Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 1 juli 2025


"Ruth, deze vriendin is Eliza Harris, en dit is het jongetje, waarvan ik u gesproken heb." "Ik ben blijde u te zien, Eliza, zeer blijde," zeide Ruth en gaf Eliza zoo hartelijk de hand, als ware zij eene oude vriendin die zij lang verwacht had; "en dat is uw lieve jongen.

Minder beschroomd dan Wouter Femke was ouder, had meer omgegaan met menschen, en dacht minder na vraagde zy flinkweg den onvriendelyken man van den winkel: "om 't boek over die gravin met den sleep?" ? Hoe is de titel?" Daar weet ik niet van, zei Femke. Maar 't is over een roover ... de Paus komt er ook in ... of eigenlyk ... och 't is my te doen om een jongetje dat gelezen heeft in zoo'n boek.

Nijverheid, mijn- en boschbouw hadden voortdurend zijn aandacht, vooral gedurende de Straatsburger periode. De zevenjarige oorlog, de Fransche inkwartiering, het verkeer met den schout, zijn grootvader, brachten hem vroegtijdig in aanraking met groote diplomaten en legeraanvoerders van dien tijd, en het wijze jongetje had hun meer op de vingers gekeken dan zij wel vermoedden.

Dat-i nog in de wieg lag durfde ze wel niet zoo rechtuit zeggen, maar toch: Och, heeroom, die prent is van 'n jongetje, van 'n klein jongetje. 't Kind zal zoo omstreeks de tien jaar oud zyn, of ... negen. Ja, ouder dan negen is-i zeker niet! Ben je mal, meid, riep de moeder. De jongen is vyftien! Ja juist, vyftien, of ... zoo-iets. Ik wil maar zeggen dat-i nog 'n kind is.

Want toen een groot half jaar later de tijding kwam van de geboorte van Geertjes kindje, een jongetje, toen was zij heelemaal niet van streek geweest, zooals hij, maar kalm en bedaard en had precies geweten, wat ze deed. Ze zei hem toen nog, dat hij niet zoo boos mocht wezen, dat 't toch zijn eigen kind was en dat hij haar niet verstooten mocht. En dat had hij ook niet gedaan.

Zij lachte eensklaps helder en meêgesleept door haar eigen lach, schaterde zij het uit, steeds op zijne knie, met haar hoofd op zijn schouder. Op Bertie! lachte zij. Hoe is het mogelijk! O, o, op Bertie! Maar ik beschouw hem zoo als een aardig jongetje, bijna als een meisje ... Hij is zoo klein en hij heeft zulke mooie handjes! O, o! Ben je jaloersch op Bertie?!

Met beleefdheid bood hy zyn hand aan een dame, om haar by het uitstygen behulpzaam te zyn, en nadat deze van een heer die nog in den wagen zat, een kind had aangenomen, een klein blond jongetje van een jaar of drie, traden zy de pendoppo in.

Het roodborstje was niet schuw voor Johannes. Het vloog op zijn arm. Dat was juist als vroeger. Het moest toch Windekind zijn, dat blauwe wezen. 'Vertel me eens hoe je heet, jongetje, zeide Windekind's stem. 'Kent gij mij niet? Weet ge niet, dat ik Johannes heet? 'Hoe zou ik dat weten? Wat beteekende dat? Het was toch die bekende, zoete stem, het waren toch die donkere, hemeldiepe oogen.

"Joly, leen mij tien sous," zei Laigle, en zich tot Grantaire wendende: "Leen mij tien sous, Grantaire." Dit maakte twintig sous, welke Laigle aan den knaap gaf. "Ik dank u, mijnheer," zei het jongetje. "Hoe heet ge?" vroeg Laigle. "Navet, de vriend van Gavroche." "Blijf bij ons," zei Laigle. "Ontbijt met ons," zei Grantaire.

"Wacht, ik zal eens maken, dat je geholpen wordt. Geef je receptje maar eens hier!" Het jongetje gaf het over, en nu drong de man door de vóór hem staande menschen, stak de hand, met het recept er in, door het loket, en geen vijf minuten later kwam hij terug en gaf het drankje over.

Woord Van De Dag

1195

Anderen Op Zoek