Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 26 juni 2025
Vergeef mij, eerwaarde Vrouwe, dat ik deze bedorven heb. O, vergeef mij, in den naam mijner ongelukkige moeder!" "Bedorven?" riep de Abdisse met verbaasdheid, "gij zijt wel ootmoedig, jongeling. Ik ben gekomen om u te zeggen, dat niemand ooit schooner beeldekens gezien heeft dan die, welke gij geschildert hebt!"
Waar een plekske zon lag zaten de hagedissen als steenen beeldekens; broodkoleurige krekelschelpen plakten op de wildgewassen struiketwijgen en overal roerden rupsen, slakken, spinnekoppen, duizendpooters, motten, pieren, kikvorschen, padden, mollen in en op den grond, die rook van al dat leven. Visschen, dikkoppen en wormen in het trillende water van beken en moerasjes.
Deze zaal nochtans was opgeluisterd door de tegenwoordigheid van zes allerschoonste kinderen, die heel zachtjes en zonder het minste gerucht te durven maken, op het grondtapijt bezig waren met in een groot boek beeldekens te zoeken.
"Ja, zuster," antwoordde de oude vrouw, de printen van onder hare huik halende, "gelief de goedheid te hebben de beeldekens aan zuster Ursula te toonen en te zeggen, dat Quinten Massys, de smid, die gemaakt heeft." De non bezag de haar aangebodene voorwerpen met eene uitdrukking van misprijzen. De beelden moesten gewis niets aangenaams vertoonen: haar gelaat gaf dit genoeg te kennen.
De oude vrouw was zoo blijde, zoo verrukt, alsof haar een onuitsprekelijk geluk overkomen ware; niet juist omdat haar zoon de beeldekens wel geschilderd had, want daar wist zij in het geheel niets van; ook beloofde zij zich ten hoogste het loon van eenige stuivers voor zijnen arbeid, indien hij dan nog slechts als goed aanvaard werd; maar zij verheugde zich in de welgemoedheid van haren zoon, die nu, door de drift des arbeids ondersteund, in veel beteren staat scheen te zijn en na het voltooien der derde print de eerste woorden van een zijner vergetene liedekens, bij wijze van uitroeping, had laten hooren.
Het duurde zoolang, dat eindelijk de twee kleine zusterkens, hoofdje tegen hoofdje, op hunne bank waren in slaap gesukkeld. Dan was de school uit. De moeder ontkleedde de ingesluimerde wichtjes en droeg ze naar hun bed. Bavo en Lieveken keerden terug bij de tafel en keken daar in een klein boek met beeldekens.
Ze zag de beeldekens wiegelen en lachte mee. Nu was er geen tastbare tijd meer en niets van wat den samengang van hun bestaan uitmaakte, scheen haar vergankelijk te zijn. Overal was licht het gewone gerucht van de stad en haar hoofd was vol zacht-ruischende geluiden. Ze blikte altemets op in zijn gelaat en ze vond hem schoon als de zonne.
"Wat doet Hans voor uw klooster, zuster?" viel Quinten haar haastig in de rede. "Hij schildert gedrukte beeldekens voor de begankenis der melaatschen," was het antwoord; "hij doet het wel niet goed, maar omdat hij ziek is, zien wij daar niet nauw op. Zie, daar zijn er, die ik juist bij hem heb afgehaald."
Wat de kamer zelve betreft, die was wel zuiver en met wit zand bestrooid, wel met een kruisbeeld en eenige beeldekens van heiligen versierd, doch niet prachtig; want de personen, welke ze bewoonden, wonnen niet veel met het dagelijksch werk hunner handen.
Het is waar, ik heb nooit met verven gewerkt en zal wellicht in het eerst eenige beeldekens bederven; doch, zuster, vergeet niet, dat een zoon, die voor zijne moeder arbeidt, geen gewoon werkman is. Misschien zou ik kunnen gelukken; er is iets, dat mij het zegt." "Welnu dan, Quinten, daar zijn ongekleurde beeldekens. Beproef wat gij kunt.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek