Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 13 juli 2025
"Ja, ik heb sedert eenigen tijd opgemerkt, dat gij hem zeer vriendelijk zijt," morde hij, het hoofd schuddende. "Ach, wie kan op het veranderlijk gemoed eener vrouw betrouwen!" "Maar wat wilt gij toch zeggen, vader?
Menigmaal dacht zij, als zij het lieve wicht in de blauwe kijkers staarde, die zoo sprekend op vaders oogen geleken: »Ach, waarom is het geen jongen? Die zou met iederen dag meer op zijn vader gelijken, en eindelijk als een tweede Bartja, gesteld dat er zulk een zijn kon, vóór mij staan!"
Ach, droegen zij maar ook niet eene akelige, schrikkelijke vracht de tranen der onderdrukten, de zuchten der hulpeloozen, de bittere gebeden der arme, onkundige harten tot een onbekenden God onbekend, ongezien en zwijgend, maar die toch eens "zal komen om al de armen der aarde te redden."
Zijt ge ooit van een grasheuvel, die steil en door den regen glibberig was, afgedarteld, met een geliefde, die u stijf de hand vasthoudt, en uitroept: "Ach, mijn nieuwe laarsjes; hoe zien zij er uit!"
Om vier uur ging de kaars uit. Rodolphe wilde een nieuwe aansteken. "Ach neen," zeide Mimi, "het is de moeite niet waard. Het is tijd, om naar bed te gaan."
Op het open veldje in het bosch werd het weder eenzaam en hoorde men spoedig niets meer dan het eentonige ruischen van den regen. 'Nu, Johannes! nu hebben wij ook menschen gezien. Waarom lacht gij ook niet om hen? 'Ach, Windekind! zijn alle menschen zoo? 'O! er zijn nog veel erger en leelijker. Soms razen en tieren zij en vernielen al wat mooi en heerlijk is.
Was dan August Helmond zijn broeder, een moordenaar; de moordenaar van dien geliefden pleegvader!? Wondere menschenwereld! De lammeren onder hen worden wolven wanneer de nood hen dringt. Bloeddorstige doggen leggen zichzelf aan den ketting en lijden gebrek! Ja, ik wist dat hij verachtelijk was, ik wist het! Maar zoo! Ach God, zou het wel waar zijn!
De sin die isset al; En gansch de werelt dwaelt in dit ellendigh mal*. 960 Ick ben soo dwaes geweest dat ick heb uyt-verkoren Een die my niet en acht. ach! waer ick noyt geboren. O! 't is een hart gelagh, wanneer een jonge maeght, Haer wil niet hebben magh, schoon sy 't haer minder vraeght.
Ze weende, dook haar hoofdje in zijnen hals, kuste hem. En aldoor snikte ze onderwijl: Mijn arme broer, mijn arme, arme broer! Ach Heere! hebt ge nog zoo'n hoofdpijn? Ze streelde hem met hare kleine handjes over zijne kaken, over zijn blonde snor, in zijn bruin-blonde haren. Had hij inderdaad nog veel pijn? O! het was zoo'n lieve, dierbare moeder!
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek