Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 29 juli 2025


»Heb jij niet met je vuile poote aan dat winkelraam gezete?" »Nee meneer, heusch, ik weet nergens van." Dat woord »heusch" was een woord, dat we alleen bij zulke gelegenheden gebruikten. De meneer in zijn hemdsmouwen scheen zich door mijn schijnheilig gezicht toch te laten »bedondere". Hij was niet zeker van zijn zaak. Grommend en scheldend trok hij af, terug naar zijn winkel.

"As je maar swemme ken", zei Meijer, spoegend in 't riool. "Swemme helpt je geen luis", zei Jan: "hoe ken je nou swemme in swijnerij... daar suig je ommers in vast." "Nou dat sit nog!" "", helderklonk-stem van Jan, brutaal van verzeekring: "ik heb is 'e meissie sien legge in de Burgwal... Nóu!... Enne de keerel die d'r na-sprong zat met z'n poote vast in de modder... , modder is zoo vùil!"

... Dat sel de vader sijn... die met z'n geplakte hare... Nietes... Wellis... Nietes... Hou nou je bek... Is 't gedaan van achteren?... Hou je poote thuis, lamstraal... Verrek nou... Langzaam sukkelt de stoet voort. Vóorop de dooie man. Achteraan de koetsen met netjes in 't zwart, met witte dassen gekleede menschen.

't Afdruipend kaarsvet brandde z'n voet. "Stik nou!", riep-ie woest, niet in staat om te fluistren: "hou de kaars recht! Ben jij dol om alles op me poote te late druipe!" Hij d

»Verdorie d'r uitschreeuwt de schreeuwer en hij schudt het slappelingetje naast hem door elkaar. »Jawèl, jawèl, hou je poote maar thuiszegt het slappelingetje slaperig. »D'r uit, Stoke, suffe mafkoproept de schreeuwer mij toe. »Hou je groote smoelgeef ik kribbig terug.

Verkleumd ging de jongen bij 't dakraam zitten. Meelijdend schudde Eleazar 't hoofd naar de zij van de bedstee, wenkend met de oogen. "Trek z'n partij!", kregelde Poddy: "leg je hande onder z'n luie poote, dan wordt-ie nòg geen sauger! Ik 't prebeere! Ik 't prebeere! Ik met me zieke lichaam en me stijve poot! Vuile hond!" De jongen keek gluuperig-valsch, hield zich in.

"Da's lekker 'k Hei kramp in me poote van de kou." "! ! 'k Wor bang! , wat 'n vlamme!" "Nou mot je diè zien. Da's de baas van 't spul. Die vreet de andere op"... Toen zwegen ze in schrik.

"Sulleke snothannese!", raspte de vrouw, schreeuwrig naar 't donker der kamer: "overal motte se met d'rlui poote ansitte", en weer de borsten in kwallende zwelling op de armen: "doe j'm d'r op, sellemander!" "Nou!" schreeuwde Jan terug: "d'r leit wat in." "W

Als neefjes van haar »commesales" behandelde ze ons met voorzichtigen eerbied. Maar eens hoorden we haar, over ons sprekend, zich gansch anders uiten. »Daar komme die jongens weer met d'r vuile poote je trap bederve. Nou hei je ze pas schoon." Toen had ze voor goed bij ons gedaan, dat gemeene wijf, dat zoo vriendelijk was in je gezicht en achter je rug op zoo'n manier over je sprak.

Toen ik in onze straat en bij ons huis kwam, zaten de anderen reeds rustig op de stoep, zoo maar op de koude, hardsteenen stoep. Een luid gejuich ging op, toen ze me zagen. Geen oogenblik hadden ze gevreesd, dat ik »in die kerel z'n poote" was gekomen. Ze waren dus geen zier ongerust omtrent mij. Ik zou me wel gered hebben op een of andere manier.

Woord Van De Dag

bakels

Anderen Op Zoek