Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 26 juli 2025
"Duivelsche hond! motje nou al zuipen?" gromde hij baloorig. Maar terstond veranderende, zei hij zacht tot zichzelven: "Als Sijtje wist dat ik knorrig op den hond was! Ik verdien vandaag ongelukkig te zijn." Een ongelukkige overtuiging voor iemand die ter jacht gaat. Nu verhaastte Teun de Jager zijne schreden en bereikte het dorp.
Deze naam wordt trouwens in sommige streken van Amerika ook aan verscheidene andere soorten van Knaagdieren gegeven. Hij is iets kleiner dan onze Hamster. De vacht is buitengewoon dicht, zacht en fijn, roodachtig van boven en geelachtig grijs van onderen; de staart en de spaarzaam behaarde voeten zijn witachtig.
Een vreemde tijd..., heel anders dan ze zich ooit had voorgesteld, een tijd van veel ervaringen zonder de rust om ze te verwerken, een tijd van verwardheid.... Verbazing, teleurstelling, vage angst en stil-gedragen leed.... Ook wel voldoening en veel zacht genot van liefheid, gezelligheid, van de hartelijkheid van anderen, 't besef de menschen hun zin te geven....
Wie trek daarin had schepte zich een dronk daaruit of een beker vol vleeschnat uit den kokenden ketel. Daarbij werd een levendig gesprek gevoerd. Het gezelschap scheen zich volkomen veilig te wanen, want niet een hunner gaf zich de moeite om zacht te spreken.
Als ik schrijf: ik wilde, is dat niet juist uitgedrukt; er was iets onwillekeurigs, iets onoverlegds in mijne handelwijze, toen ik zacht mijn arm om haar heen sloeg en alleen zeide: "Uw vriend geworden voor goed? ik dank u voor dat woord, Francis! maar.... het is mij niet genoeg; sta mij toe meer voor u te zijn, sta mij toe." "Meer zou te veel zijn," viel zij in met zichtbare agitatie.
Nu was hij eindelijk op weg naar huis, maar hij dacht niet, dat hij voor lang na middernacht aan de pastorie zou komen. Toen hij nu op zijn paard moest rondzwerven, en niet rustig in bed mocht liggen, was hij blij, dat de nacht zoo goed was om buiten te zijn. 't Was zacht weer, de lucht was stil en de hemel betrokken.
"Deze Aap beschikte over een zeer buigzame stem. Wij konden er dertien afzonderlijke klanken of klankverbindingen in onderscheiden. Het geluid dat wij aan het eene eind dezer reeks plaatsten, was zacht en tamelijk welluidend; het bestond uit een op vele wijzen gevarieerd gepiep, gesjirp of gespin, dat welgevallen, een verzoek of vergenoegdheid te kennen gaf. Aan het andere einde van de lijst stond het gillend gekraai en gekrijsch, dat woede beduidde. Andere tegenstellingen waren het nauwhoorbare "toek, toek," dat men vernam, als hij, wat dikwijls geschiedde, zich niet op zijn gemak gevoelde in het niet verlicht vertrek naast het onze, en het schelle, zeer luide "tek" bij plotseling opkomenden schrik, benevens het hoog gestemde gekef en gebrul, dat, evenals het uit lage tonen bestaande grommen, gorgelen en knorren, verschillende graden van opgewondenheid verraadde. Hoogst merkwaardig waren zijne geluiden en gebaren, als hij "de zon begroette", zooals wij het noemden. 's Morgens als de zonnestralen in de kamer vielen, zocht hij in het venster, op de tafel of op den grond een sterk verlichte plek op, ging overeind staan, keerde zich naar de zon, hief de armen zacht wiegelend omhoog, stak de lippen vooruit, en liet nu 5
Boven aan de trap bleven zij staan. »Luister!« riep het jonge meisje en luisterde. »Riep daar iemand? Ik dacht, dat ik haar stem hoorde.« »Neen lieverd,« antwoordde Mr. Brownlow, terwijl hij een treurigen blik achter zich wierp. »Ze blijft daar tot we weg zijn.« Rose Maylie aarzelde nog, maar de oude heer trok haar arm door den zijne en bracht haar met zacht geweld weg.
Doch hoe kon nog eenig priester of wat ook een oogenblik langer zijne gedachten bezighouden, toen hij, een eind weegs voortgewandeld, het wit gewaad en de slanke gestalte van Iravati gewaar werd onder het digte lommer der mango's aan den oever van een kleinen lotusvijver, besproeid door een zacht klaterende en aangename koelte verspreidende fontein?
Ga nu met God, mijn lieve vader, ik zal bij uw afscheid niet wenen." Robrecht verliet eindelijk zijn liefderijke dochter en klom te paard; dit deden ook de andere ridders. Zodra Machteld de stappen der dravende paarden hoorde, kwamen tranen, ondanks haar belofte, over haar wangen rollen; doch dit deed haar geen leed, want een zacht en troostend gevoel bleef in haar.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek