Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 10 juni 2025
Acht dagen naderhand namen vader en moeder Cascabel, Sander, Napoleona en Kruidnagel dien wij niet mogen vergeten, want hij was werkelijk zoo goed als een lid van de familie van graaf Narkine afscheid. Zij gingen nu rechtstreeks op reis naar Frankrijk, wel te verstaan per spoorweg, met de Schoone Zwerfster achter zich, die liefst als passagiersgoed in den personentrein met hen medereisde!
Het behelsde de zeer treffende lotgevallen van twee jongelieden die smoorlijk op elkaar verliefd waren. Teneinde beter verstaan te worden, merken wij op dat Napoleona voor het meisje en Sander voor den verliefden jongeling speelde. Ongelukkig is Sander arm, en de moeder van Napoleona, de hoovaardige Cornelia, wil van hun huwelijk niets weten.
Haar goede zoon Sander moest hooren, hoe zijne vorige schoolmakkers hem den scheldnaam "Moordenaar! moordenaar!" achterna riepen, en de arme jongen had sedert drie dagen den waggon niet meer durven verlaten. Zijn onderwijzer alleen was goed en vriendelijk voor hem gebleven.
Ik sprong de kooi uit: en nu merkte ik, dat hetgeen ik voor het rateltje van Maarten hield, het kletteren van den regen op het dek was; klik klakkerdeklak! ging het, puur of zij met zakken vol erreten over de planken strooiden. "Heb je ooit meer zoo'n regen gehoord?" vroeg Sander.
"Wat ik doen wil, of doen zal, is mijne zaak," zeide Sander: "ik heb gehoord, wat gij te zeggen hadt, en wensch u goeden nacht: ik kan mij thans niet langer met u ophouden: vaarwel." Dit zeggende stond hij op. "Maar wat deksel!
Sander sloeg dan in 't wilde op den roover; maar daar waren er aanstonds vijf of zes van die lieve jongens bij, die hem in zijn baaitje namen en hem op het dek haalden: en juist was er een, die zijn bijl oplichtte om hem met de complimenten naar zijn grootje te sturen, toen de rooverkapitein in 't Spaansch gelastte, dat zij hem sparen zouden: en ik, die ook begreep, dat de jongen beter deed zich stil te houden, ik riep uit al mijn macht: "Sandertje, mijn vriend!
"Wel wat zeg je van dat weertje, Schipper?" vroeg Sander. Ik keek ereis rond: "wat zal ik zeggen?" zei ik zoo: "'t is mooi donker en ik hou niet van zoo'n hooge zee zonder dat men wind voelt." "De zee is den gansenen nacht al hooger geworden," zei Sander: "en het zwerk hangt laag."
's Morgens stond Snepvangers weer tegenover Sander. De kousevent hield op met spuwen van verwondering. Al terug, Snepvangers? Ja, Sander ... In Zwitserland geweest? Ja! Niet veel bijzonders, zeker? Neen! Maar ge zegt zoo weinig.... Och! Lang in den trein gezeten?
Helding was mij intusschen ontsnapt; maar nauwelijks was hij met vrouw Reynszen de deur uit, of ik volgde hen, stootte Sander naar binnen, sloeg de deur dicht en schoof er den grendel op, waarna ik mij in de herberg spoedde. Hier was men gedurende mijn afwezigheid tot een besluit gekomen, in den zin als door Reynszen was voorgesteld, en had men rondgezonden om de Schepenen bij elkander te roepen.
Het was een visschersknaap, die deponeerde, dat hij den avend te voren, van iemand, die naar zijn beschrijving volkomen met Sander overeenkwam, een briefje had ontvangen, met verzoek het aan mij te overhandigen, voor welke boodschap hij een stuiver genoten had.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek