Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 18 juni 2025
En kruit was er niet meer. Tromp rustte een weinig uit toen hij den predikant andermaal voor zich verschijnen zag. "En sijt nyet besorgd voor den dagh van morgen!" sprak hij. "De Voorzienigheid heeft de oogen des vijands met blindheid geslagen, dominé," zeide Tromp. "Een halfuur langer en..." "De Heere kent zijnen tijd!" sprak de ander.
Ghij beneempt ons huyden ons dagelicx broot, Wijff ende kynderen hebben 't groote noot: Ghij en vergeeft niemant syn schuld, Want ghy met haet ende nijt sijt vervult: Ghy en laet niemant ongetempteert, Alle dese landen ghij perturbeert.
Reinout, nu sijt mi ghetrouwe, Ende vaer se soeken oost ende suut; Segt hare, ic salse maken bruut Ondanc alle minen maghen. Here, ic wilder gerne om waghen Mijn lijf ende ghenen aerbeit sparen, Maer het ware beter, liettijt varen, Hets messelijc hoe si haer sal bekeren.
God heeft ons te gader bracht: Dat wetic seker wel te voren. Ghi sijt te minen behoef gheboren, Want ghi ghenoecht mi alte wale. U scone lijf, u hovesche tale, Dat ghenoecht mi al gader wel: Wi selen te gader maken spel! Nu comt met mi in mijn casteel, Ghi en saght noit so scone juweel, Dat sal wesen u ende mijn. Her ridder, nu laet u tale sijn.
De vrouwe: Dits die bant die ic selve wrachte, Esmoreit, wel scone man. Ic setter uws vader wapen an, Men macht noch sien in drie paertien, Ende ooc die wapen van Hongherien, Omdat ghi daer uut sijt geboren; Soe haddic u soe uutvercoren, Dat icken maecte tuwer eren, Dat mi ter droefheit moeste verkeren. Esmoreit, doen ic u verloes.
De magen staan elkander bij voor het gerecht als in het gevecht. Zij deelen in de schande die over een hunner komt. Wanneer de oude MAERLANT zijne mede-christenen wil opwekken tot strijd voor de kerk die in last is, zegt hij: Eest dat ghi sijt van haren maghen, So moetti nuwe wapene draghen, Keren ende wreken dese overdaet.
JEZUS deelt aan zijne twaalf "gezellen" mede, dat de smartelijke kruisdood hem wacht; de "gezellen" zwijgen op dat bericht, maar PETER "zijn getrouwe vriend" neemt voor allen het woord en wenscht dat JEZUS nog berouw moge krijgen over hetgeen hij gezegd heeft: "Ghi sijt een so scone man", zegt hij, "hoe komt zoo iets dan in uwe gedachten?"
"De wind is even als gisteren in het voordeel van den vijand," bromde hij; doch de prediker, die bij hem aan boord was, deze uitdrukking gehoord hebbende, trad hem stoutweg op zijde en sprak: "Heer Ammiraal, er staat geschreven: "En sijt nyet besorgd tegen den morgen; want de morgen zal voor het zijne zorgen: elcke dagh heeft genoegh aen zijnszelfs quaed " "Ge hebt gelijk," antwoordde Tromp.
Ghi sijt emmer te male ontsint, Dat ghi wilt doden dese jonge gheboert; Maer ghi sijt daer op ghestoert, Dat hoeric wel ane uwe ghelaet. Ic bidde u, vertrect mi uwen staet, Waer omue sidi daer op soe gram?
De jonghelinc: Waer sidi, lieve vader mijn? Comt tot hie , ghi moetse scouwen, Die vol minnen ende vol trouwen Haer herte tote miwaert draecht. Het es recht dat si mi behaecht: Sie heeft soe vele doer mi ghedaen. De coninc: Soe willicse met blider herten ontfaen. Sijt wille come, Damiete wel scoene! Ghi selt in Cecilien croene Draghen boven al die leven.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek