Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 1 mei 2025
Ik ben dezelfde ... Maar in mij zit een andere, die ik vrees ... En die heeft gindschen liefgekregen en wilde u haten, maar ik kon u niet vergeten, die vroeger waart. Die andere ben ik niet. Nu ben ik de rechte. En nu sterf ik, ik weet, dat ik sterven zal; vraag het hem. En nu voel ik ook het gewicht aan mijn handen, voeten en vingers. De vingers zijn zoo groot kolossaal!
O! uw vrouw, die naar u verlangt! O! uw kind, dat geen vader zou hebben. Sterf niet." "De lansepunt drong mij in den rug niet in mijn borst ben ik gewond. Een verrader was het, die mij doodde." "Spreek niet van den dood." "Ach moeder! 't Is alles God's wil. Doe de klokken luiden, wanneer ik gestorven ben .... Luid de klokken. Zeg mijn vrouw vaarwel zeg mijn kind vaarwel."
Ik herinner my dat alles volkomen; maar, geweldenaar, herinner u, dat gy myne arme moeder hebt geschaakt, en mynen vader, die haar ter hulpe kwam, door geesselslagen doen van één ryten; herinner u, dat gy haar in myne tegenwoordigheid hebt geschonden, toen ik nog maar een kind was. Herinner u deeze schenddaad, en sterf door myne hand!
DE DUIVEL. O, lieve Rosa, dan sterf ik niet en leef eeuwig in dijne liefde! DE ENGEL. Rosa, Rosa, zals du eenen mensch beminnen boven dijnen God? HET MEISJE. O, ik bemin mijnen God. Maar hij sterft, mijn arme vriend; zou ik hem niet troosten? DE DUIVEL. Rosa, Rosa! Haast du het zaligend woord te spreken: reeds voel ik den dood in mijnen boezem zinken.
In het briefje van Marius aan Cosette, zag Jean Valjean slechts deze woorden: "... Ik sterf. Wanneer gij dit leest, zal mijn ziel bij u zijn."
Omdat de kogel op u afstuit en mij in de borst dringen zal. Wees maar niet bang. Ik zal dien met de hand opvangen en vast houden. Een gemompel van verbazing ging door de omstanders. Is dat werkelijk waar, Effendi? Want ik ben de kostwinner van een huisgezin. En als ik sterf, kan alleen Allah voor hen zorgen. Gij zult niet sterven, dat beloof ik u bij den baard van den Profeet!
"Dit is mij genoeg: ik heb vertrouwen in uwe oprechtheid, mijn zoon. Vergeten wij nu dat wij vader zijn om nog eens de onverschrokken krijgsman te worden dien men vroeger roemde om zijne behendigheid. Keert het lot der wapens tegen mij, ik sterf voor de eer van mijn geslacht en voor de vrijheid van mijn land!"
"Er komt nog iets," fluisterde zij. Hij boog zich naar haar toe, om beter te kunnen verstaan, wat zij zeide. "Als ik sterf, wil jij dan het kind nemen?" "Je zult niet sterven." "Maar als ik nu toch sterf?" Hij knikte. "Dan neem ik het kind," zei hij, terwijl hij onwillekeurig naar het kind zocht. "Kom!" zeide zij, terwijl zij probeerde haar hoofd op te heffen. "Ik zal je hem laten zien.
En gij," vervolgde hij, "Enrique, verheug u niet in uw lot. Gij zult u niet verheugen over mijn ongeluk, ik sterf tevreden." Na deze woorden gaf hij den geest en zijn gelaat, bedekt door den schaduw des doods had nog iets fiers en verschrikkelijks. Dat van Blanche leverde een geheel anderen aanblik.
Ja, als ik sterf, dan sterf ik U, Want, Heer! Uw dood verwerft reeds nu Mijn ziel een eeuwig leven! Nu Gij den dood verwonnen hebt, Blijf ik in 't graf niet rusten: Mijn ziel, die reeds de vleugels rept, Vreest 's waerelds leed noch lusten. Waar Gij nu zijt zal ik eens zijn!.... Gegroet dan, eeuwge Zonneschijn, En blijde Hemelkusten!
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek