Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 4 juni 2025
Voor de liefhebbers onzer folklore zij hier aangestipt, dat zij langs de Schelde eenen rijken oogst kunnen opdoen. Te Asper vertelt men van Sneeuwwitje, het beminnelijk kind, en den koning van Oosterbant; te Zingem zingt men nog altoos het oude liedje van de week: De Zondag, de Zondag, Dat is de dag des Heeren; Dan doen wij onze schoenen aan, En onze beste kleeren.
Toen waarschuwden zij haar nóg eens, toch voorzichtig te zijn, en voor niemand de deur te openen. De koningin ging thuis voor haar spiegel staan en sprak: «Spiegel, spiegel, aan den wand, Wie is de schoonste in 't gansche land?« En weer antwoordde de spiegel: »Vrouw Koningin, de schoonste hier zijt gij, Maar Sneeuwwitje over de bergen, Bij de zeven dwergen, Is duizendmaal schooner dan gij.«
Hans, die juist zijn glaasje melk in de hand hield, liet het van schrik uit zijn handen vallen, zoodat alle melk van de tafel op zijn broek en vervolgens op den grond stroomde. "O, paatje, hier, hier is een sneeuwwitje." "En enne, ook dwergjes," zei Bob met een hoogroode kleur.
Zij wilde eerst niet naar de bruiloft gaan, maar het liet haar toch geen rust, zij moest gaan en de jonge koningin zien. En toen zij binnentrad herkende zij Sneeuwwitje; toen stond zij roerloos van angst en schrik. Maar boven het vuur stonden ijzeren dansschoenen die werden gloeiend binnen gebracht.
Toen zij den spiegel zoo hoorde spreken, trilde en beefde zij van toorn; «Sneeuwwitje zal sterven!« riep zij, »al kost het mijn eigen leven.« Zij ging toen in een geheim vertrek waar nooit iemand kwam en maakte daar een doodelijk vergiftige appel. Die was heel mooi om te zien met roode wangetjes, dat ieder er in zou bijten; maar wie er ook maar het kleinste stukje van at zou moeten sterven.
Je moet haar dooden, en breng mij haar long en lever als bewijs.« De jager gehoorzaamde en nam Sneeuwwitje meê, en toen hij zijn hartsvanger getrokken had en daarmeè haar onschuldig hartje doorboren wilde, begon zij te schreien en sprak: »Ach, lieve jager, laat mij leven, ik zal in het wilde woud blijven en nooit meer terug komen!« En zij was zóó mooi, dat de jager medelijden kreeg, en hij zeide: »loop dan maar weg, arm kind.« Hij dacht: »de wilde dieren zullen je wel gauw gevonden hebben;« maar toch was het hem of er een steen van zijn hart was gewenteld, nu hij haar niet dooden zou.
Zoo ging zij over de zeven bergen naar de zeven dwergen, klopte aan de deur en riep: »Mooie waar, mooie waar te koop!« Sneeuwwitje keek door 't raampje en riep: »ga maar voorbij; ik mag niemand binnen laten!« »Je zult toch wel eens mogen kijken?« zei de oude, en nam de vergiftige kam en hield die in de hoogte. Het meisje vond hem zoo mooi, dat zij zich liet bepraten, en de deur opende.
"Hier, paatje," kwam er een stem uit het grasveld. "Ik zit in de zon voor mijn natte broekspijp en Bobbie maakt een krans voor ons sneeuwwitje." "Wel verbazend, jullie hebt het maar druk. Maar de tijd voor een kusje kan er toch zeker wel af." Toen vlogen twee aardige jongens naar hun paatje toe. "Dag, paatje, dit kusje aan ma brengen en dit aan Bruno, en dit...."
Zoo ging zij over de bergen naar de zeven dwergen, en klopte aan, en ze riep: »Mooie waar te koop, mooie waar!« Sneeuwwitje keek door haar venstertje en riep: »Goeden dag, vrouwtje! wat heb je te koop?« »Goede waar, mooie waar!
Toen het ochtend werd ontwaakte Sneeuwwitje, en toen zij de zeven dwergen zag schrikte zij. Maar zij waren vriendelijk, en vroegen: »Hoe heet je?« »Ik heet Sneeuwwitje.« »Hoe ben je in ons huisje gekomen?» vroegen verder de dwergen.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek