Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 27 mei 2025
Zij gevoelde echter haar ongelijk: "Tante!" zeide zij, na een oogenblik zwijgens opstaande en haar een kus gevende: "vergeef mij: ik sprak zonder nadenken, gelijk mij wel meer gebeurt. Ik ben ... ik heb iets dat mij hindert." Hier begon zij te schreien en zag Henriëtte aan met een verwijtenden blik.
"Wacht wacht!" zeide de Jood, hem bij het kleed vattende, "ik wilde gaarne iets meer doen, iets voor u zelven. God weet het, dat ik een arme Jood ben ja, Izaäk is de bedelaar van zijn stam maar vergeef mij, als ik geraden heb, wat gij op dit oogenblik het vurigst begeert."
Zie, gij zijt mijn engel; vergun mij even hier te komen; ik geloof, dat ik spoedig zal sterven. Zoo ge wist hoe ik u bemin! Vergeef mij, ik spreek met u en weet niet wat ik zeg; ik maak u misschien boos; zijt ge boos op mij?" "O mijn moeder!" zeide zij. En zij zonk ineen, alsof zij zou sterven. Hij vatte haar; zij viel, hij nam haar in zijn armen, omklemde haar vast, zonder te weten wat hij deed.
Zacht trok hij zich uit Cosettes armen en nam zijn hoed. "Nu?" zei Cosette. Jean Valjean antwoordde: "Ik verlaat u, mevrouw; men wacht u." En op den drempel der deur voegde hij er bij: "Ik heb u Cosette genoemd; zeg aan uw echtgenoot, dat mij dit niet weder zal gebeuren. Vergeef mij." Jean Valjean verwijderde zich en liet Cosette verbaasd over dit raadselachtige vaarwel achter.
Maar Gunnar voelt zijne nabijheid; hij moet er zijn, want hij heeft hem iets te zeggen. "Ja, dat hij kwam, zoodat ik hem alles kon zeggen. En hem zeggen, dat ik alles begrijp. Want ik voel zijn angst; die beeft nu in mijn eigen boezem. En ik weet, dat hij, die zijn weg gaat, zijn hel vooruit gehad heeft. "Vaarwel, vader. Rust in vrede, in alle eeuwigheid. En vergeef.
Ik nam de vryheid om haar hand te nemen, en die zagtelyk drukkende, zeide ik: mooglyk ben ik onbescheiden geweest, maar het belang dat ik heb in dit te weten.... Vergeef het my, Mevrouw.... Ik Bemin deeze Dame: Zo als ik haar zag, beminde ik haar; en nu myne rede myne keuze billykt, reken ik my niet ongelukkig.
Het is niet de onbeweeglijke gedaante op het doek, die daar voor hem staat, maar de levende aanminnigheid van werkelijk vleesch en bloed en beweeglijke vrouwelijkheid. "Nu ben ik de rechter, niet gij!" roept hij uit. "Antwoord mij!" want zij wordt beurtelings rood en bleek en stamelt als een schuldige: "Vergeef mij!" Maar het jaloersche hart antwoordt: "Neen." En zij zegt: "Gij moet!"
"Deze beleediging was tegen mij, en ik geloof dat ik daaromtrent handelen kan naar ik verkies." "Vergeef mij, mijnheer de maire. De beleediging gold niet alleen u, maar ook de justitie." "Inspecteur Javert," hernam mijnheer Madeleine, "de hoogste justitie is het geweten. Ik heb deze vrouw gehoord. Ik weet wat ik doe." "En ik, mijnheer de maire, weet niet wat ik zie."
Mag ik u dien geven als herinnering aan uw verblijf te mijnent?" Maar Walewein schudde afwijzend het hoofd. "Zulk een kostbaar geschenk kan ik niet van u aannemen, zonder u daar mijnerzijds iets voor terug te geven," sprak hij. "Vergeef mij, indien ik onhoffelijk schijn, maar onder deze omstandigheden zou uw geschenk mij geen genoegen doen!"
Neen! wend u niet af! Vergeef het mij! De zon van Indië straalt mij toe uit uwe oogen; Egypte heeft op uwe lippen zijn zegel gedrukt. Keer u niet af, schoone jonkvrouw, voordat gij mij genade geschonken hebt. Zeg mij ten minste, dat gij mij vergiffenis schenkt.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek