United States or Comoros ? Vote for the TOP Country of the Week !


Maar ieder hunner wilde van den ander dat hij het eerste woord zeggen of de eerste vraag doen zou. "Het is dan maar een rare wereld tegenwoordig," begon Huiskamp eindelijk. "Zeg dat wèl!" beaamde Beukman rustig; hij wist dat er nu aanstalten gemaakt werden om er mee voor den dag te komen. "Als je blieft, Teunis!" zei moeder Griet.

Griet veegt met haar voorschoot een traan weg. "Moar bi'j dan nou gek?" zegt Gerrit: "Zit j'aweer te grienen? 't is dan krek of we de wereld uutgoan." "De wereld neen, de wereld niet," zucht Griet, "moar 't darp toch: en dan de lokkemetief de lokkemetief! Meister zei lest nog dat ze zoo kolderig woaren, en tegenswoordig toezoers en altied uit den weg sprongen. Ik kan d'r van iesden."

En Beertje wendde zich om; zag Doris en Griet; kwam naar hen toe; overhandigde de aarden potjes; zei: "dag Griet, dag Doris:" en keerde in draf naar de afgelegen boerenwoning weder, waar de moeder van Dorus woonde. Griet woonde in Dorus buurt, en Beertje nam gern hun pötje mee. "'t Is twoalf," sprak Santje: "jong Kees, ik wiest niet dat 't al zoo loat was.

Moeder Griet was dat volkomen met hem eens, maar zij gunde zich den tijd niet om lang te kijken, want zij had het nog meer dan druk om alles voor het feest in gereedheid te brengen. De beste spullen moesten uit de kast, en alles werd zorgvuldig geschuierd en opgeknapt. Trom had het vreeselijk druk met zijn hoogen hoed, denzelfden nog, waarop Dik was gaan zitten, toen deze nog een kleine jongen was. Trom poetste de stugge haartjes glad en liefkoosde hem wel honderdmaal met de mouw van zijne lakensche jas. De man zag er w

Op grond hiervan nam de Rechtbank van den Haag aan , dat wel was gebleken, dat de beklaagde een tooneelspel had vertoond, overeenkomst hebbende met het stuk "Zwarte Griet" doch niet wat hem ten laste was gelegd, dat hij nl. dit laatste stuk zou hebben doen opvoeren. De vertooning der bewerking werd dus niet als inbreuk op het auteursrecht beschouwd.

Gleuf moar vrij, de lêge mand za'k oe thuus brengen; verrechtig, ge zoudt er maar onder bezwieken!" Dorus vatte grinnekend de klepmand, en Santje schoten de tranen van angst in de oogen. En Griet Griet was één stuup van 't lachen um de oarigheid van Doris en de schichtigheid van 't hörlepiep. Wat kos die Dorus toch oarig uutpakken en kemiek wêzen!

»Wat duivel wijf, wat laat je ons een dorst lijden!" »Griet, moet het nog gebrouwen worden?" »Te deksel Griet, doe de kannen nog 'ereis vol!" »Ja, ja!" riep het wijf met haar snijdende stem, »jullie hebt dorst genoeg: dat weten we wel! Maar betaal me eerst 'ereis, voor jullie weer zoo'n keel opzet!" »Betalen, mensch! betalen? Ja, betaal maar, als er niemendal te verdienen valt!"

We zullen niet verhalen, hoeveel Gerrit voor den monsterkoek betaalde, dien hij veur zien Griet wou meebrengen, en waar met suukere letters: Voor Uwé kermis op geschreven stond; hoe Gijs werd bedrogen, met 'en kupke en schuttelje, dat ie veur Mijntje mee wou nemen; hoe zij verder moppen, amandelen en wat al niet meer kochten, tot dat de zakken stijf uitstonden en de kermisgasten haast onder hun last bezweken; wij gaan dit alles vluchtig voorbij, en vinden hen 's avonds, vader en zoon, op de Botermarkt in een gewoel en gejoel voor de spellen weder.

En hoe kwamen de kermisgasten thuis? Gerrit bij zien Griet en Gijs bij zien Mijn? Best. Naar 't lichaam slecht, maar best naar de ziel. Ware het met alle kermisgasten zoo! De rekening, die Karel den boer vóór zijn vertrek overhandigde, was voor hem onleesbaar; ook voor Gijs.

Hij kan ook op zich het Schriftwoord toepassen: "Mijne kracht wordt in zwakheid volbracht."" "Dat geeft de Heere hem! Maar nu is alles klaar en nu moeten we ook weg, anders wordt het te laat. Jan Heining zal er om zes uur zijn." Moeder Griet ging naar binnen en kwam weldra, terwijl haar man voorreed, terug met den reiziger dien ze geroepen had.