Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 12 juni 2025
Valentijn, moet je weten, was een arme, oude man. Bedelen deed hij niet; maar Hilda wist, hoe arm hij was en had hem dikwijls wat gegeven. Daarom kwam hij, als hij weer erg verlegen was, nog wel eens bij haar aankloppen. Maar nu kon ze toch moeilijk van tafel opstaan: dat zag haar vader niet graag. "Laat hij straks om twee uur maar terugkomen," zei ze daarom tegen den knecht.
"O, heden," dacht Hilda, "al zoo laat! 'k Heb Papa beloofd, precies om twaalf uur aan tafel te zijn. Maar hoe zou dat nu kunnen, ik ben nog lang niet klaar. Weet je wat: ik breng 't horloge weg, anders begint me dat zoo meteen weer te vertellen, dat ik op mijn' tijd moet passen, en 'k heb nu eens geen' zin, gestoord te worden!"
Nu, dezen keer paste ze wel op, dat ze vroeg genoeg begon met zich aan te kleeden. Toen 't rijtuig voor de deur was, stond "Juffertje Te Laat" wonder boven wonder kant en klaar en kon zóó maar instappen. Maar juist op 't oogenblik, dat Hilda de deur zou uitgaan wie komt me daar de stoep op? Eene oude boerenvrouw!
En wie haar daarbij hielp, kun je wel raden. Dag en nacht had Hilda nu het horloge vlak bij zich. Heel, heel dikwijls raadpleegde ze haren vriend en luisterde hoe langer hoe meer naar het fijne stemmetje, dat maar steeds zei van: "Tik, tik, tik, tik! Denk aan den tijd, den tijd, den tijd!" Ja, eene enkele maal moest het nog wel roepen: "Tik, tik, tik!" Maar nooit meer: "Tak, tak, tak!"
"Hé, wat is dat toch, Juffrouw?" riep de naaister. "O, niets," zei Hilda, maar ze kreeg eene kleur. "Hebben we deze stalen al gezien?" "Tok, tok, tok, tok...." "Maar Juffrouw," riep de naaister angstig, "zou u niet eens gaan kijken, wat dat toch is?" "Och kom," zei Hilda bedaard, maar hare vingers beefden, "'t is heusch niets. Wil U me die plaat nog eens aangeven?"
Maar wie nog 't hardst van allen klapte, dat was de prins, die zoo dol veel van zingen hield. En weer moest Hilda zingen en nog eens en nog eens. En toen drukte de prins haar en haren vader de hand en zei, dat hij in langen tijd niet zoo in zijn' schik geweest was. En als er iets was, waar hij Hilda plezier mee kon doen , dan moest ze het maar zeggen.
Daar op eens, toen 't vers juist op zijn allermooist was, klonk er heel duidelijk door de stilte van den avond: "Tik, tik, tik, tik!" "Wat is dat?" riep de man met het vers. "Tik, tik, tik, tik!" "Wat is dat?" riepen allen. Hilda was verschrikt opgesprongen. Zij behoefde niets te vragen, zij had dadelijk wel begrepen, wie daar met zijn helder stemmetje tik, tik gezegd had.
Soms was het net, alsof Hilda het boven de muziek uit hoorde, en dan kwam zo bij het dansen heelemaal uit de maat. Maar hoe langer ze danste, hoe meer ze het horloge en ook hoe meer ze hare oude pleegmoeder vergat, die thuis met verlangen op haar zat te wachten. En op 't laatst dacht ze nergens anders meer aan dan aan haar eigen plezier. Ze zwierde maar in 't rond, lachte, praatte.....
Eindelijk tegen één uur kwam de meid binnen, om Nelly te roepen: 't was etenstijd. "O wee, al één uur!" riep Hilda, "en wij eten om twaalf en... 't is waar ook: mijne peettante zou komen eten." Toen gauw, gauw afscheid genomen en vlug naar huis. Maar die mooie winkels onderweg, dat was een last. Daar moest je toch nog wel even voor stilstaan.
Ja, ze was niet eens verdrietig, dat de boerenvrouw haar balkleedje wat verkreukeld had en dat wil wat zeggen voor een dametje als Hilda. Maar wat zou ze doen. Ze kon toch moeilijk van 't bal thuis blijven.... En ze had toch ook weer zoo te doen met het arme oudje, dat alleen voor haar de reis gedaan had. "Hoor eens," zei ze vriendelijk, "ik weet wat!
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek