United States or Somalia ? Vote for the TOP Country of the Week !


Ik schreef zoo vlug als ik kon, maar om negen uur had ik toch nog slechts negen artikelen afgeschreven en ik begon het hard te betwijfelen, of ik nog den trein zou kunnen halen. Ik gevoelde mij slaperig en suf, deels een gevolg van mijn diner, deels van mijn lange dagtaak. Een kop koffie, dacht ik, zou mijn geest opfrisschen.

Ach, als die arme jongen maar spreken kon, was alles zooveel beter dan zouen ze niet meer zeggen: hij is suf! dan zouen z'n zusters 'm niet zoo verschoppen. Wij hooren nu eerst goed bij mekaar, want #ik# ben ook een verschoppeling een uitgelachen artist is niets beters. Kom, kom! meneer Holtsman, geen moed verliezen. Je zult deze teleurstelling wel weer te boven komen. N neen! n neen!

En echter, och, dat ge liever bedacht, dat zijne beenen verstramd zijn, door het opklimmen van uwe trappen, dat zijne oogen verglaasd zijn, bij het licht van uwe lamp, dat zijn hoofd suf is geworden, door het optellen van uw vermogen uw vermogen! Hij heeft stellig dat uws vaders, misschien dat van uwen grootvader gekend hij heeft geweten, hoe deze begon overlegde groote winsten had.

Nog onder den druk der looden atmosfeer van zooeven, had hij niet goed verstaan, niet recht begrepen ... Ze waren over hem heen gegaan als eene suizende dreiging, die woorden ... Wat zei je daar? herhaalde hij. Ik zal er zelf maar eens naar toe gaan, hernam Frank. Waar naar toe? Wel, naar de Rhodes', naar Eve ... Suf je?

Waan niet dat gij hem in zijne natuurlijke grootte ziet. Dit hok maakt hem kleiner; hij is wel een voet gekrompen. Zijn gelaat is verouderd. Zijn oogen zijn dof geworden; hij is suf; het is een verloopen leeuw. Zou hij nog klauwen hebben? Bedroevend schouwpel. Een haspel in een flesch; men weet niet hoe 't mogelijk is dat hij er inkwam! Helena.

Waarom ben je niet zelf gekomen, o, waarom ben je niet eens zelf naar ons toe gekomen! vleide zij, smartelijk verwijtend. Hij zweeg een oogenblik, zijne gedachte verzamelend, zich niet meer herinnerend. Zeg Frank? smeekte Eve. Waarom ben je zelf niet gekomen? Ik weet het niet meer! sprak hij suf. Heb je daar dan geen enkel oogenblik over gedacht? Ja, jawel! stamelde hij. Maar waarom dan niet?

Beiden kwamen binnen; mevrouw Maren met de gewone vraag: "Ook een brief van Vader, meisjes?" en Laurie om op zijn onweerstaanbare manier te vragen: "Hebben niet een paar van jullie lust in een ritje? Ik heb mathesis zitten blokken, tot mijn hoofd suf is, en ga mijn hersens eens opfrisschen door een flinken toer.

Deze man is Jean Valjean, die in 1796 te Toulon kwam en die plaats in 1815 verliet. Een jaar later werd ik ontslagen. Thans ziet hij er als een onnoozele uit, misschien is hij door de jaren suf geworden; maar in 't bagno was hij slim genoeg. Ik herken hem volkomen." "Ga zitten," zei de president. "Beschuldigde, blijf staan."

Je mag wel met wat moois voor den dag komen, Fagin, als belooning, dat ik zoo lang op je huis gepast heb. Verdomd! ik ben zoo suf als een jurylid en ik zou in slaap zijn gevallen of ik in Newgate zat, als ik niet zoo goed was geweest met dit jongetje te spelen. Afschuwelijk vervelend de duivel mag me halen als 't niet waar isOnder deze en andere soortgelijke uitroepen streek Mr.

Het was hem zoo wèl in dat licht, het gaf hem het veilige thuisgevoel, zooals hij zich herinnerde dat het heel vroeger was, in de armen van zijn moeder. Hij moest aan al het verledene denken, doch hij weende of verlangde niet. Hij zat stil en droomde, niet anders wenschend dan dat de zon blijven mocht. 'Wat suf je daar, Johannes? riep Pluizer, 'je weet ik houd niet van droomen.