Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 18 juli 2025


Van dat oogenblik af had de tramp, met slechts onmerkbaar geopende oogen, alles gadegeslagen. Hij was niet gebonden, en kon dus op een gunstig moment opspringen en zich ijlings uit de voeten maken. Toen men vervolgens den kornel op hem legde, kwam terstond de gedachte bij hem op, om dien insgelijks te bevrijden.

"Dus is nu het gevaarlijke uur gekomen!" zei Charoy. "Zijt gij toch óók niet een beetje bevreesd, sir?" "Bevreesd?" antwoordde de jager verwonderd. "Zou ik dan dit zaakje uit eigen beweging op mij genomen hebben, als ik bevreesd was?" "Of althans ongerust?" "Ik heb maar één ongerustheid, dat de kornel mij misschien ontsnappen zal."

"En mocht hij ook daar ontsnappen," hernam Nolley, "dan kunt gij hem later stellig wel in handen krijgen aan het Zilvermeer." Die woorden brachten een algemeene verrassing teweeg. Zelfs op Old Firehand maakten ze zulk een indruk, dat hij onwillekeurig vroeg: "Aan het Zilvermeer? Wat weet en wat wil de kornel dan van dat meer?" "Daar wil hij een schat gaan halen." "Een schat?

"Wie misschien nog spreken willen met Tonkawa?" vroeg de Indiaan, daarbij zijn blik latende rondgaan over de aanwezigen, of er wellicht nog iemand was, die zich tegen zijn voornemen wilde verzetten. Doch ziende, dat niemand er tegen opkwam, vervolgde hij: "Nu, dan ooren mijn, en ik die nemen terstond." Hij knielde naast den kornel neer, om aan zijn voornemen gevolg te geven.

Maar het werd opgemerkt door den kornel, die dadelijk tegen zijn makkers fluisterde: "Die neger schijnt het land aan den kapitein te hebben. Daar zullen wij misschien partij van kunnen trekken. Wij moeten eens met hem aan den praat zien te komen. Eenige dollars doen bij zulk een zwarte wonderen."

Een hunner, die met het roode haar, was de zoogenaamde kornel Brinkley, die met zijn weinige aan de rafters ontkomen volgelingen heden tegen den avond hier was aangekomen. Hij sprak juist, en Humply-Bill hoorde hem zeggen: "Ik kan u dus een goeden buit beloven, want daar is de hoofd-kas. Zijn wij dus de zaak eens?" "Ja, ja, ja!" antwoordden de anderen. "En hoe is het met de boerderij van Butler?

"De onbeschaamde vlegel! Wat let mij, dan zal ik hem eens laten zien hoe ik over hem denk!" De binnentredenden groetten, en namen zonder plichtplegingen aan de tafel plaats. De kornel merkte met zelfvoldoening, dat Hartley hem niet herkende. Hij gaf zich uit voor vallen-opzetter, en zei dat hij met zijn twee kameraden van plan was om het gebergte in te gaan.

Er was niets anders te hooren dan het geknapper van bet vuur en het gedruisch van den wind door de toppen der boomen. "Zij komen nog niet," zei Woodward. "Wat nu?" "Maken dat wij wegkomen, natuurlijk," antwoordde de kornel. "Maar waarheen? De streek hier is ons geheel onbekend." "Ze zullen morgenochtend vroeg ons spoor zoeken en ons achternazetten.

Ik denk, dat het vandaag wel gelegenheid daartoe vinden zal. Maar heb ik u goed verstaan? De naam, dien gij mij genoemd hebt, komt mij niet onbekend voor, sir! De roodharige kornel? En noemde u hem niet Brinkley? Ik heb eens een Brinkley ontmoet, die valsch haar droeg, dat rood was; maar zijn natuurlijk haar was donker van kleur. Die ontmoeting heeft mij bijna mijn leven gekost."

"De kornel is over het geheel niet erg spraakzaam, en vertrouwt om zoo te zeggen niemand. Als er zijn, die zijn eigenlijk plan kennen, zijn het stellig slechts de weinigen, die reeds vóór ons bij hem geweest zijn." "Bedoelt gij Woodward, die met hem aan de rafters ontsnapt is? Nu, die schijnt met u nog al op een vertrouwelijken voet. Heeft die u niets gezegd?"

Woord Van De Dag

1195

Anderen Op Zoek