Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 15 juli 2025


"Mammi, waar is de kikker nu?" vroeg Fritsje. "Ik denk, dat hij nu weer vroolijk door het water springt of over 't land. Och, och, wat zal dat arme kikkertje geschrikt zijn, toen het zag, dat het verdwaald was." "En hoe verdwaald!" lachte Dolf. "'t Was maar goed, dat Pol geen ooievaar was, want die had het kikkertje stellig opgepeuzeld." "Brr!" Fritsje schudde zijn krullebol.

"Wat is dat voor een kikker, dien hij daar op zijn rug heeft?" vroeg een van hen. "Ze denken zeker, dat we niet kunnen zien, dat het een kikker is, omdat hij als een mensch is aangekleed." De zwanen, die zoo pas nog in goede orde gerangschikt lagen, zwommen nu rond om elkaar heen in de heftigste verwarring. Alle wilden vooruitdringen om de witte wilde gans te zien.

Stil, daar komt de Man weer! O! O! wat een gezanik! mopperde de kikker, die juist bezig was zijn lenig lichaam wat uit te rekken, en nu weer onbeweeglijk, als levenloos, ging zitten. Het licht van haar stem heeft hij in zijn oogen! juichte zacht 't viooltje. De man ging vlug. Zijn hoofd, met hoog blank, van de oogen tot aan het donkere haar, hield hij flink.

Zoo dacht de Vrouw, als ze het doode viooltje zag. En de kikker vertelde nog dikwijls van de menschen; maar dit vertelde hij niet; want daar was zijn vader niet bij geweest. Later ging hij weer eens 't pad langs, waar het viooltje gestaan had. 't Was er niet meer. Dood! zei de kikker; en hij sprong verder. 't Weiland verveelde hem; hij wou weer naar den straatweg.

Wat gaf eene bij nu om mooie schoenen, of een kikker om een nieuw pak, of een vogel om een prachtigen hoed! Neen, de jongens van 't dorp, die gaven daar meer om, die moesten hem eigenlijk zien en bewonderen. , als hij het dorp eens opliep, wat zouden ze zich daar de oogen uitkijken!

"Wees gerust! voor geld en kwaê woorden zwijg ik als een kikker bij winterdag: is er nog iets van je bevelen?" "Niets meer! rep je en maak bijtijds in Tiel te wezen: hier hebt ge nog wat drinkgeld en iets om het veer te betalen." "Duizendmoâl dank, heerschop!" zeide Teun: "nou snij ik dat zijpad moâr in; want het dorp ga ik liefst niet deur, om redenen mij bekend. Leef gezond Sinjeur!"

Vooral de groeten aan oom, tante en alle kindertjes." "Is hij nu uit?" vroeg Bob. "Ja, is het geen onmogelijk lange brief?" Door moest den brief nòg eens en nòg eens voorlezen, vonden Leni, Bob en Hansje. Op 't laatst kenden ze hem bijna van buiten. "Boven aan het blaadje staat het verhaal van den kikker, Door?" vroeg Hans. "En dáár onder-aan dat van Mieke?"

Dat kunststuk herhaalde hij zevenmaal, terwijl de jongen schreeuwde en Akka riep: "Wat doet u toch, Mijnheer Ermerik? Dat is geen kikker! Dat is een mensch, Mijnheer Ermerik!" Eindelijk zette de ooievaar toch den jongen volkomen ongedeerd neer. Toen zei hij tot Akka: "Ik vlieg nu naar 't huis Glimmingen terug, Moeder Akka. Allen, die daar wonen, waren heel angstig, toen ik heenging.

Maar 't is mijn tijd van zingen niet. Het is zoo treurig! zoo treurig. Ik wil óók bidden; mijn heele verdere leven, altijd maar door "waarom?"... "waarom?"... "waarom?"... bidden. Dat zal vroolijk zijn! zei de kikker, een mugje happende, dat juist voorbij vloog. Och, ik kan toch nooit meer vroolijk zijn! Eigenlijk ben ik het uit mezelve nooit geweest.

Maar, jawel, ze lieten zich fluiten als een kikker in het riet, en al heel gauw werden we gewaar, dat het vlootje, dat we zagen aankomen maar eens even bestond uit negen groote Spaansche galjoenen, tien Duinkerksche koningsschepen, vier fregatten en één jacht. "Goeien morgen, Huib," zeî ik tot mij zelven, "goeien morgen, Huib, dat katje moet jelui vandaag de bel aanbinden! Dat zal er spannen!"

Woord Van De Dag

galoppeer

Anderen Op Zoek