Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 19 juli 2025
Terwijl hij graaft en een onvergeeflijk lawaai in de stille bosschen maakt, zal Mooweesuk ondertusschen om 't hoekje aan den binnenkant van het gat zitten wachten, tot ze een gelegenheid krijgt om den hond in zijn neus te bijten of hem zijn poot te verpletteren; of anders zal ze kalmpjes met haar jongen de achterdeur uitglippen en ze naar een hollen boom brengen, waar ze tot de hond weggaat rustig kunnen slapen en niet bang hoeven te zijn.
«Jan, zou je voor je weggaat, daar niet nog wat gieten?" hoorde hij den tuinbaas zeggen, «we zullen van nacht nog geen regen krijgen." «Ja, baas." «Zoo, ben je daar?" zei hij tot zijn gast die hem te gemoet loopen kwam. De knecht was bezig gieters met water te vullen aan het houten pompje naast de schuur.
Maar ze zocht uitvluchtsels om hem de waarheid minder hard te maken: Ge moogt me niet stooten en bezeeren. Ik wil tot het ende alles zeggen. Ik wil dat ge van zelf, doch zonder haat, weggaat van hier. Ik begrijp u niet. Peins dan niet meer op mij. Ik heb u nooit geerne gezien, en Bella alleen ziet u geerne ... ja, Bella, het arme kind.... Waarom moest ik u mij onttrekken en u verwijderen van haar?
"Dat is waar ook," viel Rodolphe hem in de rede, "Musette heeft mij verteld, dat je de laatste acht dagen 's morgens vroeg al weggaat en pas met het vallen van den avond thuiskomt. Heb je werkelijk zooveel te doen?" "Een prachtig werk, mijn waarde! Médicis heeft het mij bezorgd.
Wel nam de boerin hem den volgenden morgen zijn fluweelen pakje af, het laatste wat er van zijn vroegeren rijkdom was overgebleven, maar dat deed ze alleen, omdat ze vond, dat in zoo'n eenvoudig hutje zulke mooie kleeren niet pasten. Ze borstelde het pakje af, vouwde het netjes op, en borg het in de kast. "Als je weer weggaat, kun je het terugkrijgen," zei ze.
"Cornelie, gij weet, dat ik dat onhoorbare, plotselinge binnentreden niet dulden kan," berispte de oude dame; maar hare schoondochter hoorde het niet; haar hart stond bijna stil door dat ééne vreeselijke woord Amerika. "Almachtige God! is er dan niemand, die ons helpen kan? Army, ik sterf immers als gij weggaat!" smeekte zij hem met gevouwen handen. "Dat is het laatste, het zwaarste!"
Groen, gij sterkt mij dan, en vinden doen mij locht, de groene linden; maar, uw bloeloos bont gerief is mij, 's najaars, nóg zoo lief. 's Voorjaars zingt het al te prachtig, al te menig, al te machtig groen, te oneindig luide een lied: maar het groen dat weggaat niet. Ei, hoe orgelt dan, hoe kwedelt, harpt en zingezangt en vedelt mij dat henenstervend... neen, henenlevend–loofgeween!
Ik moet mijne gedachten bijhouden, Rup, joeg ze voort; als ge van mij weggaat, als ik hier eenzaam zit en aldoor denk aan u, is mij dat denken eene angstigheid, die gansch de kamer doet spreken. Dan wordt ik moedeloos lui. Het is me, alsof ik niet meer recht staan kan.
Hij bouwt voor zijn heele leven, en wanneer hij in den herfst weggaat, weet hij dat behoudens onvoorziene omstandigheden zijn woning daar bij zijn terugkeer in het voorjaar zoo rustig, vriendelijk op hem staat te wachten; dat hij welkom is in de oude omgeving.
»Wat praat je, dat hij zonder eer en glorie weggaat?« riep Fagin, en wierp zijn leerling een woedenden blik toe. »Was hij niet altijd de eerste van jullie allen! Is er een onder jullie die ook maar in zijn schaduw kan staan? Nou?« »Geen één,« antwoordde Bates, met een stem heesch door ontroering, »geen één.« »Wat praat je dan?« viel Fagin nijdig uit, »en waarom grien je?«
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek