United States or Mozambique ? Vote for the TOP Country of the Week !


Ze zette zich in 't bed overeind. In heur vieselijk gezicht plakten de hangende haren. Ze wreef zich de oogen uit, wierp het gore deksel wat terug ... keek slaperig-verbaasd ... "Zijt gij daar?" vraagde ze verwonderd ... "wat 'n eer van u te zien!..." "Laat me gerust" bromde Geerten, zich uitkleedend. "Buitengesmeten" meesmuilde ze nog spot-lachend ...

De gids, hoewel geen gids van professie, de koetsier, de juffrouw van de stationskamers, de restaurateur, de winkelier van wie wij een kleinigheid kochten en al zulke menschen meer, vroegen een getuigschrift, dat wij met hunne handelingen tevreden waren en wilden liefst, dat wij naast onze handteekening een visitekaartje plakten.

Waar een plekske zon lag zaten de hagedissen als steenen beeldekens; broodkoleurige krekelschelpen plakten op de wildgewassen struiketwijgen en overal roerden rupsen, slakken, spinnekoppen, duizendpooters, motten, pieren, kikvorschen, padden, mollen in en op den grond, die rook van al dat leven. Visschen, dikkoppen en wormen in het trillende water van beken en moerasjes.

Hun mond en handen plakten van vet en konfituren, en zij gaven zich den tijd niet om hun neus te snuiten. Lijk korenten, die mee bij de zoete spijzen behoorden, zaten de vliegen over de tafel heen verspreid.

Hij zag door de natte, witte mousselinen kleeren die klaar op haar rozig lichaam plakten, hare fijne vormen afgeteekend, de lijnen van de heupen en den bil, en hare jonge, nog rechtstaande borsten.

Al etende zag hij met blijde verwondering naar het bezonde, kalme veld, waarover een klein kloksken luidde, naar de roode, gulzige smoelen der boeren, en naar zijn allerzoetst Marieke. Hij neep onvoorziens in hare heupen, dat zij opsprong en gichelde, en onder tafel omstrengelde zijn been het hare. Zijn gezicht blonk van het zweet en van het wafelenvet, en zijn handen plakten van den suiker.

De lange vochtige vlasstengels van vage tint plakten zich papperig-week tot slappe bundels samen, de ronde zaadkorrels ritselden broos tegen elkander als natte, glazen balletjes; en zij zelven, al die mannen en die vrouwen, stonden in een onreëele atmosfeer, als wazige groote poppen, die heel licht een dood-eenvoudig en gemakkelijk kinderwerk verrichtten.

Dien achtermiddag lag er een zoete stilte ver over de velden, waar de boeren in menigvuldigheid de patatten aan 't uitdoen waren. Nu en dan puntte er door de koperen-zonlucht een wildeganzen driehoek naar het Zuiden, en hoog in het Oosten plakten witte wolkskens. En hei! op de Nethe, vóór Pallieters huis, lag een verschgeschilderde tjalkboot gemeerd!

De tranen spoten uit Charlot haar oogen, ze pakte ze vast, kuste haar op den mond, hief haar op, en drukte haar haast te pletter op heur dik lijf. "Och wa' zadde toch e' schoe' meske geweurre!" riep ze. "O ma' Marieke, ma' Marieke!..." En ze kuste haar nog eens, en haar tranen plakten op Mariekens gezicht.

Eleazar stond op, trok het dek naar 't voeteneind, stopte de deken onder de armen. Koorts-driftig weerde de zieke 'm af. De zwachtels, weder door-etterd, plakten aan de houtwol van 't matras. Kreunend woelde hij zich bloot, wilde niet geholpen worden. De oogen heet-koortsig vergroot, groen-flitsten in 't donker der bedstee.