Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 27 juni 2025


Bij zessen en zevenen zongen de vogelkens hunne liedekens, hoog en laag en toen begonnen ook de bellekens aan de bladerkens te klinkelen, hoog en laag en het stemde alles te zamen met melodië en met harmonië, en Guenever zeide, aandachtig heffende haar vingerkijn: Hoort gij, wellieve Ysabele? Schooner muziekboom en klinkelt er niet voor de engelen in Paradijs!

Jij moest maar eens eene maand lang je voeten zetten op het dek van de Blinkert dan zou je wel minder zanglustig zijn en minder praats hebben!" "Heusch, ouwentje, de gort was aangebrand, anders zou je zoo brommig niet zijn en mijne liedekens verwenschen!" "Mijne liedekens! Als Starter en Brederoo nog leefden zonden ze je wel wat anders zeggen!

"Daar zegt ge wel an, landman! en om u te toonen, dat ik ook liedekens weet, zoowel als gij: Is 't weer te guur, By Knelisbuur Daar stookt men 't vuur En warmt men sich de leden. Vat kou ons bij 't lijf, Dan stelt zijn wijf Tot ons gerijf Met lekkeren wijn ons tevreden. En wie dan met tang en met glazen kan schermen, Die kan zich van buite en van binne verwermen."

De oude vrouw was zoo blijde, zoo verrukt, alsof haar een onuitsprekelijk geluk overkomen ware; niet juist omdat haar zoon de beeldekens wel geschilderd had, want daar wist zij in het geheel niets van; ook beloofde zij zich ten hoogste het loon van eenige stuivers voor zijnen arbeid, indien hij dan nog slechts als goed aanvaard werd; maar zij verheugde zich in de welgemoedheid van haren zoon, die nu, door de drift des arbeids ondersteund, in veel beteren staat scheen te zijn en na het voltooien der derde print de eerste woorden van een zijner vergetene liedekens, bij wijze van uitroeping, had laten hooren.

Neen! al wat ik in 't vak van liedekens weet, heb ik in 't leger geleerd. Doch ik zing nooit recht zuiver als ik nuchter ben. De stem en de maag staan bij mij in nauw verband, en dit is natuurlijk: de goede dingen, dat is bij voorbeeld de wijn, gaan mijn keelgat in en dan eerst komen de goede dingen, dat zijn de fraaie liedekens, mijn keelgat uit, zoodat...."

Zooals naar gewoonte werden wat flesschen lambik opgehaald en moest Anatole eene rei liedekens zingen. Dit deed hij, terwijl Johan Doxa zeer aandachtig den bleeken steel van de nieuwe pijp met allerlei ornamenten overteekende. Hij zong op uitstekende wijs de oude deuntjes van den Reus, van den Koekoek, van het Ros Beiaard, van Mijn moeder gaat naar Halle, en van den Uil.

En terwijl ze sneed, zong ze liedekens uit de kerk. Ze zou kunnen stoeffen en pronken met hare mand strooisel tegen de begijntjes die meestal arm waren en tevreden moesten zijn met de gekleurde omslagen van oude St. Franciskus' en Marias boden. "Wa zal onzen Lieven Hier blij zijn zoe' schoe stroessel!" zei Charlot handenwrijvend. De Zaterdag kwam en er was geen wolksken aan den hemel.

Het was beter deze lichte en dartele galmen, deze venusjes en voddekens, dit »singen en lollen van lichtveerdige en onkuysche liedekens« te vervangen »door geestelijcke en stichtelijcke propoosten«. Het was slechts jammer, dat zij, zooals zoo dikwijls, reeds kwaad zagen, waar wezenlijk was onergerlijke blijdschap aan het leven en zijne volheid en dat zij, zooals ook vaak, met het badwater ook het kind uitgoten.

dat door de zwarte bladerschimmen kijkt en met haar vaag beweegen komt en wijkt. Ik ga door looverlied en sterreschijn blij en gerust. Ook in mijn kleine brein worden nu teedre liedekens gebooren die 'k liefst mijn teeder lief wou laten hooren. De wind die 't nachtland als een harpe streelt in maatgang met mijn stille liedjens speelt.

De voergheseide piper verwecte mit sinen springhen die jonghelinghen ende ander maechden tot onkuussche liedekens te singhen.

Woord Van De Dag

verheerlijking

Anderen Op Zoek