Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 11 oktober 2025


Hoewel de Nederlanders in de vijf hierop gevolgde veldtogten van LODEWIJK XV in de Oostenrijksche Nederlanden weinig eere mogten behalen, hebben toch onder de Friesche krijgsbevelhebbers zich onderscheiden: de Luitenant-Generaal JOHAN SICCO Baron THOE SCHWARTZENBERG, de Brigadier GEMME ONUPHRIUS VAN BURMANIA, de Luitenant-Kolonel LAAS ULBE VAN BURMANIA, benevens nog vier andere leden van dit geslacht; alsmede de Majoor DANIEL DE BLOCQ VAN BOURICIUS, Kommandant van het Regiment Oranje-Friesland; doch bovenal de dappere Luitenant-Generaal HOBBE ESAÏAS VAN AYLVA, Gouverneur van Maastricht, die van zijne uitstekende verdediging van deze sterke, doch hevig aangevallene vesting in 1748 zoo veel eere mogt behalen, dat zijn aanvaller, de Maarschalk van Saksen, als blijk van achting voor zijn moed en bekwaamheid, hem, nadat de vesting bij vredesverdrag was overgegaan, toestond, bij zijn eervollen uittogt vier kanonnen en twee mortieren uit de vesting mede te voeren.

Laas, zeide hij, als de lansen, kogels, zweerden, aksten, hamers, mij sparen, maar op uw liefelijk lichaam vallen, wat moet ik, nietdeug, dan doen op de wereld zonder u? Maar Nele zeide: Ik wil u volgen, er zal geen gevaar zijn; ik zal mij verbergen in de houten schansen, waar de busschutters staan.

Uilenspiegel was in de taveerne en, jammerend en droevig, zei de lieftallige gastvrouw tot hem: Arme Lamme! arme Uilenspiegel! Waarom beklaagt gij ons zoo zeer? vroeg Uilenspiegel. Laas! laas! zeide zij, waarom ook gelooft gij niet aan de misse? Zeker gingt gij naar den hemel, en in deze wereld zou ik vermogen u te redden.

De zwarte duivel des rampspoeds heeft u in 't oog, en 't is door plundering en vernieling, dat hij het vijandelijke leger zal roepen om u als rebellen te behandelen en Alva over u te doen regeeren door dictatuur, inquisitie, verbeurdverklaring en dood! ... En hij zal erven! Laas, sprak Lamme, plundert niet, signoorkens en pagadders; de koning is al kwaad genoeg.

Gij zijt voorzeker een geest, Uilenspiegel, en gij ook Nele, want gij zijt beiden altijd jeugdig en luimig. -Wat hebt gij aan uw been? vroeg Nele tot Lamme. Ik ben geen geest en zal het nooit wezen, sprak hij. Ik heb dan ook een bijlslag gekregen in mijne bil, mijne vrouw had er zulke ronde en schoone! zie, ik bloed. Laas! waarom is ze niet hier om mij te verzorgen?

Laas, antwoordde Uilenspiegel, ik heb er geen lust toe, ge moogt mij gelooven. Soetkin zag toen den beul, op bevel van den baljuw, een fornuis aanstoken, terwijl een beulsknecht twee keersen deed branden. Zij wilde rechtstaan op heure vermorzelde voeten, doch zij viel terug, uitroepende: Weg met dat vuur! Ach! heeren rechters, spaart zijne jeugd. Weg met dat vuur!

Laas! is het niet wreed en onrechtveerdig voor eene vrouw, zich op een onschuldigen jongen als ik te wreken, omdat zij niet schoon genoeg is om aan eenen man te geraken? En treurig stapte ik naar het kaberdoesken, dat gij mij gewezen hadt, om met bruinbier mijnen schrik af te drinken. Maar ik was nogmaals bedrogen, want als ik binnenkwam, zag ik man en vrouw bezig met vechten.

Spant niet, hebt medelijden. De vischverkooper! riep Soetkin. En Uilenspiegel zweeg. Doch, als hij zag dat de beul de stokskens harder deed spannen, riep hij opnieuw: Erbarming, heeren! Daar breekt gij heure vingeren die zij noodig heeft om te werken. Laas! heure voeten, nu zal zij niet meer kunnen gaan! Erbarming, heeren! Vischverkooper, gij zult een bangen dood sterven! riep Soetkin.

Laas! baas kooldrager, antwoordde het jongetje, ik heb thuis eene zuster, die een jaar jonger is dan ik en mij troef geeft bij den minsten twist. Maar op haren rug durf ik mijne weerwraak niet nemen, want ik zou haar zeer doen, baas. Gisterenavond, onder het eten, wischte ik met mijne vingers een teil uit, waarin ossenvleesch met boonen geweest was, en zij wou er heur deel van hebben.

Mooispreker! zegde zij. De zonne straalde, een leeuwerik tierelierde boven de klaveren, en Nele legde heur hoofdje op den schouder van Uilenspiegel. Maar Lamme kwam zweetend en blazend terug. Laas! sprak hij, ik ben onder een slecht gesternte geboren.

Woord Van De Dag

arasbesken

Anderen Op Zoek