Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 20 mei 2025


Ik hoop, mher Vos, dat deze weinige worden voldoende zullen zijn om u insgelijks uwen plicht jegens Dakerlia en jegens mij te doen begrijpen." "Wat wilt gij zeggen?" vroeg Disdir. "Dat gij jonkver Dakerlia voortaan met vrede zult laten." "Ik heb van niemand bevelen te ontvangen." "Aldus, gij zijt voornemens voort te gaan met mijne bruid te hoonen?" "Ik zal doen wat mij goeddunkt."

Eenen zwaren zucht slakende, riep Dakerlia klagend uit: "Ach, Witta, Witta, waarom pijnigt gij mij zoo wreedelijk?" Jonkver Sneloghe verkeerde in eene lastige verlegenheid. Haar broeder ging komen; zij moest zich haasten en de groote ontstelbaarheid van Dakerlia maakte hare taak zoo moeilijk!

Door deze koele bevesting harer vrees verschrikt, hief Dakerlia de handen in de hoogte en riep kermend uit: "Genade, genade voor hem, almachtige God! Hij is onschuldig. Ach, wreek den gruwelijken moord niet op hem. Laat hem leven, ik zegen Uwen heiligen naam tot mijnen laatsten snik!" "Jonkver Wulf, vertwijfel zoo niet", zeide de gevangenbewaarder "Hoor mij aan, ik bid u.

En Gawein spoorde zijn paard en Alliene spoorde het hare tot vluggeren draf, om het Scaec niet uit het oog te verliezen.... Tot het Scaec, ergens, achter de kartelende lijn van geboomte, pijlrecht neêr daalde en verdween. Bij Sint Michiel, mijne schoone jonkver! riep Gawein. Vooruit in de richting waar het verdween! En zij draafden dwars door het foreest, waar het Scaec scheen neder gevallen.

Zij richtte zich hierop tot den grooten Steen aan de overzijde der straat en vroeg eenen dienaar, die in de halfgeopende poort stond, of jonkver Witta Sneloghe te huis was. Met een bevestigend antwoord leidde de huisknecht haar over den Neerhof.

Kent gij dien gelukkigen sterveling, Robrecht?" "Kom, kom, mijn vriend Disdir", antwoordde mher Sneloghe, treurig glimlachende, "waarom dus met linksche omwegen mij ondervragen? Wees openhartig. Gij wilt zeggen dat ik bet beletsel ben tot uw geluk? Heeft jonkver Dakerlia dit verklaard?" "Ho, neen, maar ik meende het uit hare woorden te verstaan. Zij bemint u wel zeker. Beken het mij, ik smeek u!"

Neem uwe beloftegift terug ..." "Eilaas, jonkver Placida, wat doet gij?" "Neem uwe gift terug; ik ontsla u van uwe belofte: gij zijt vrij." "Maar wat zal uw heer vader zeggen?" "Mijn vader weet wat ik voornemens was heden te doen. Hij betreurt mijn besluit, doch wil mij niet dwingen." "En hij zal ons ten vijand worden?" "In het geheel niet. Neem uwe beloftegift terug, heer!"

Ha, gij moest de bruidegom van jonkver Placida worden? Gij gaat trouwen met den dood!" "Genade, genade, ik verzaak de hand van Placida!" Maar Burchard hoorde hem niet aan en ging voort: "Wie heeft aan het hof zelfs de vrije geboorte der Erembalds durven loochenen? Wie is daardoor de schuld geworden des doods van den edelen Kerel Segher Wulf?

"Ja, ja, slaven!" herhaalde de jonge Brigitta met eenen diepen zucht. "En omdat gij zoo stout van eenen edelgeboren man durft spreken, heeft uwe taal jonkver Placida diep gekwetst. Zij bestrafte u met bitterheid; gij moet het ootmoedig verdragen." Brigitta bedwong hare stem, als vreesde zij van uit den Steen gehoord te kunnen worden. Fluisterend zeide zij: "Weet gij wat ik denk, Martha?

Dus Gwinebant, herhaalde Ysabele en hare stem klonk nu zoo vreemd, zoo zacht en treurig, als Amadijs' stem had geklonken; Gwinebant is wèl krachtig en harde valiant...? Vierwerf twintig man aan elke onzer twaalf poorten... zoude hij als gij, mijn oom... kunnen verslaan... om een jonkvrouw te winnen...? Het is zoo veel bloed... te veel bloed...! Maar het zoude zijn om te winnen een jonkver... eene jonkver, die hij minde, en trouwe was zijne minne, niet waar, mijn oom?

Woord Van De Dag

vuistdreigend

Anderen Op Zoek