Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 23 mei 2025


"Kom, Army!" sprak de barones, "dat meent gij niet; het zijn achtenswaardige lieden daar op den molen, die het altijd goed met u gemeend hebben; het zoude ondankbaar zijn." "Maar, mama, ik bid u," antwoordde hij knorrig, "die lieden behooren tot den onbeschaafden stand. Verbeeld u, dat de molenaar eens te B. kwam en den ongelukkigen inval kreeg, mij te bezoeken.

Ik poogde hem telkens te bewegen ook reis iets op te zeggen, of te zingen of zoo; maar hij zei altijd, met een knorrig gezicht: "Och kom!" en "Ik kan waaratje niets!" En hard wilde ik er niet op aandringen, omdat ik oom nog eens weer op zijn horloge had zien kijken.

En daar komt de groote beer recht op hem af, blind aan één oog, door een houw van 't mes van een kavalier, mank aan één poot door een kogel uit 't geweer van een kavalier, ruig en knorrig en alleen; sinds zij zijn vrouw gedood hebben en zijn kinderen weggevoerd.

Goed, moeder, goed! ga u asjieblieft maar heen, zei de jonge modelleur een beetje knorrig.... Meneer, gaat u niet zitten laat moeder u staan! Neen, Sjuul, meneer liep uit z'n eigen rond. Jawel, 't is goed, moeder ... hij duwde haar zachtkens op 't portaaltje en toen tot Capelli: Waarmede kan ik u dienen? Ik heb een buste noodig ik ben Giovanni Capelli. U kent mijn magazijn zeker wel.

En daar Mijnheer Iwan, in gedachten verzonken, met een knorrig gezicht aan zijn lange snorren trok, meende de oude man eveneens te moeten nadenken. Hij liet een minuut voorbijgaan en zei toen: "Met dat al, Mijnheer Iwan, moet ik toch zeggen, dat het, als men eenmaal slaapt, niet aangenaam is, door de vliegen wakker gemaakt te worden.

"In eene groene monteering?" vraagt Freier. "Ja," zegt Frederik. "Met eene schako?" vraagt Freier. "Neen, blootshoofds." "Blootshoofds? En dan van morgen in zoo'n regen?" "Ja, dat hoor je immers!" roept Frederik knorrig uit. "Antwoord dan toch, of je dien kerel gezien hebt?" "Wacht eens! Hebben we van daag geen donderdag?" "Ja," zegt Frederik.

"Ik dacht niet, dat die verwenschte stoomboot ooit zou komen." "Nu, het valt mij nog al heel wat meê," viel Pols in; "je kunt toch niet klagen, dat een kwartiertje wachtens te lang is." "Wat! een kwartier niet lang?" riep de Morder knorrig uit. "Het is vijftien minuten te lang. Je zoudt wel anders spreken, als je dien tijd aan de galg gehangen hadt."

Je zult mij toch wel raad willen geven, als ik niet verder kan?" vroeg Jo eenigszins gegriefd. "Ja, maar ik weet niet veel, behalve over brood en een paar kleinigheden. Je deed beter Moeder te vragen of zij het goed vindt, voor je iets bestelt," antwoordde Meta voorzichtig. "Natuurlijk zal ik dat; ik ben ook niet dom," en Jo ging knorrig heen, omdat er aan haar kundigheden getwijfeld werd.

Maar... maar..." "Voss," zeide mijn oom knorrig, "wat hebt ge nu weêr voor bezwaren! Die zaak is klaar en duidelijk." "Ja, mijnheer, maar ik meen maar, hoe moet dat dan met de zakken gaan?" "Met de zakken? Met wat voor zakken?" "Met de zakken, waarin mij het koren gebracht wordt. Al dat koren krijg ik, maar wie krijgt de zakken?"

"'t Is erger om alleen te zijn, dan 't koud te hebben." Maar de visscher scheen steeds meer besloten te zijn die zaak te verhinderen. Het was alsof hij de gedachte niet kon verdragen, dat een kind van Zweedsche ouders bij de Laplanders zou worden opgevoed. "Je zei immers, dat ze een vader heeft, die bij den Malmberg woont." "Hij is dood," zei de Laplander knorrig.

Woord Van De Dag

rozen-hove

Anderen Op Zoek