Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 24 juni 2025


Het bevat een serie gebeden, lofzangen, magische formulieren en toespelingen op mythologische verhalen, die men, naar men meende, noodzakelijk moest kennen om te ontsnappen aan de gevaren van het leven hiernamaals. De Pyramiden Teksten vertoonen sporen van zeer primitieve gebruiken en eerediensten, waarvan er vele verloren gegaan zijn in de latere vormen van het Doodenboek.

Op eigen kosten zouden de lieden van Valladolid, op den doortocht van den stoet, in grooten getale zegebogen oprichten, den Vrede, het Geluk, den Overvloed, de Fortuin voorstellend, en allerhande zinnebeeldige toespelingen op de gaven des hemels, waarmede zij onder de regeering van Zijne Heilige Majesteit begunstigd waren.

En het besef, dat hij dit deed, maakte hem vaak zoo mismoedig, dat hij aan het begin van de negentiende eeuw wel twintig jaar voorbij liet gaan, zonder iets van beteekenis aan het werk toe te voegen; den Faust beschouwde hij als een dolle kluyt, als een vergaarbak voor allerlei "dramatiesch-humoristischen onzin", voor burleske toespelingen op tijdgenooten, voor te laat geboren Xeniën, die met het onderwerp niets hadden te maken.

Als je die onbeschoftheden geleerd hebt in je idiote, filozofische gesprekken met Vincent... Eline was zich niet meer meester. Hare zenuwen waren als koorden gespannen en trilden onder Betsy's beleedigingen als onder ruwe handen. En Betsy's toespelingen op Otto, op hare sympathie voor Vincent, die zij geheel en al meende verborgen te hebben, maakte haar razend van machtelooze woede.

"Moet-e gulder gien ploatse moaken?" schertste hij tot de vrouwen. Zij moesten even schateren. "Hoe zoên we da moeten doen, boer! We'n droage wulder gien broek!" lachte de mooie bazin Kneuvels. "Zeu!" riep Dons verwonderd. "'K miende dat da tegenwoordig mode was!" Zij gingen daar even op door en dadelijk werden de toespelingen zeer gewaagd.

Wel kunnen zijne bezwaren tegen het thema der Tristan-sage ook gedeeltelijk zijn voortgekomen uit eene zekere "jalousie de métier", want ook hij had een gedicht over dit onderwerp geschreven, dat niet veel opgang schijnt te hebben gemaakt. Dit gedicht zelf is helaas verloren gegaan, wij vinden er slechts eenige toespelingen op in "Erec", het eerste bestaande gedicht van Chrétien's hand.

Het is waar, Otto had haar gevraagd, maar zij kon zich nog niet beslissen, en het hinderde haar, hoe iedereeen er van scheen te weten en ongevraagd raad gaf, hoe iedereen in bedekte en onbedekte termen tegen Betsy toespelingen waagde te maken en sommigen, gedekt door den sluier van intimiteit, haar zuster zelfs ingefluisterd hadden, bij Eline aan te dringen, opdat zij zich verklaren zoude.... Zij had ten laatste genoeg van die indiscreties, en zij was op het punt mevrouw Van Raat een bits antwoord te geven, maar zij bedwong zich en liet niets van haar ergernis blijken, terwijl zij aan mevrouws oor murmelde: Ach, wat had ik u moeten zeggen....? Het is zoo, Erlevoort heeft mij gevraagd.... maar ik mocht er toch niet over spreken, voordat ik zelf wist, wat ik zou doen.

Het zou de moeite waard zijn, hier nog een paar van de geestige gesprekken tusschen Apelles en Campaspe, waarin de langzamerhand ontluikende liefde der laatste fraai uitkomt, of een paar gesprekken, in een geheel anderen toon gevoerd, tusschen bedienden, of een gesprek van Diogenes met een Athener, die zijn zoon aan de leiding des wijsgeers toevertrouwen wil, mede te deelen, doch dit weinige moge volstaan om te doen zien, dat Lilly de kunst verstond een fraaien, boeienden en geestvollen dialoog te schrijven en zich, waar het noodig was, wist te onthouden van de jacht op gezochte woordspelingen en vergelijkingen, waar hij anders maar al te vaak aan toegeeft. Wel had reeds vroeger Gascoigne in een vertaling der Supposti van Ariosto van proza gebruik gemaakt, maar Lilly bezigde het in zijn tooneelwerken doorgaande en wel met zooveel smaak en talent, dat hij de vader van het dramatisch proza verdient genoemd te worden. Zoolang het Euphuisme aan het hof bewonderd en ook bij andere standen in zwang was, werd Lilly buitengewoon, en verre boven zijn verdienste bewonderd; doch toen men eenmaal de gezochtheid van zijn stijl inzag en afkeerig werd van het bezigen van beeldspraak, gelijkenissen, mythologische toespelingen, vreemde zinswendingen bij elke denkbare gelegenheid, was zijn roem in korten tijd getaand en werden zelfs zijn wezenlijke verdiensten miskend. Hier moest op deze gewezen worden, omdat het voorbeeld van Lilly blijkbaar van invloed is geweest op Shakespeare. Ook bij dezen is menig gesprek euphuistisch getint, doch hij maakte van dezen stijl een gematigd gebruik. Waar jongelieden uit den hoogeren stand een woordenschermutseling houden, zooals Mercutio en Romeo, wordt hij gebezigd; evenzeer, doch in groveren vorm, waar bedienden elkander al plagend de loef willen afsteken; ook waar personen uit de hoogere kringen met elkander in proza een geestig gesprek voeren, dat den toehoorder bijzonder belang moet inboezemen, zooals in den Cymbeline (eerste bedrijf, vierde tooneel) Posthumus en Jachimo. Zoo kan men ook in den Hamlet zoowel in toespraken des konings als in de redeneeringen van Polonius Euphuisme opmerken. Moge de wijze van uitdrukking en de jacht op woordspelingen naar onzen smaak hier en daar veel te gezocht zijn, over het algemeen moet men erkennen, dat Shakespeare het Euphuisme niet, zooals Lilly zelf, overdreven, telkens, bij allerlei gelegenheden, aanwendde, maar alleen waar het pas gaf, waar een bepaald doel er mee te bereiken was. Het overdreven gebruik er van wordt door hem met scherpen spot gestriemd, niet enkel in het voorbijgaan, zooals in de aanspraak van Falstaff, als hij voor koning Hendrik speelt en gewag maakt van de kamille, die, hoe meer ze vertreden wordt, te sneller groeit (I Koning Hendrik

Ibarra lieten de woorden en de toespelingen volmaakt koud: hij dacht aan een huisje op den top van een berg, en zag Maria Clara in een tuin. Dat beneden in 't dal de menschen met elkaar harrewarden, wat kon 't hem schelen! Padre Salvi had tweemaal het belletje laten luiden, doch dit was olie op 't vuur: Fray Dámaso was koppig en maakte zijn preek nog langer.

Bovendien zal de vrede wel gauw worden geteekend, en hij hoopt dan ook de bruiloft van zijn zoon Hermann te vieren. Juist nadert deze op zijn dreunenden wagen. TWEEDE ZANG: Dominee leest op Hermanns gezicht dat er iets byzonders met hem is voorgevallen; doch over zijn toespelingen praat deze heen.

Woord Van De Dag

buitendam

Anderen Op Zoek