Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 24 juni 2025
Toen ik den laatsten keer thuis was.... MEVR. ALVING. Ja? OSWALD. ... vroeg zij mij zoo dikwijls naar Parijs, en ik vertelde haar het een-en-ander van daarginder. En ik herinner mij dat ik er eens toe kwam om te zeggen: zou je zelf geen lust hebben daar eens heen te gaan? MEVR. ALVING. En? OSWALD. Ik zag dat zij tot over haar ooren kleurde en toen zei zij: ja, daar heb ik zeker wel lust in.
Wordt hij niet door dezelfde geneesmiddelen genezen, door denzelfden zomer en winter warm en koud gemaakt, als een Christen? Koopman van Venetië. Oswald fluisterde bij zijn terugkomst zijn meester in het oor: "Het is een Jood, die zich Izaäk van York noemt; past het, dat wij hem in de zaal brengen?"
MEVR. ALVING. Denk je dat wij hier buiten ook niet weten te leven? OSWALD. Is zij niet prachtig om te zien? En zoo mooi gebouwd! En zoo door-en-door gezond! Ga zitten, Oswald, en laat ons eens rustig praten. Je weet nog niet, moeder, dat ik iets goed te maken heb aan Regine. MEVR. ALVING. Jij? OSWALD. O, maar een kleine onbezonnenheid, als je het zoo noemen wilt. Trouwens iets heel onschuldigs.
OSWALD. Hoe zou u mij dan anders noemen? DOM. MANDERS. Heel goed. 't Was dit dat ik zeggen wilde, mijn waarde Oswald,... je moet niet denken dat ik onvoorwaardelijk den kunstenaarsstand veroordeel. Ik neem aan dat er velen zijn, die hun innerlijk wezen onbedorven bewaren kunnen ook in dien stand. OSWALD. Dat zullen wij moeten hopen.
U heeft soms zoo'n overdreven manier om u uit te drukken. Ziezoo. En nu, tot straks. Let goed op als Oswald terug komt. Oswald, zit je nog aan tafel! Ik rook maar even mijn sigaar uit. MEVR. ALVING. Ik dacht dat je een eindje was gaan loopen. OSWALD. In dat weer? Mevr. Was het dominee Manders niet die daar wegging? MEVR. ALVING. Ja, hij ging naar het gesticht. OSWALD. Hm.
En dat hèbben dan ook sommigen; en dat is een heel geregeld en een heel gezellig tehuis. DOM. MANDERS. Maar ik spreek niet van een jonggezellen-tehuis. Onder een tehuis versta ik een huisgezin, waar een man leeft met zijn vrouw en kinderen. OSWALD. Jawel; of met zijn kinderen en de moeder van zijn kinderen. Genadige Hemel! OSWALD. Wel? DOM. MANDERS. Leven met ... de moeder van zijn kinderen...!
DOM. MANDERS. Ik zeg ... ik zeg.... Neen maar, is dat nu waarlijk...? OSWALD. Jawel, het is heusch de verloren zoon, dominee. DOM. MANDERS. Maar, mijn waarde jonge vriend.... OSWALD. Nou, dan de teruggekomen zoon. MEVR. ALVING. Oswald denkt er aan dat u er toen zooveel tegen had dat hij schilder werd. Nu, welkom, welkom! Neen, mijn waarde Oswald.... Ja, mag ik je nog wel bij je voornaam noemen?
Is ze weg? MEVR. ALVING. Ja. Dat is een gekke geschiedenis. Oswald, mijn jongen, heeft het je erg geschokt? Dat van Papa, bedoel je? MEVR. ALVING. Van je ongelukkigen vader, ja. Ik ben zoo bang dat het je te veel heeft aangedaan. OSWALD. Hoe kom je er bij? Ja, 't kwam mij wel heel onverwacht; maar eigenlijk kan het mij heel weinig schelen.
De meest bekende zijn: Orendel, Salman und Morolf, Hertog Ernst, Sint Oswald. Alle herinneren door hun inhoud en hun trant min of meer aan een vroeger gedicht van dezen aard: de geschiedenis van Koning Rother, al beweegt dat verhaal zich in hooger sfeer dan deze latere werken.
En al leefde je hier hetzelfde leven als daarginder, dan zou het toch niet hetzelfde zijn. Nu zie ik het verband. OSWALD. Wat zie je? MEVR. ALVING. Nu zie ik het voor het allereerst. En nu kan ik spreken. Moeder ik begrijp je niet. Zal ik misschien weggaan? MEVR. ALVING. Neen, blijf hier. Nu kan ik spreken. Nu, mijn jongen, zal je alles weten. En dan kan je kiezen. Oswald! Regine! OSWALD. Stil.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek