Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 18 oktober 2025
En dan, ja, behalve dien goeden zoon en een milden buurman, had ze nog iemand, die haar en haar kind nooit vergeten had, en nooit vergeten zou! En dat was de lieve Hemelvader, die geen zijner schepselen vergeet: die de bloemen des velds kleedt, die het eenvoudige muschje voedt en die een Man der weduwen en een Vader der weezen wil zijn.
Aan bloote voeten en half opgemaakte haren went men gauw; aan sarong en kabaai, een dracht die de slanke inlandsche vrouw goed kleedt, went men bij de breeder geheupte Hollandsche vrouw moeilijker.
Jean le Meingre, gewoonlijk genoemd le maréchal Boucicaut, heeft zijn land gediend in groote rampen. Hij was met Jan zonder Vrees in 1396 bij Nicopolis geweest, waar het Fransche ridderleger, roekeloos uitgetrokken om den Turk weer uit Europa te drijven, door Sultan Bajazid vernietigd werd. Hij is opnieuw gevangen gemaakt bij Azincourt in 1415, en zes jaren later in gevangenschap gestorven. Een bewonderaar heeft nog bij zijn leven in 1409 zijn daden te boek gesteld, op grond van zeer goede inlichting en documenten, doch niet als een stuk tijdsgeschiedenis maar als het beeld van den idealen ridder. De realiteit van dit veelbewogen leven verdwijnt achter den schoonen schijn van het ridderbeeld. De vreeselijke katastrofe van Nicopolis heeft in Le Livre des faicts maar een flauwe kleur. Boucicaut wordt geschilderd als het type van den soberen, vromen en tegelijk hoofschen en geletterden ridder. De afkeer van rijkdommen, die den waren ridder eigen moest zijn, spreekt uit het woord van Boucicaut's vader, die zijn erfgoed had willen vergrooten noch verkleinen, zeggende: als mijn kinderen rechtschapen en dapper zijn, zullen zij genoeg hebben; en als zij niets waard zijn, zou het jammer wezen, dat hun zooveel bleef nagelaten. Boucicaut's vroomheid is van een streng puriteinsch karakter. Hij staat vroeg op, en blijft wel drie uren in gebeden. Hoe gehaast of bezig ook, hoort hij iederen dag geknield twee missen. Vrijdags kleedt hij zich in het zwart, op Zon- en feestdagen doet hij te voet een bedevaart of laat zich voorlezen uit het leven der heiligen, of uit de geschiedenissen "des vaillans trespassez, soit Romains ou autres", of hij spreekt met anderen van devote dingen. Hij is matig en sober, spreekt weinig en meest over God, de heiligen, de deugd of de ridderlijkheid. Ook al zijn dienaren heeft hij gewend aan devotie en betamelijkheid, en hun het vloeken afgeleerd. Hij is een ijverig voorstander van den edelen, kuischen vrouwendienst; hij eert allen om eene, en sticht de orde "de l'écu verd
Je doet en laat hier alles wat je goed vindt, slaapt zoo lang als je wilt, eet goed, drinkt goed dat zijn de wetten van het huis. Waar is Henriet?" "Naar haar kamer," antwoordde mevrouw Kegge. "Zij kleedt zich voor het diné." "Dan moeten de kinderen nog effen komen!" Er werd gescheld. De zwarte knecht kreeg zijne bevelen, en de kinderen verschenen.
De sneeuw smelt op mijn doode kruinen In stralend-levende fonteinen, Mijn vaste zeeën vloeien in zang en schijn: Een geest springt uit mij op met kracht, Hij kleedt met schepping onverwacht Mijn koude naakte borst; o het moet de uwe zijn Op mijn', op mijn'! Starend naar u voel en besef ik nu Dat groene stengels rijzen, helle bloemen bloeien; Levende wezens op mijn borst bewegen, Zangen de zee, de lucht doorvloeien, Gewiekte wolken, donker van den regen Waarvan de knoppen droomen, drijven wijd uiteen 't Is liefde, liefde alleen!
Maar wat men de Bourgondische idee zou kunnen noemen, kleedt zich steeds in de vormen van het ridderideaal. De bijnamen der hertogen: het Sans peur, le Hardi, het Qui qu'en hongne, dat voor Philips door le Bon verdrongen werd, zijn alle opzettelijke vindingen van de hoflittérateurs, om den vorst te plaatsen onder de stralen van het ridderlijke ideaal.
Daarom kleedt ze d'r eige die eigenste morge nog erg netjes an, gaat huilende na de commissaris toe en spreekt: "Weledelgestrenge heer, wa' ben 'k vannacht toch geschrokke, want mijn man, die doofstom is, kan prate!" "Heb jij 'n boterbriefie?" vraagt hij. "Nee" zeit me vrouw "dat brengt ons mensche nooit geen geluk an."
Kijk, daar heb je de Van Raats en freule Vere met Erlevoort! zeide de jonge Hijdrecht. Ze komen hier tegenwoordig iederen avond. Wat kleedt Eline zich tegenwoordig bespottelijk eenvoudig! merkt Léonie aan. Waarvoor dient dat nu? Niets dan aanstellerij. En verbeeld je... een capotje! Ieder geëngageerd meisje meent dadelijk, dat ze een capotje op moet zetten... Ridicuul!
"Mevrouw Derbennon heeft hetzelfde gedragen, toen de generaal verleden zomer gestorven was, en het kleedt overheerlijk." "Wat denkt gij er van?" zeide Marie tot Ophelia. "Dat zal van het gebruik afhangen, denk ik," antwoordde Ophelia, "en daarover kunt gij zeker beter oordeelen dan ik."
Vandaar dat wij ons hier uit den aard der zaak voornamelijk bij de kleeding der vrouw moeten bepalen. Het allervoornaamste, zoo niet het eenige doel van het decoratief vertoon van de kleeding der vrouw is: verhooging der erotische bekoring van het vrouwelijk lichaam. De vrouw kleedt zich, niet om bekleed te zijn, maar om te bekoren en te behagen. De rest is bijzaak.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek