Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !


Of heeft hij niet zonneklaar bewezen, dat de Miridiet, hij hem vergeleken, een kwajongen is, die zijn broek nog niet opbinden kan? Hoe mooi is hij hem te vlug af geweest! Hadt gij gedacht, dat mijn Heer hem ging besluipen? Neen. Ik begreep het terstond. Maar uw hersens zijn verdroogd en kunnen niets bedenken.

Halt! riep Habulam, wees verstandig en blijf! Ik ben verstandig, maar mijn blijven heeft geen reden, geen doel. Maar met dit weer kunt ge toch niet weggaan. Wat geef ik om wat regen. Maar met dit vreeselijk onweer kunt ge toch niet naar Sbiganzy rijden. Scherp waarnemend keek hij den Miridiet aan. Deze begreep hem en antwoordde. Wees niet bezorgd. Ik zal niet trouweloos tegen u handelen.

Wij zouden, als gij bij uw besluit blijft, u als onzen vijand moeten beschouwen. De Miridiet antwoordde, terwijl hij het hoofd schudde: Ik ben uw vijand niet. Ik zal u in uw voornemen niet belemmeren, maar u ook niet bijstaan. Van morgen vroeg hebt gij anders gesproken. Ik ben sedert dien van gevoelen veranderd. Gij beschouwt dus deze menschen niet meer als onze gemeenschappelijke vijanden?

Een driftige beweging toonde mij zijn ontevredenheid dat Suef den door hem aangegeven weg niet was gegaan. Had ik Halef niet meer rechts laten rijden, dan zouden zij veel dichter langs den Miridiet gekomen zijn. Nu gingen zij op den zoom van een vrije vlakte, wat hem slecht te pas kwam. Al spoedig zag ik ze te voorschijn komen. Ook hij moest hen zien.

Den strik hield ik in de rechterhand. Mijn hengst, stuurde ik noch met den teugel, noch door kniedruk. Het verstandige dier begreep uit zichzelf waar het om ging. De Miridiet was eerst lijnrecht voortgereden, wat een groote domheid van hem was, want daardoor was mij het mikken zoo gemakkelijk gemaakt, dat ik hem zeker moest treffen, indien ik hem had willen neerschieten.

Met een bedarend vriendelijk aaien van zijn hals, gaf ik hem te kennen dat ik over hem tevreden was en hij het nu weer kalmer kon opnemen. En zoo deed hij. Binnen enkele seconden was ik echter weer op twee paardelengten achter den Miridiet. Halt! Terstond! beval ik. Doorrijdende wendde hij zich naar mij om. Hij had zijn pistool in de hand en schoot. Ik zag dat hij zou missen en nam mijn lasso.

Daarom zeg ik u, dat gij zeer onbezonnen en onnadenkend gehandeld hebt! Bin scheitanlar, duizend duivels! riep de Miridiet uit, nu in heftigen toorn ontstoken. Gij waagt het mij te gebieden, gij, dien ik in 't geheel niet ken, van wien ik zelfs niet eens weet, wie hij is, van waar hij komt en den ingang naar de hel zal vinden!

Hij moest zich natuurlijk komen aanbieden om voor gids te dienen. Gelukkig voor ons, hebben wij u eerst gesproken en heeft die Suef ingezien dat hij met zijn mooipraterij bij ons niet behoefde aan te komen. Maar hoe komen dan die gebroken takjes hier? Daar wil de Miridiet Suef mee zeggen, hoe hij moest rijden. De Miridiet weet dus volgens u nog niet, dat die Suef niet bij ons is? Zeker niet.

Ik en mijn broeder nemen hem voor onze rekening, zeide een der Aladschy's. Goed. Naar onze persoonlijke kracht moeten wij de rollen verdeelen. Voor ieder van hen kiezen wij den juisten man. Na de beide Aladschy's is de Miridiet zeker de sterkste. Hij neme dus hem voor zijn rekening, die zich Osko noemt. Neen, viel Barud el Amasat in; dezen Osko vraag ik voor mij alleen.

Wel, ik ben zeker, dat de Miridiet dit takje omgebogen en gebroken heeft. Waarom? Met een bijzondere bedoeling. Hebt ge ook al niet nog andere takjes gezien, die omgebroken waren? Neen, Heer. Dit hier is het elfde, dat ik opgemerkt heb. Dat kan wel, maar zal wel louter toeval zijn.