Walten?” „’k Heb niets; je weet wel, drank gebruik ik niet.”

Als het ding goed voor den donder is Pietersen, zei ik, dan is het toch ergens goed voor. Ergens! zei Pietersen: wou jij zeggen dat het niet heelemaal goed was? Moet de eene mensch slaven en zweeten, terwijl de ander, God beter 't, als een lui varken in zijn stoel leit? Kijk zie, daar heb je weer zoo'n schandaal! die mooie mesjeu in dat open rijtuig leit er als een beest. En wat doet ie?

De maagschapsnaam Pyttersen, in Friesland inheemsch, bevat eene misspelling in die twee t's, waar slechts eêne t behoort geschreven te worden. Echter niet in die y, in stede van de algemeen-nederlandsche ie in dezen naam: Pietersen. Van daar de hedendaags zoo byzondere form van den geslachtsnaam Pyttersen.

25 ditto worden eenige delinquanten gestraft volgens de sententien; wij dreven in stilte tussen de Caep ende Reusenbaij. 26 ditto hadden een redelijck coeltien wtten noorden; Jan Pietersen mettet jacht Fortuijn ende sijn tingal liepen voor wt langs de wal, om de joncken op te soecken; des avonts sagen wij de 2 broers recht voor wt, namen onse seijlen in ende lietent leggen dryven.

De krankzinnige is, als door een plotselingen schok getroffen, opgestaan, een huivering siddert door haar lichaam, haar oogen worden nog grooter en glaziger en eensklaps begint ze mee te lachen, zóó akelig en snijdend, dat Pietersen er koud van wordt en angstig haar beide polsen vastgrijpt, omdat hij ziet, dat zij de armen krampachtig verdraait. Te laat!

Ze hebben mij beloofd, dat ze klaar zullen zijn.” „Magnifique! Dan begin ik overmorgen voor je te werken. Ik maak me sterk, dat ik ’t geheele parterre en ’t amphitheater voor je verkoop; ik zal er wel een broodje uithalen.” „Tien percent voor jou, Pietersen.” „Akkoord! Misschien kan ik nog wat loges ook plaatsen.” „’t Is te wenschen!

Woord Van De Dag

buitendam

Anderen Op Zoek