United States or Dominican Republic ? Vote for the TOP Country of the Week !


Wy vernamen een seyl commende wtte wal; daer by commende was tot ons groot vernougen 't jacht Victoria, dat alhier ende ontrent de caep tot voor de bay van Manilla altoos alleen hadde geswormen; de joncken, seiden hij, hadden op de cust van Formosa, in een gat daer verneken saten, gevonden, ende alsoo die sonder te lossen niet wt conden comen, was hy genootsaeckt die te verlaeten ende naerde vloot te comen, hun belastende te volgen, ende soo ons volgende hadden ons gemist ende tot nu als vooren hier ontrent aff ende aen gelaveert.

Primo Maert, Saterdach des morgens, waren wy weder dicht onder 't landt; wij sagen beyde de joncken, die wij meenden dat op ons aff souden gecomen hebben, maer wij bevonden dat sy liever de wal hielden dan met ons verre in see te loopen; wy sonden 't jacht Fortuijn des afternoens naer hun toe om die onder de vloot te doen comen, maer sy bleven onder de wal. 2 ditto woey het hart wtten Noorden.

Wij sagen oock 't hoogelandt van de baij van Pangassivan, wierpent datelijck op de leij ende verwachten de scheepen. Wij resolveerden alhier onder de caep tot morgen toe bij te leggen oft wij eenige tijdinge vant jacht Victoria ende joncken consten vernemen ende dat wij dan recht naer Witters eylandt souden loopen.

Ider stad moet ter zee een oorloghs joncq onder houden met zijn volcq, ammonitie ende vordere toebehooren; dese joncken sijn gemaect met twee overloopen, op hebbende 20 a 24 riemen, aen elcken riem 5 a 6 man; gemant met 2 a 300 man, soo soldaten als roeijers; gemonteert met ettelijcke stuckjes ende meenighte van vuijrwercken; elcke provintie heeft sijn admirael die deselve alle jaer drilt ende visiteeren; ooc bij den Admirael generael van gelijcken gedaen wort; indien bij de admiraels ofte capitains eenige de minste fout ofte misslagh begaen is, worden naer gelegentheijt van saken 't sij deportement, bannissement ofte de doot gestraft, gelijck wij ano 1666 aan onsen admirael gesien hebben .

De Wit schreef in 1625 aan De Carpentier: "Over de door Muijser veroverde beide joncken en de gevangen gemaakte Chinesen zijn tot nog toe geen klachten uit China gekomen". Dat men hiervoor reeds bang was geweest bewees wel de in de instructie van Muijser opgenomen bepaling, dat de buit niet naar Japan of Formosa, maar naar Batavia gevoerd moest worden.

Aen landt synde meetten andre om 't volck in ordre te houden, quamen 2 seijltiens vande Suijt op comende laveren, waerom terstont Jan Pietersen Reus mette schipper vande Fortuijn aen boort sonden om mette vrunden advys 't jacht voornt daernaer toe te senden; maer aen boort comende vernamen dattet onse 2 joncken waeren, comende op laveren, om welcke oorsaecke, als mede om dattet stil was, niemant daer naer toe sonden; maer jegens avont liepen die wederom naer de wal sonder bij ons te comen; wij gissen dat sij ons niet gesien hebben ende 't was te stille om by hun te comen.

In see comende setten ons cours S. ten O. langs de wal ende sonden de jachten Fortuijn ende Victoria voorwt om de drye Chineese joncken, die met ons gedestineert waeren naer de cust te gaen ende ons een stuck weechs voorwt ondert landt souden verwachten, te waerschouwen dat wij in see waren ende daerom aff souden comen ende hun onder de vloote begeven.

27 ditto smorgens vernamen 2 seijlen; waren 2 van onse joncken, die met ons gedestineert waren; hadden het mede altoos hier ontrent gehouden; hun oversten Equan quam aen boort ende rapporteerde had hij ses dagen naert vertreck vant jacht Victoria eerst wt gecomen was met sijn drien, maer dat de derde jonck, niet willende seijlen, by hun verlaten was; vermoet die wederom naer Tayouan toegelopen is.

Caep ende de 17 grad. Noorder breete, 8 a 10 mylen vande wal int vaerwater vande joncken, op hoope van eenige te becomen; des middachs hadden de hoochte van 16 grad., 42 minuten; waren alsnoch ontrent 24 mijlen vande wal.

25 ditto worden eenige delinquanten gestraft volgens de sententien; wij dreven in stilte tussen de Caep ende Reusenbaij. 26 ditto hadden een redelijck coeltien wtten noorden; Jan Pietersen mettet jacht Fortuijn ende sijn tingal liepen voor wt langs de wal, om de joncken op te soecken; des avonts sagen wij de 2 broers recht voor wt, namen onse seijlen in ende lietent leggen dryven.