Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 1 juli 2025
Al de meiden die hem de deur openden, vonden hem 'n fatsoenlyk jongetje. Dit was al iets. Tot m'n innigsten spyt mag ik niet zeggen dat-i zich zeer gedrukt voelde door de zonderlinge manier waarop men over z'n gaven beschikte. Hyzelf kende die gaven niet, en voelde zich in 't minst niet vernederd.
"Nu dan, dat jongetje mocht niet in den hemel, omdat-i... geen fransch verstond, en ook omdat-i dikwyls stout was geweest, en ook omdat-i meestal z'n vragen niet had gekend, en ook omdat-i... omdat-i... Ik geloof dat Wouter hier wat zeggen wilde over 't onzalige "moedersknipje." Maar hy slikte het in, uit vrees de Hallemannen te grieven door 'n schynbare toespeling op den pepermenthandel.
Maar Van Belleghem zei haar hoeveel hij 't jongetje al dadelijk zou geven en dat was zooveel meer dan wat hij als koewachtertje kon verdienen, dat zij al spoedig toesloeg.
Al lachte ze in 't begin om de groote aandacht waarmee hij haar placht aan te hooren, alsof haar woorden orakelspreuken waren, en om zijn zoeken naar deftige woorden en naar een zekere statelijkheid in zijn lange figuur die zich daartoe niet te best leende, zij mocht hem toch al dadelijk wel lijden; hij was geen flauw jongetje, maar een heer, iemand van goede manieren, hij was niet als de meesten uit verlegenheid ruw, of grappig, of stil, hij was zich meester, hij was iemand zooals je in fransche romans leest dat ze in Parijs allemaal zijn, maar voor Holland wel iets bizonders.
Vanhier dan ook dat-i in oogenblikken van menschelyke zwakheid zich soms vermoeid voelde, en gelegenheid zocht 'n deel van z'n last op den nek te wentelen van 'n protestantsch jongetje dat lust in werken had, en ... cautie stellen kon. Dit was 't voornaamste ... inderdaad!
Blauw glanspapier gluurde vriendelyk door de symmetrische gaatjes. "Daarmee zegende zy zich" dacht Wouter, en onwillekeurig stak hy de hand in 't bakje... Het was droog. Nu, om 't water was het ons protestantsch jongetje niet te doen. Hy wilde slechts z'n hand... wyden door aanraking met iets dat door háár voor heilig gehouden werd.
"Hé! ben jij dan misschien, dat jongetje....?" "Ja wel, ja juist. Och, lieve hemel! weet u het nu?" riep de verrukte Frans weder: "mijne moeder heeft u te gelijk met mij gezoogd; ja, nog altijd spreekt zij van u; en ik...."
Later kwam de kritiek. Waarom moest God mij bewaren tegen het kwade, dat mij genaakte? Was het dan niet beter, dat God, de Almachtige, dat kwade maar dadelijk vernietigde of het niet eens liet opkomen? En waarom moesten juist mijn ouders en mijn vrinden bewaard worden en niet die van een jongetje, dat niet geleerd had te bidden?
De oudeheer keek verdrietig en daarin had de man geen ongelyk maar ... al die beladen kameelen! En die slaven! En al die toestel voor 'n verre, verre reis! 'n Pikzwarte knecht hield 'n paard by den toom. 'n Ander den stygbeugel, en scheen te manen: "komaan, verloren-gaande zoon, styg op! We worden gewacht op de tweede prent!" Welk jongetje zou niet graag zoo'n verloren zoon willen zyn?
Het jongetje dacht, dat hij trouwen moest en vroeg: "Maatje, moet ik met alle drie, of met eentje van haar trouwen?" En toen hij hier kwam en kennis met ons maakte, vroeg zijne moeder hem: "Wel broertje, heb je al een keus gedaan? Met wie van de Tantes wil je trouwen?" "Maatje, ik kan niet kiezen, want ze zijn alle drie even lief!"
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek